Bedoelde u soms?
aelmisse | aelmosen | aelmosse

14 resultaten

1453-03-17 (1452) |

Arch Kerkvoogdij Haarlem Inv 186 fol 33 regest 126/Zeven Getijden Haarlem
Haarlem Algemeen

scepenen in Haerlem oorkonden dat Jan van Bekensteijne puerlick omme Gods willen ende in rechter aelmissen transporteert aan de Zeven Getyden een rente zoals de doorgestoken brief inhoudt, tbv de timmering

Broeder Andriesz en Jacob Meynaertsz, schepenen

1471-05-12 |

Arch Kerkvoogdij Haarlem no 186 fol 51 regest 224/Cartul Zeven Getijden Haarlem
Jaartallenindex

Gherijt Steffensz oorkondt dat hij tot love ende eere Gods ende tot vertroostinge mynre ende mynre ouders ziele, in rechter aelmissen ende tot enen vryen eygen puerlicken om Godswille gegeven hebbe ende geve mit desen brieven den getydemeesters binnen Haerlem totten getyden behoef voers. een acker lants gelegen in den cleene geest binnen den ban van Heemstede, belend zuid: Clemeins Pieter Avicxsoensdochter, noord: Lysbeth Aecht Heynrick Aerntszoensdochter. In kennesse der waerheyt soe heb ick Geryt Steffensz bij gebreke mijns zegels gebeden Jan Vuytten hage ende Ysbrant Vuyten Haghe desen brief over mij te bezegelen

1485-04

folio 8v VII 1484-1486
Transportregister Haarlem

mr Dirk Luijtgensz, stedemeester van Naerden, als man en voogd van Katrijn Gijsbrechtsdochter en Tyman Gysbrechtsz geven in rechter aelmissen ende puerlick om Godswillen, aan die Cellebroeders binnen Haarlem, alle erfenis hun beiden aanbestorven by dode van hun beijder broeder mr Gerrit Gysbrechtsz, barbier

Jan Dircsz | 1468-10-11

Coll Aanw 240 fol 1266v
Voornamenindex

Jan Dircsz, nu overleden, en zijn 5 kinderen leefden van aelmissen te Noordwijk: zij erfden van hun oom Hubrecht Dircsz, broer van Jan Dircsz, en verkochten deze erfenis (100 nobel waard) aan Ewout Willemsz; de Heilige Geest eist deze erfenis op

1452-12-31 |

Arch Kerkvoogdij Haarlem Inv 186 fol 47v/Zeven Getijden Haarlem [niet in regestenlijst]
Haarlem Algemeen

schepenen in Haarlem oorkonden dat Engbrecht Gerijt Rampenz puerlick om Gods willen en in aelmissen gegeven heeft aan de Zeven Getyden 21 schell Holl sjaars op het huis en erf dat Claes Aelbrechtsz nu woenlic bezeten heeft, op die Oude Grafte, an die een zijde: Henrick die metselaer, an die ander zijde: Griet Willem Jansz weduwe, afterwaerts streckende an Claes Aelbrechtsz voors. In margine: nu toebehoort Quiryn Jansz den Houten

Jacob Meynaertsz en Joost Danielsz, schepenen

1454-04-20 |

Arch Kerkvoogdij Haarlem Inv 186 fol 75v regest 140/Cartul Zeven Getijden Haarlem
Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat Vrancken van der Boechorst voor hemzelven en als man en voogd van jvr Katrijne van Bakenesse, geliede dat hij puerlic om Gods willen en in rechter aelmissen gegeven heeft aan de Zeven Getyden zijn aendeel van alle erfnisse ende goede die hem aengecomen en opbestorven zijn van jvr Geertruyd van Bakenesse, zijns wijfs voors. zuster, die geechte wijf was van Gheryt van Spaernwoude, hetzij husinge, erve, lant, roerende en onroerende goederen etc, hetzij binnen hetzij buiten Haarlem (vgl 1454-06-12, 1443-10-01)

Garbrant Claes Pelgrimsz.z en Pieter Brawe, schepenen

1497-05-12 |

Ms Opstraeten v.d. Molen III fol 708
Haarlem Algemeen

broeder Thomas van Embrich, prior, broeder Andries Hermanni, mr in de Godheid, bruder Thomas Taeck en bruder Willem Aerntsz, procurator, ende andere gemeijne bruderen des convents prediker ordens binnen Haerlem gelegen, oorkonden "dat wij ontfangen hebben onder andere menichvuldighe merckelijcke aelmissen van olden Gerrit van Berckenrode s.g. ende van jvr Ave van Berckenrode nagelaten weduwe des voirs. Gerrits van Berckenrode, und van den jongen Gerrit van Berckenrode nu ter tyt burgemeester der eerbare stede van Haerlem, een silveren kelck verguldet bij namen daerop gevesticht sijn die wapenen van Berckenrode, tot eene euwige geheuchelijcke aelmisse

1439-01-18 | Vraechel sub Oosterhout

Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 II fol 101/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex

"den brief van 5 vierendeel rogs die ons Lijnken Henrics Tongerloes dochter gaf". Schepenen in Oosterhout oorkonden dat Kathelyn Henrick Tongherloe's dochter met haar voogd opdroeg broder Tylman, procurator van het Carthuizer klooster bij St Geerdenberg, in rechten testament in aelmissen voer haer ziele, 5 viertelen rog sjaars erfpacht. Met als onderpand 5 zesteren rogs erfpachts in afcortinge daeraf en gelyk utgaende, 1) in den eersten: die husing en hoirnge houdende 2 bunder erfs gelegen tot Vraehel en Henrick di Houwer nu ter tyt op woent ende den pacht voirs. jaerlics utreyct, gelegen zuid: Ghijb Tongherloes erve, noord: Godevaert Busschers, 2) 5 lopen saets erfs in die heyninge gelegen bij Tongerloes bosch, 3) 4 lopen erfs geheten den dyckacker by Jan Herts erve, 4) ½ bunder erfs by de Conincx dyck opten Waterlaet, 5) 3 bunderen beemden in den Wynstert, gelyck die 2 bunder daeraf gelegen zyn tussen Merten Camerlinx erve was ende Arnt Kentinx erve was. Ende dat 3e bunder neffen Arnt Conincx erve was. Vrij dese onderpand voirs, met sheren chyns jaerlix en metten pacht voirscr. Door schepenen bezegeld met hun zegels

Roelof Stasenz en Jan Bernagy, schepenen

Willem Jansz | 1338

Rek Houtvester dl VII p 117
Voornamenindex

"uutgegeven Willaem Jansz doe myn here in die Haghe quam ende hi te Catwyc reet sine goede lude te hulden in den jare 1337, van aelmissen, die hi den armen gaf, 8 sc"; "Willem Jansz, dat Willem haren Symon [van Benthem] anbrocht bi myns heren behiete om enen heinst 10£"; "bi myns heren beheten ..n Willem Jansz om 1 zadel 2 hosen uytgegeven anno 1337 1£"

1471-11-05 |

G.A. Haarlem Cartul Carmelieten fol 14v
Jaartallenindex

scepenen t Oostvoorne oorkonden dat Jacob Robbez ende zijn huysvrou Maritgen "verlyen dat si gegeven hebben dat clooster te Haarlem tot O.L.Vr. broeders, 4 gemeten lands gelegen in Oestvoorne op die Gheest, binnen desen lantmercken", west: mr Cornelis van Dordrecht, oost: heer Jan Mathijsz, noord: die Noortdyck, zuid: de heerwech. Welk voors. lant si geven in ener vrier aelmissen ende ewich testament. Behoudelic dat dit voers. cloester hoer luden ontfangen in bruederscip hoers convents ende meedeelinge alder gueden die God doer hem sal laten geschien. behoudelyk dat dese voors. Jacob mit syn huysvrouwe dit lant bezitten, bruken en banen sullen alsoe lange als een van hoer beyden leeft. Dese sullen sy den bruderen geven jaerlix 1£ Holl. Na hun beider dood mag het klooster het vrij bezitten. "Des so begeert Jacob voirs. dat syn kinderen altyt die naeste sullen wesen alsoe verre als sij geven willen als dairt een ander om hebben soude. Ende daer toe begeeren sy voer hoer beyden leven ende nae hoer doot jaergetide ende memorie van den bruederen voirs. tweewarven sjaars tot eeuwigen dage alsoo lange als dat clooster staat" etc.

Clays Jacobsz, Cornelis Jansz en Clays Claysz, schepenen te Oostvoorne