3 resultaten
1499-01
folio 26v XXIII 1498-1501
Transportregister Haarlem
Gheryt Jan Huijssersz als oudoom en voogd van zijn neve Willem Dammasz voor ⅓ deel, Pieter Harmansz als man en voogd van Machteld Dammasdochter en Pieter Pietersz als man en voogd van Cornelie Dammasdochter ook voor ⅓ deel, verkopen aan Claes Jansz cuper een huis en erf in die Clercstege, an d'een zide: Claes voirs, an d'ander: Jacop Pieter Voelen erfnamen, after streckende an Claes Florysz. Al vrij
1489-05-28 |
Grote Raad Mechelen E.A. Dossiers dl I dossier 145
Jaartallenindex
schout en heemraden van Brandwijk en Gybeland verkopen aan Thomas Zybrantsz een rente van 2 £ Vls sjaars. Akte van 1490-03-16 (1489) waarbij Dierick Gerytsz verklaart drie rentebrieven, hem en Jan Heynricsz toebehorend te hebben terug ontvangen. Rentebrief van 1491 waarbij de goede mannen van Brandwyk en Gybeland aan Thomas Zybrants een rente van 6 g.g. tegen 1½ Vls verkopen (over een hoofdsom verminderd van 28 tot 23£). Copie van de rentebrief dd 1493-03-27 (1492) waarbij schout en heemraden van Nieuwerkerk aan Jan Gerytsz een jaarlijkse rente verkopen. Copie van een rentebrief dd 1492-03-17 (1491) waarbij schout en heemraden van Nieuwerkerk een jaarlijkse rente verkopen aan Dierick Gerytsz. Copie van een rentebrief dd 1493-01-17 (1492) waarbij schout en heemraden van Brandwyk en Gybeland aan Dirck Gerytsz een jaarlijkse rente verkopen. Dossier 145 (oud: D 241). Inwoners van Gybeland, Nieuwerkerk en Brandwijk in Zuid Holland contra Dirk Gerritsz, Jan Gerritsz, Geryt Gerytsz en Jan Heynricsz als voogden over Willem, erfgenaam van Thomas Zybrantsz uit Gouda. Verweerders hadden van eisers renten gekocht, geheel of gedeeltelijk vóór de muntreductie van 1489. Sommige renten werden na 1489 vernieuwd (en gedeeltelijk afgelost). Eisers voelen zich hierdoor benadeeld wegens de waardevermindering. Zij eisten "hard"geld
1516-10-31 |
A.R.A. 490 no 118/Sent. Hof van Holland
Jaartallenindex
Jan van Leuwen en Heynrick Ghijsbrechtszoon, impetranten in cas van reformatie, contra Claes Gaeff ende Geryt die oude als voogden van Jan Cornelisz, verweerders. De voors. impetranten allegerende dat wijlen Cornelis Paedze in huwelick vergadert is geweest in den jare 1510 met eenen Liedewij Jansdochter, woenachtich binnen der stede van Amsterdam, aen welck huwelick die voors. Liedewy onder andere goede gebrocht heeft, zekere huysinge ende erve staende binnen de voors. stede in de Warmoesstraet, onder conditie dat die voors. Jan Cornelisz, voorzoon van Liedewy, vuyt alle die voirs goeden hebben soude 150 Rynse guldens eens ter cause van zijns vaders erve, welke 350 R gl d hem bewezen waren op het voors. huis en erve dat Cornelis en Liedewy bezaten als hun eigen goed tot 1511-11-13. En dat de voirs. Cornelis in Pinxtermarct 1511 van den voirs Jan van Lewuen gecoft zekere hoeveelheid laken voor de som van 300 gouden Rg, te betalen in het jaar 1511, en dat hij op dezelfde tijd ook van Heynrick Ghijsbrechtszoon laken gekocht heeft voor 139½ R gld. Dat Cornelis Paedze toen overleden is in 1512, en dat Liedewy voor de baar is uitgegaan. De voors. eischers hebben toen pandinge verzocht en het gerecht van Amsterdam aan hetgeen het huis meer waard was dan de 350 R gld, toekomende aan Jan Cornelisz, waartegen gedaagden opposeerden. Eischers voelen zich nu door het vonnis van het gerecht van Amsterdam bezwaard. Het Hof oordeelt het vonnis van het gerecht van Amsterdam wel gewezen, en veroordeelt impetranten in de kosten