9 resultaten

1530-06-23 |

R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Altena, Asperen, Heukelom fol 2
Jaartallenindex

Karel beleent Wouter van Emmichoven Zegersz na dode van zijn vader Zeger van Emmichoven met een huizinge, hofstede, boomgaerden met 15 morgen land, die tot Emmichoven ende tot Weerthuysen gelegen sijn, leen van Arkel. Te houden tot een recht erfleen

Cornelis Barthouts, Jacob Snoeck, Cornelis die Burchgrave, leenmannen

Emmichoven, van | 1542

Leenkamer Holland no 239 fol 419 Rep Altena
Achternamenindex

Philips van Uytwyck wordt beleend met de visserij in de Alm te Uytwyck en Weerthuysen: en 3 morgen in het gerecht van Uytwijk, na opdracht van Jan Loijenz van Emmichoven

1530-05-08 (1) |

R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Altena, Asperen, Heukelom fol 2-8v
Jaartallenindex

huwelijksvoorwaarden tussen Wouter van Emmichoven Zegersz, ambochtsheer tot Emmichoven, en Lysbeth Burchgraven Cornelisdochter: Wouter brengt ten huwelijk 1) de ambachtsheerlijkheid van Emmichoven, met de smaltiende in Emmichoven en Weerthuizen, vroeger in leen gehouden van die grave van Hoern here tot Altena; 2) 16 morgen mitter hofstad en gesate met boomgaard en toebehoren in Weerthuysen, leen van Holland; 3) zijn kindsdeel in zijn vaderlijk eigen goed en tilbaar have; 4) 4 morgen lands in Weerthuysen, hem aangekomen en hem door zijn vader bewezen voor zijns moeders goet jvr Joost van Emmichoven, dochter van wijlen Mathys van Muylwyk, noord: 5 morgen van Sweder van Clootwyck, west: den Bevingh, oost: die Weerthuizense stege, zuid: die Petercelie camp. Wouter zal zijn vrouw tot lijftocht maken huis, hofstad en gesate, noch 3 morgen hoochlant achter het huis, noch in 1 morgen aen de 4 morgen suytwaert aen t selve land, noch aen 4 morgen eigen land, hem bij wijlen zijn vader bewesen voor zijns moeders erve, indien zij geen kinderen nalaat. Heeft zij wel kinderen dan ontvangt zij geen lijftocht maar 100 gouden Koerv. gld in eens

Wouter van Emmichoven, Cornelis die Borchgraef, als principaal en als leenmannen van Hoorne en Altena, mit Joost van Ryswijck als keersman van wege Lysbeth Borchgraven, Jan Loeyensen van Emmichoven, door aenbrengen en ter bede van Adriaen van Clootwyk, vicecureit van Alkmerck en Adriaen Jansz van Emmichoven, als keersluiden van Wouter van Emmichoven, bezegeld door Willem Loef Adriaensz, Dirck Jorissen, leenmannen van Holland, Dirck Hermansz Coppier, leenman tot Vianen, ende als getrouwd hebbende Mari van Muylwyk des voirs. Wouters van Emmichovens moije, van syns moeders wegen, ten huize van Jacob Snoeck, staende op t Marctvelt te Gorinchem

Nispen, van | 1521-09-11

Batavia Illustrata bl 1035, 1033
Achternamenindex

uitspraak van het Hof van Holland in het proces van de graaf van Nassau tegen Adam van Nispen over zijn lenen, nl de helft van de tienden van Emmickhoven en Weerthuysen, 8 morgen in Weerthuyserbroek, 2 morgen 13 hont, de Rijskampt geheten, 2 morgen de Crimpen geheten en vier tienden te Raamsdonk en Waspik, die zijn vader Govert hield , na verzuim

Rijswijk, van | 1593-10-19

Leenkamer Holland 238 fol 411 Rep Altena
Achternamenindex

het schoutambt op ten Hil met 3 morgen in Weerthuysen beleend 1570-06-26: Maria Schellaers na dode van haar broer Gillis, die 1561 beleend was na zijn vader Jan; 1593-10-19: Joost van Ryswijck na dode van zijn moeder Maria Schellaers; 1616-07-20: Johan van Ryswijck na dode van zijn vader Joost; 1649-07-04~: hij transporteert dit goed

Nassau, van | 1521-09-11

Batavia Illustrata bl 1034, 1035
Achternamenindex

de graaf van Nassau, heer van Breda, Polanen, van de Leck etc eist voor het Hof van Holland op de goederen door Govert van Nispen, overleden in 1515, van de heren van de Lecke en Polanen in leen gehouden, nl de helft van de tienden van Emmikhoven en Weerthuysen, met 8 morgen gelegen in Weerthuyserbroek, 2 morgen en 13 hont, geheten de Rijskamp, 2 morgen de Crimpen en 4 tienden, waarvan de eerste gelegen in Raamsdonk en Waspijk, de 2e en 3e te Raamsdonk en de 4e te Waspijk, welke landerijen en tienden, behalve die te Emmikhoven en Weerthuysen, allen door het water bedolven waren; aangezien Goverts oudste zoon en leenvolger mr Adam van Nispen, niet tijdig belening met deze goederen verzocht had. Zijn eis werd hem toegewezen: Adam van Nispen moest tevens een vergoeding van renten sedert St Jan 1517 en de proceskosten betalen

1472, 1474 (1) |

R.A.H. Coll Aanw 148 fol 399-408v
Jaartallenindex

aangebrachte lenen: A) Lenen van der Leede en Schoenrewoerd: Jan van der Haer 4 morgen op Boeycop 4 £ (fol 408v); B) Lenen van Heukelom en Asperen: Daem van Hueclem ende zijn broeder Otte 40 morgen in den Rubroeck in Hueclem, gelden sjaers vrij 50 £ (fol 404); Marcelys van Spyck houdt van Asperen 5 morgen in Remboutshoeck tot Asperen, gelden sjaers 5£ (fol 405v); Claes Otten bastaertszoon van Hueclem houdt van Hueclem 8 hont in den Aftercamp op Hueclem, gelden sjaers 8£ (fol 406v); C) Lenen van Arkel: Sander Vredericsz te Gorinchem houdt van de heerlijkheid Arkel 3 morgen op Rietvelt geldende sjaers 4£ 4sc. Noch van Altena 3 morgen int Nyelant 4£ 4sc. Noch van Altena de ambachtsheerlijkheid van Weerthuysen int Nyenlande geldende sjaars 32 sc (fol 399); Aernt van Goirle houdt van Arkel een hofstede met 8 hont land en 4 morgen op Scaluynen, gelden sjaars 10£ (fol 400); Jan Sculpen kinderen houden van Arkel 14 morgen lants op Bloclant gelden sjaers 18£ (fol 400); Adriaen Wel hout van Arkel een huis te Gorinchem optie Haven daer hij selve in woent ende eensdeels of verhuyrt, daer niet meer of en comt dan sjaers 6£ (fol 401)

Cronenburg, van | 1521-09-11

Batavia Illustrata bl 1034
Achternamenindex

de graaf van Nassau, heer van Polanen en van de Leck eist voor het Hof van Holland op de goederen van Govert van Nispen overleden in 1515, die deze van hem in leen hield, aangezien zijn oudste zoon en leenvolger mr Adam niet tijdig, binnen jaar en dag belening daarmee verzocht had. Zijn eis werd hem toegewezen en mr Adam van Nispen veroordeeld tot teruggave van de goederen met renten en vruchten vanaf 1517. Het blijkt dat zijn moeder Elisabeth van Cronenburg na de dood van haar man het vruchtgebruik had gehad van de helft van de tienden van Weerthuysen en Emmikhoven

1564-05-13 |

A.R.A. Inv Arch Mackay van Ophemert regest 84
Jaartallenindex

vrienden en verwanten van Hugho van Giessen, vader en voogd van Joest van Giessen, Gijsbert, Josina en Theodora van Giessen, kinderen van wijlen Joachim van Giessen en Mary van Brakel enerzijds, vrienden en verwanten van Adriaen de Cock van Delwijnen en zijn zoon Joachim de Cock van Delwynen en Mary van Brakel anderzijds, maken een scheiding van de goederen door Joachim van Giessen en Mary van Brakel nagelaten en door Adriaen de Cock van Delwynen aangebracht en verkregen. Waarbij aan Joost, Gysbert, Josina en Theodora van Giessen wordt toebedeeld een aantal landerijen onder Giessen, Honswijck en Weerthuysen en elders in het land van Altena, enige landerijen, erf- en lostynsen onder Rumdt, enige landerijen en tijnsen onder Brakel en de hoofdsom van een lostyns onder Boemel. Aan Adriaen de Cock van Delwijnen, huis, landerijen en een tijns in het land van Altena en onder Worichem, enige lostynsen onder Rumdt en landerijen onder Delwynen. Aan Joachim de Cock van Delwijnen landerijen en een huis in het land van Altena, en 332 gld 10 st hem door zijn vader uit te betalen. Van deze scheiding blijft uitgezonderd de Leechgelandtse tiend te Brakel, die ingevolge de huweljkse voorwaarden aan Adriaen in vruchtgebruik en aan Joachim in eigendom toekomt, echter met dien verstande dat Joachim en Adriaen aan Josina en Theodora 700 gld uit deze tiend zullen uitkeren, terwijl de erfpacht rustend op de Hogelandsche tiende, voor rekening van Joost van Giessen komt, evenwel Adriaen en Joachim de Cock zullen bijdragen in de aflossing van een gedeelte van deze tiend, dat aan het huis van Brakel in pand is gegeven

vrienden en verwanten van Hugho van Giessen: Johan van Riebeeck de oude, Johan van Riebeeck de jonge, Frederick van Hemert heer van Wadenoijen, Thomas van Scherpenzeel, Fredrick van Doirn en Frans Caell; Otto Pieck heer van Thienhoven, Johan Pieck, Willem de Cock van Delwijnen en Aerndt de Bije als vrienden en verwanten van Adriaen de Cock van Delwijnen en zijn zoon Joachim, met hun zegels