18 resultaten
Rijsoord, van | 1352-04-19
A.R.A. Leenkamer 32 Copie fol 17v/Reg EL 25 fol 12
Achternamenindex
hertog Willem geeft zijn klerk Gherard Aelwinsz, "dat alle die ambachtslude die woonen in sinen gerechte van Rysoerde in Swyndrecht, jof daer naemaels in comen sullen metter woon sijn si wevers, syn si volres, schoemakers jof wat ambocht dat si syn, dat si haer ambocht binnen den gherecht voirs hantieren sullen mogen tot allen tiden als si willen en sijs ghestaet syn sonder yemants wederseggen, en daer metter woenen bliven, geliken anderen buren die daer woenen"
1355~ |
R.A.H. no 42 fol 20v/Reg EL 43 fol 14
Haarlem Algemeen
item heeft ontfaen ten rechten leen Claes Willensoen 14 morgen lants leggende in den ambacht van Alfen, daer die 8 morgen gehieten sijn ts Gravenvelt, d'ander (6) bi Claes Willen soens wooninge, daer hi te woenen plach, gedaen in Haerlemmerhout (zonder datering)
hier over waren: Jan Aernt, Willem van Spernewoude, Gheret Buijse, Symon Hage
Taschmaker | 1387-01-20 (1386)
R.A.H. Coll Aanw 45 fol 419/Reg Albrecht IV fol 246
Achternamenindex
hertog Albrecht geeft aan Reyner Sijmonsz, priester van Amsterdam, "den kolck van der sluse mit horen stempele doergaende van der Aemstel in den Ye, die ghelegen is in Middeldam binnen onse stede van Amsterdam, daer Zibrant Pieter Wedighenz ende Peter Taschmaker nu ter tijt op woenen"
Amsterdam
1468-01-08 (1467) |
A.R.A. Leenkamer 39 Copie fol 138/Reg Charolais fol 66v
Jaartallenindex
mr Anthonis Michielsz beleent Dyewair Boudyn Aerndtszdochter met haar man Poter Willem Jacobsz als voogd [ook in het opschrift staat Poter], met 4 morgen land in den ambachte van Maeslandt, in die woeninghe daer Ghyse Vryesenz op te woenen plach, op die oostzijde van den weghe, tusschen den sluijsvlieten, haar aangekomen bij dode van haar vader Boudyn Airntsz, die ze van de heerlijkheid Arkel in leen hield. Te houden tot een erfleen, zoals de oude brieven inhouden. Poter Willem Jacobsz voorn. doet hulde voor haar
hier waren bij: Jan Oom van Wyngaerden, Dirck Willemsz, leenmannen van Holland
1503-01-08 (1502) |
Cartul St Jan Haarlem no 1032
Haarlem Algemeen
schepenen in Haerlem oorkonden dat Alyt Egbertsdochter met haar voogd Heynrick Fransz de goutsmit opgaf ten vrijen eigen aan Jan Pouwelsz een huis en erf met een kamer en een erf daar bezijden aan liggende, staande in de straet gaende langes der stede muyer, daer naeste lenden of zyn St Janscloester an deen zyde, Dirck Jansz met een ledich erve an dander zijde, streckende afterwaerts an tselve cloester. Belast met 4£ en 9 sc sjaers. In margine: daer Pieter Roes in plach te woenen
Willem van Loo en Geryt van Warmondt, schepenen
1517-02-21 (1516) |
A.R.A. 490 no 227/Sent. Hof van Holland
Jaartallenindex
Kathryne Mertensdochter, weduwe Willem de Canter, appellante van seeckere vonnisse gewesen bij den gerecht van Amsterdam contra Pieter Aelbrechtsz Bosch als voogd van zijn huisvrouw, allegerende de appellante dat wijlen Willem Canter tot een huysvrouwe gehadt hadde Wendelmoet Dirixdochter ende daarbij gecregen 3 kinderen dair die gedaichde een of getrouwt heeft, ende hadde dieselve kinderen voldaen van haere moederlycks ende onder andere bewesen die helft van een huis en erve staende binnen der stede van Amsterdam buyten die Warmoespoert. Dat Willem daarna met appellante getrouwd was en op het erf een schoon brouwerije getimmerd had bij wille weten en consent van zijn voorkinderen en hun voogden, zonder contradictie. Dat een costume van Amsterdam zegt, dat indien dit met consent gebeurd is, dat dan de bouwer het erf betalen sal tot burenschattinge. Dat Willem daarna overleden is, vijf kinderen nalatende bij appellant. Deze kinderen brachten in al de goederen die in het sterfhuis waren bij het overlijden en ondere t voors. half huys ende erve mittie brouwerye, geextimeert 3£ gr Vlaems, en naderhant dieselve voorkinderen ende nakinderen bij consente van huere voochden uytgecoft vuyt die voors. goeden voor 2812 Rins gld current, daermede die voors. gedaichde in den name van zijn huysvrouw wel te vreden is geweest ende hadde dairop ontfangen 200 R gld, appellante was gebleven in t voirs huys, betalende de voorkinderen van huer helft jaerlycx over huyer 10£ gr Vls. En zekere tijd geleden had de gedaagde mit die Dirck Cornelisz die oick getrouwt hadde een dochter van den voorsz. Willem, begeert te comen woenen int voors. huys op zijn helft. Het gerecht van Amsterdam deed uitspraak hierin en verklaarde dat de gedaagde in een ander perceel moest gaan wonen. Appellante bleef in het huis; daarna was gedaagde in appel gegaan voor het gerecht van Amsterdam. In appel werd gedaagde in het gelijk gesteld. Appellante ging in appel bij het Hof. Gedaagde werd na dat na de bewijzing door Willem Canter aan zijn 3 voorkinderen gedaen van de helft van het huis, een van deze, nl Aelbert overleden was, zoodat gedaagde in naam van zijn huisvrouw en als transport hebbende van zijn huysvrouws zuster man hadde doen versouken op zijn helft mitten appellante inne te woenen ende alsoe t voors. huijs te gebruycken, t welck appellant weygerende was, waarop hij een vonnis van het gerecht van Amsterdam te zijnen voordeele verkreeg, en dat appellante wel wist toen de brouwerij gebouwd werd, dat de helft van het huis en erve den gedaagde's huisvrouw en haere evenknyen toebehoerde. Het Hof verklaart het vonnis van Amsterdam kwalijk gewezen, en dat gedaagde geen recht heeft op de brouwerij, maar dat deze aan appellante toebehoort, wel verstaende dat zij gehouden sal zijn te betalen de rechte waerde an de helfte van den erve daer de brouwery op staet. Voorts dat de gedaagde sal mogen commen op zijn helft woenen int voors. gemeen huys ende dair blijven woenen indien partijen accorderen. Indien partyen echter hieromtrent niet accorderen, zullen partijen gehouden wesen malcanderen t voors. huys te setten, te gheven of te nemen of vuyter gemeene handt tselve te vercoopen
1502-03-21 (1501) (2) | Heemskerk
Arch Marquette no 1106/Cartul Assumburg no 127
Jaartallenindex
(vervolg) 4) alle die huysingen ende hofsteden daer wijlen Bertout van Assendelft in te woenen plach ende gelegen zijn in den ambocht van Heemskerck mitten heemwerve binnen der vuyterste grafte, die laenacker ende den noerdenacker tusschen der lane ende Bauckensacker vuytgaende geheelycken aen den wech. Ende 4 geerssen in den mersch van Smeetscampe in te meten zuytwairts. Ende dat leen nyet te versterven alsoe lange alsser yet in lijve waere dat van Bertouts van Assendelft bovengenoemt ende Katrijnen zijne wijfs gecomen waere in wettiger geboerte gewonnen [dwz te versterven op nakomelingen van Barthoud en Katherine]. Ende dit voorsz goet ende leen sal men verheergewaden met eenen ... sperwer off 10 schell Holl
1472-02-14 | Abcoude
G.A. Amsterdam Inv Arch B.W. no 554/Arch St Lucienconvent Amsterdam
Jaartallenindex
manieren ende voirwaerden als hier nae bescreven staen alsoe sijn vergadert Gerijt Symonsz van Claes Gerijtszoons weghen, ende heeft verhuert Jan Jansz Jan Meuszoenszoen dat huus daer Claes Gerytszoen saliger ghedachten in plach te woenen, ende daertoe noch sestalf morghen lants een hont min, dat is te weten vier morghen een hont min in die Huuszaet, ende noch 1½ morghen gheleghen in dat Sijlenlant daer Goevert Jansz woent, alle jaer voer neghentien dalosen (?) Beyers gulden. Voirt soe hebben geloeft Dirc Jansz, Tatic Jansz ende Ysbrant Dircsz dese voirsz huer alle jaer te betalen als hoer selfs sculde ende pacht sculdig sijn te betalen alsoe alsdat een weeskijnt is
1469-03-15 (1468) |
A.R.A. Leenkamer 39 Copie fol 143v/Reg Charolais fol 2 (katern)
Jaartallenindex
Anthonis Michielsz namens de hertog als heer van Putten consenteert dat Walraven Pietersz, die noch beneden zynen mondigen jaeren is, dat hij mit wanen versoecke tegen myn Heere niet versuymen noch verbueren en sal van alsulcke 8 lijnen landts, alsghelegen syn in dat oude lant van Poirtegael in die Rooden [Roon ?] onder dat huijs daer Danckaert Walravensz in te woenen placht, die hi sculdich is van der heerlijkheid Putten te versoecken ende te leen te houden, die hem van zijn vader Pieter Walravensz aanbestorven zijn, die ze van de heerlijkheid van Putten te leen te houden placht, blijkens leenbrief van 1457-05-11, gegeven bij mynen Jonchere van Gaesbeecke. Tot der tyd toe dat hij tot zijn mondige jaren gecomen zal wesen (vgl 1467-05-01)
Heukelom, van | 1461-04-22 - 1462-09-30
Rek Rentmeester Arkel Heukelom 2189 fol 4v, 5
Achternamenindex
"Mijns genadigen Heren huijs tot Huekelem dat een steenen camer is boven mit ryet ende stroe gedect heeft omtrent een jare onbewoent gestaen na den beginne deser rekening. Ende dairna toich Dirck van Huekelem mitter woenen in, zonder consent oft voirwaerde gemaect te hebben mitten rentmeester "(fol 4v); pacht van het land van Huekelem, eerst de Hoige Zydewin: 7 ½ hont land die coman Geeryt in pacht heeft van wijlen de jonker van Heukelom voor 7 jaar, beginnend St Pietersdag ad Cath 1460 (1459) (fol 5)