1556-02-23 | Nieuwe Niedorp

O.R.A. no 5692 Transportregister Nieuwe Niedorp

Jaartallenindex

soe verwilcoerde Jan Mathysz smidt, Jacob Pilgherumsz nu ter tyt woenachtig in t land te Holst, schuldig te wesen 53 Kar gld

schepenen: Symon Claesz en Amel Gherytsz; Claes van Buyten

Jacob Jansz | 1435-1436

Rek Rentmeester Kennemerland

Voornamenindex

ontfaen van een besterfte van Jan Pietersz roerende van Jacob Jansz dood die in Hem oflivich wert, ende een van zijn erfgenamen in Oistvriesland woenachtig was, van zijn deel erfs 3 £ 10sc (866 fol 9v)

1547-05-16 |

Bissch Arch Haarlem/Cartul Klooster in den Hem Inv 119 fol 69, 70

Jaartallenindex

schepenen tot Ammers Toll oorkonden dat Ariaen Joesten erkende schuldig te zijn den Regulieren des convents v.d. Hem buyten Scoenhoven 50 scilden, waarvoor hij 3 scilden sjaars vestigt op zijn huijs en hofstede daer hij nu ter tyt op woont, belend west: Jan Aertsz, oost: Joris Roelofsz; 1547-06-08: Aeriaen Joesten erkende schuldig te zijn den Regulieren in den Hem 70 schilden, rentende 4 schilden sjaers, op sijn huys ende erve daer hy nu ter tyt in woenachtig is, belend west: Jan Aertsz, oost: Joris Roelofsz

Louweris Jansz, Wouter Jansz, Pieter Govertsz, schepenen, bezegeld door Sebastiaen Jacopsz en Wouter Louwerensz, onse burghemeesters

1588-05-20

R.A.H. O.R.A. 1062 fol 96

Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in de ban van Overveen oorkonden dat de Erentfeste joncheer Floris van Jutfaes erkende verkocht te hebben aan Jacop Symonsz uut die Caech, nu woenachtig in Haerlem, een stucke lants groot 2 morgen, gelegen in de ban van Overveen, west: Jan Willemsz, zuid: Claes Bastijaensz, oost: die Berchcamp, noord: Marytgen Pouwels c.s (vgl 1582-06-14, 1593-03-04)

Dirck van Bronchorst en Batenburg, schoudt, Jan Willemsz en Gerrit Taemsz, schepenen

1418-08-15 | Heemskerk

Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 22/Cartul Zijlklooster Haarlem fol 78

Haarlem Algemeen

schepenen in Hairlem oorkonden dat Jordaen Claesz geliede dat hij overgegeven heeft aan het Zijlklooster ⅔ deel, ende den Lazaruysen zieken buten Hairlem woenachtig in den ban van Adijkendam dat ⅓ deel van eenre sate lants geheten Kavertszate, ende plach Bartout Pietersz toe te behoren, ende gheleghen is binnen den ban van Eemskerc, ende nu ter tijt bewoent ende in huerweer heeft Willaem Jansz, onder voorwaarde dat in de kapel van het Zijlklooster elke week 2 missen, in die van St Lazarus één mis per week gelezen worden

Dirc Symon Doudenzoen en Jacob Claes Aerntsz.z, schepenen

1527-02-18 |

Inv Arch Kapittel in den Hage regest 550, 551

Jaartallenindex

deken en kapittel in den Hage verhuren aan Adriaen Jansz, schout van Biert, voor de tijd van 14 jaar, hun aandeel in het nieuwbedykte land van Piershil, het Heyligelandt genaamd, en in het weiderecht van de natte dyk aldaar. Aldus gedaan in sGravenhage ten huyse van de eerwaardige heer mr Baernt Bucho, deken van het kapittel en Raad van de Kon. Maj, woenachtig upte Vyverberch. Met signatuur van notaris Cornelis de Cappella. In dorso staat: dat Cornelis Gerytsz een som heeft betaald, die in 1531 gebruikt is voor de bedijking van Piershil. Eodem die verhuurt het kapittel dit land (dezelfde inhoud als hiervoor), en dat Cornelis Gerritsz deze huur heeft overgenomen (vgl 1529-04-28)

Haestrecht, van | 1289-12-30

v.d. Bergh II no 684

Achternamenindex

Harbaren heer van Haestrecht, ridder, belooft het water van Benschop naar Haestrecht in de Yssel te leiden en maakt bepalingen over de breedte der watering en de schouw; "waer oec dat sake dat ic die Vlist besloeghe omme miere woninghe willen, ic soudse leyden dor den Coppelsloet in die Ysele"; met bepalingen over de breedte en de schouw en de boeten: "ic soude die boete ut reken waer hi woenachtig in minen lande, ende Gheret van den Vliete soud se ut reiken waer hi ute sinen lande"[nl uit zijn heerlijkheid Polsbroek]

bezegeld door: Johannes van Arkel, Johannes van der Lede, Arnout van Arkel [van Noordeloos] en Arnoude van Liesvelde, mine maghen, en Gheret van der Vliet (niet onder de maghen)

1529-10-20 |

G.A. Haarlem Cartul Carmelieten Haarlem H.S. Ryck no 34 fol 36v

Haarlem Algemeen

schepenen in Haarlem oorkonden dat Alyt Pietersdochter t.o.v. haar man en voogd mr Govert Gysbertsz, cyrurgijn, gheordonneert ende ghemaect heeft in eenen rechte testamente ende uterste wille, als dat na dode ende overlyden van haer, haer neve Dirck Gherritsz, nu ter tijt by haer woenachtig hebben ende behouwen sal een losrentebrief op de wynexcys der stede van Haerlem van 15 R gld sjaers denselver Alyt toebehorende, sprekende op wijlen Evert Pietersz. Sterft Dirck Gherytsz zonder nacomelingen dan zal deze losrentebrief gaan en comen voor ⅓ deel an de parochiekerk van St Baef en ⅓ deel aan de H. Geest en ⅓ deel aan St Elisabethsgasthuys (vgl 1535-06-04)

Gerrit Steffensz en Reyer Symonsz, schepenen

1523-02-28 | Wyk op Zee, Velsen

R.A.H. Coll Aanw 1149

Jaartallenindex

Ysbrant Heynricksz, scout in den ambacht van Wyck op Zee, oorkondt dat Marythie Gerytsdochter te Wyck op Zee woenachtig, geliede dat sij Claes Allertz, poorter van Aemsterdam, verkocht heeft 4 R gld per jaar aan losrenten, waarvan het hoofdgeld 60 R gld beloopt. Onder verband van haar huis te Wyck op Zee waer zij nu ter tyd in woont in die Kerckstraat, belend oost: Neel Jan Ruters weduwe met haar kinderen, west: Willem Gherytsz, ende dat voreneynd streckt an die gemeene heerwech. Item noch op een stuck zaadland groot 2 morgen ¼ deel min, gelegen in de ban van Velsen, belend zuid: Houtacker Jansz, buerman te Wyck op Zee, noord: Vrerick Jacobsz kinderen op t Schilpen in de ban van Velsen, oost: die Cruysbeeck. Katryn Oedewyns, moeder van Marythie Gerytsdochter, stelt zich borg met Cornelis Cornelisz Clerck als voogd

Claes Pietersz, Gheryt Maertsz, schepenen van Wyck op Zee

1472 |

Inv Arch Kerkvoogdij Haarlem no 162 fol 11v/St Bavo Haarlem

Jaartallenindex

Lysbeth Baert Ghysbertsz weduwe heeft die kerck gegeven in t jaer 1472 de ½ van 230 R gld (van 40 gr Vls) die hoir schuldig was een ghenoemt Jan Dircksz, woonachtig te Egmond op der Zee, van wien een naesaet is een genoemt Clais Pietersz oic woenachtig aldaer, dair so in vervollicht is geweest van der kerken wegen dat alle Claes goeden, roer en onroer, nae uytwisinge eens briefs die daerof is, zyn ghestelt in der kerken handen tbv de kerk voirs. ende noch een vroutgen tot Alckmaer geheeten ...... [open]. Des zoe zoude hij die voers. goede bruycken te rechter slyting 10 jaar lang, alle jaers gevende 25 R gld op St Jacobsdag met andere verbanden, alsoe dien claerlike uytwyst bezegelt met Andries Duecht schout op dat pas van Alckmaer, ende Jacob Vernouwen, scout tot Egmont opter Zee, beide zegsluyden in deze zake. Welke termynen de voirs. Claes Pietersz niet heeft voldaen, maer heeft syn schuijr vercoft van die huysinge voirs om 16 R gld op 4 Kersavonds aen malcanderen volghende, ende dat ghelt den kerkmeesters totter kercken behoef quytgeschouden, heeft ghecoft een geheten Symon. Dair zijn af betaelt twee dagen die de kerkmeesters ontfaen hebben. Rest noch Kersavond 1478, 1479. Item die kerk heeft noch ontfaen van dese schulde in die Wyck van Claes Pietersz wyfs broeder zijn erfnisse 30 R gld. Item ontfaen 4 R gld bij Jan Ban in Januario 1483