13 resultaten
Gellicum, van | 1737
Oud Arch Culemborg Inv no 537
Achternamenindex
lofgedicht ter ere van Arnolda van Gellecom
Grevenbroek, van | 1620
Taxandria jg 8 p 73
Achternamenindex
schepenakte 's Hertogenbosch: Florentius de Grevenbroeck zoon van Hercules en Arnolda Folckner, dochter van Stepanus Folckner
Schaep | 1626-07-21
Leenregister Huis Bergh no 51 p 47
Achternamenindex
Tiddekenmait, - 3 roden in Aildemait, - 3 ½ voderdeel in Milsterholte, tot 1 £: Arnolda van Baerl, vrouw van Gerrit die Vriese, hulder is Albert Schaep
Didam
Spaen | 1400-1415
Quellen Stift Xanten p 362
Achternamenindex
in Udem: in bonis dictis Bonghertscheguet, 16 maldrata siliginis: 1e hand Elisabeth vrouw van Arnold van den Berge, dochter Arnolda, 2e: Henricus Spaen, 3e: zijn dochter Aleidis
Zevender, van der | 1414
Ned Kasteelen III p 34
Achternamenindex
Willem van Sevender wordt na dode van zijn vader Claes beleend met Renswoude; 1417: Arnolda van Sevender wordt na dode van haar broer Willem beleend met Renswoude
Eijl, van | 1424
Quellen Stift Xanten p 527
Achternamenindex
census curtis Rottum, Quaelburgh: prepositus de Bedbur 3 sol leves 2d de 7 maldratas sitis inter Oyen juxta curtim Ryswyck, 1e hand: Grita Stecke, 2e: Arnolda de Rutenbergh, 3e: Aleydis de Eyl, tbv genoemd klooster
Rutenberg, van | 1424
Quellen Stift Xanten p 527
Achternamenindex
census curtis Rottum, Quaelburgh: prepositus de Bedbur sitis inter Oyen juxta curtem Ryswyck, waarin Grita Stecke de 1e hand, Arnolda de Rutenbergh de 2e en Aleidis de Eijl de 3e hand hebben tbv genoemd klooster
Grevenbroek, van | 1559-09-19
Ned Leeuw jg 1926 p 340
Achternamenindex
schepenakte Gorinchem, waarin vermeld dat Floris, zoon van Hercules, onder voogdij stond van zijn grootvader Dirck van Grevenbroeck heer van Loon [Hercules was dus geen bastaard van Floris van Grevenbroeck]; met stamreeks Dirk van Grevenbroek, Hercules x Arnolda Volkier
Hondius | 1710-07-10
Arch. Gecomm Raden Noorderquartier Inv no 51
Achternamenindex
lijfrenten kantoor Hoorn: Agneta Florentia Aaltius 300 gld ten lijve van haar dochter Geertruida Rebecca Hondius, oud 12 jaar, vader Gerardus Puppius Hondius, fl 27; dezelfde 300 gld ten lijve van Jacoba Arnolda Hondius, oud 10 jaar, ouders idem
1572-1576 |
Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl VII dossier 641
Jaartallenindex
Machteld van Nyeuwenrode, weduwe Gherrit Spierinck van Wel, kastelein en drost van Heusden, contra Wouter van Oudheusden voor zijn vrouw Cornelia Spierinck, Gherrit Spierinck evenals zijn vader Gherrit Spierinck kastelein en drost van Heusden, mede namens Huberta van Wyck, dochter van Arnolda Spierinck, weduwe Hubrecht van Wyck, heer van Onzenoord. Allen erfgenamen van hun vader en grootvader Gherrit Spierinck van Wel. Deze (de oude) was gehuwd met Emerentia van Merssel en Cornelia, Gerrit en Arnolda waren de kinderen uit dat huwelijk. In 1556 stierf Emerentia en volgens het Heusdense erfrecht behield Gherrit Spierinck alle roerende goederen in eigendom en kreeg het onroerend goed in vruchtgebruik. Toen Gerrit Spierinck de oude in 1570 overleed, nalatende zijn tweede vrouw Machteld van Nyenrode als weduwe, eiste deze de eigendom van de roerende en het vruchtgebruik van het onroerend goed. Gerrit was met Machteld zonder huwelijkse voorwaarden getrouwd. Achteraf was bij willige condemnatie door het Hof van Utrecht, dd 1560-11-04, elke gemeenschap van goederen uitgesloten, zij had dus geen recht op de erfenis van haar man. Op grond hiervan namen gedaagden tijdens afwezigheid van Machteld uit Heusden, bezit van de roerende goederen. Machteld ging in beroep bij de Grote Raad die de zaak op 1571-10-06 naar het Hof verwees. Bij vonnis dd 1572-03-29 herstelde het Hof Machteld in het bezit van de roerende goederen. Toen verweerders deze uitspraak niet nakwamen, liet Machteld hen gijzelen. Het Hof verklaarde in november 1574 deze gijzeling ten onrechte geschied. Machteld tekende tegen de sententies van 1572-03-29 en 1574-11 beroep aan bij de Grote Raad