1605-02-23

R.A.H. O.R.A. 2098 fol 41v

Transportregister Egmond

Lysbeth Jacobsdochter, weduwe van Jan Arentsz hoedemaker in zijn leven buerman te Egmond op Zee, bij haar hebbende Pieter van Egmont ende Tonis Aelbertsz van de Nol als voogden, transporteert aan Geertgen Jacobsdochter, nagelaten dochter van Jacob Mathijsz ende Tonisge Willemsdochter: 1) een stuk lants genaempt de Coetecamp, groot 6 hont 72 roeden, leggende in de ban van Egmont, oost: de Speckcamp, west: de visserys molentocht, zuid: Rijscamp, noord: de moolencamp, eertyts bij haer voorn, gecoft van de voorn. Jacob Mathijsz, 2) een stucke lants, het 11de stuk bewesten de biercade, leggende in de banne voors, getekent met de letter L, groot 1356 roeden, gelegen in t leste block, oost en west: tsheren rietlant, zuid: de waegenwech ofte de omloop van Tunwich [?], noord: de grote molentocht, 3) een stuck van t eylant van Schaepsbos, getekend met de letter P, groot 1146 roeden, oost: de waegenwech, west: de visserijs molentocht, zuid: tsheerenlant, noord: Aeriaen Symonsz, leggende in de Egmondermeer in t seste block bewesten de biercade. Alle tesamen gecomen van de grafelijkheid van Egmond, breder blijkende bij de brieven bij de Staten van Holland gepasseerd in date 1599-01-22

t.o.v. Loeff van Haerlaer, schout, Dierck Pietersz en Aris Pietersz [kistemaker], schepenen

niet gelokaliseerd op de kaart