2 resultaten
1498-12-04 |
Bissch Oud Arch Haarlem/Cartul Klooster in den Hem Inv no 119 II fol 124v/Orig. A.R.A.
Jaartallenindex
Willem Gherijtsz, schout an die Vlyst, en buyrluyden in den ambacht voirs. oorkonden dat Marijtgen weduwe van Pieter Mouris, met haar gerechte voogd Jan Pietersz, en met haar kinderen als Aryaen Pietersz, Jan Pietersz, Thonis Pietersz ende Willem Hughenz, haar dochter man, ende Dirck Meeusz ende Aert Dirxz, haer dochteren mannen, en verklaren de weduwe voirn. met haar 6 kinderen, dat zij hebben uitgekocht Pieter Mourisz twee voirkinderen als Claes Mugge ende Willem Willemsz geechte huijsvrouwen wesende. Vervolgens dragen zij over aan broeder Willem Jansz, procurator der Regulieren in den Hem buiten Schoonhoven, den eigendom van 6 morgen en 4 hont land gelegen an die oostzijde van de Vlist, belend zuid: die Duitse heren t'Utrecht, noord: die broeders van de Regulieren buiten Scoenhoven. Tezelfder tijd dragen die sieckmeesters van Scoenhoven, als Pieter Heijnricsz ende Cornelis die Winter als gemachtigden van der stede voorn, over den eygendom van 8 hont lants die den siecken te Scoenhoven toe behoerden ende hem angecomen waren van wijlen Jacop Lubbe, gelegen in denselven lande voirs. gemeenre voor, aan de Regulieren voirn.
Dirck Aertsz, Jan Woutersz en Gheryt Hughenz, buyrluyden
1469-03-04 | Gorcum
Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 fol 40v/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex
schepenen in Gorichem oorkonden dat Jan die Roije en Adriaen Hermansz van wege Lambert Molemans voorkinderen, heer Jan Moeleman, priester van wege Lamberts moelemans nakinderen, ende Yken Lamberts weduwe met haar gecoren voogd, getuigen dat zij gescift, gheloit ende ghedeelt hebben alle goeden, roerende en onroerende, die zij tesamen hebben in t scependom van Gorichem en daarbuiten. In den eersten dat Jan Lambertsz en Johanna Lambertsdochter hebben en behouden zullen half alzulken huysraet als daer was eer Lambert en Yken vergaderden mit malcanderen. Ende die ander ½ van den huysraet, mit huysinge, schulden ende onschulden zal gaen aen drien, dats te weten: Yken ⅓ deel, die voorkinderen ⅓ deel, ende die nakinderen ⅓ deel. Ende Yke zal hebben haeren huysret mit haeren kinderen die sy bewysen kan dat zij daer ghebracht heeft ende die voir haer nemen. Item voirt zo zullen Lamberts voorkinderen hebben en behouden alsulke juwelen ende cleder als tot haere doede moeder live hoirde. En daertegen zo zal Yken alsulke cleder ende juwelen als tot haren leve hoirde. Item vort zo zullen alle dese vier kinderen hebben ende behouden alzulke juwele, cleeder, harnas als haer doede vader toebehoirde. Item zullen Lamberts voirkinderen behouden alzulke brieve als Lambert hadde op Jan die Royen. Ende Yke mit hoeren kinderen zullen hebben al zulke brieve en goede als sij tot Huesen hebben. Ende hiermede verteghen zij d'een van den andere als recht is ende geloefden dat malkanderen te waren als recht is (vgl 1472-02-27)
Claes die Veer en Alairt Jansz, schepenen