12 resultaten
1397-05-24 |
R.A.H. Coll Aanw 47 fol 428v/Reg Albrecht V fol 241v
Haarlem Algemeen
hertog Albrecht oorkondt dat hij wegens geleend geld in voorleden tijd het hopgeld van Haarlem verpand had aan zijn neef heer Willem van Croonenburch en dat hij dit nu voor zijn zoon Henric van Croonenburch bevestigt
1506-12-27 |
R.A.H. Coll Aanw 114 Caput Heusden etc fol 21
Jaartallenindex
Max en Karel belenen Mathys van Croonenburch Jansz een steenhuise en woninge met 4 morgen land daartoe behorende, gelegen in de ban van Wyck in den lande van Heusden, west: Dirck Kuyst's erfgenamen, oost: Willem Spierinck. Te houden tot een erfleen, te verheergewaden met een gulden penningh. Voor Mathijs doet zijn neve Heinrick van Croonenburch de eed, zodra Mathys in den Hage komt, zal hij zelf de eed moeten doen; op 1511-08-07 doet Mathys zelf de eed
present: Willem van Ruiven, Dirck van Boneem, Reynier Willemsz, clein Jan Bruin; 1511-08-07: Jacob Cruesinck, Pieter Plumion, Loys Bruweel
Cronenburch, van | 1428
Libro IX fol 127 (174°)
Achternamenindex
het huis tot Cronenburch met allen den goeden en tienden gelegen in Loenrekerspel, Jan van Cronenburch, bij gebreke van een zoon te erven op zijn broer heer Henrick van Cronenburch of zijn zusters; heer Henrick van Croonenburch roerende die hooge heerlijkheid
1399-08-28 |
R.A.H. Coll Aanw 47 fol 609v (608v ?)/Reg Albrecht V fol 348v
Haarlem Algemeen
hertog Albrecht oorkondt dat hij schuldig is aan Heer Henric van Croonenburch, onsen neve, door wijlen diens vader heer Willem van Croonenburch aan hem geleend 7500 oude Vrancr schilden, waarvoor hij aan heer Henric voorn. bewijst ende in handen geset onse hopgelt of grute tot Hairlem, totdat genoemde som betaald is etc. Hij verzoekt zijn zoon hertog Willem mede te zegelen. "Ende wij Willem van Beyeren etc bi bevelen ons liefs Heeren ende vaders voirn, ende om dat dit bi onsen wille, bi onsen rade ende bi onsen vervolge geschiet is, ende om recht liefte, gunste ende goet betruwen dat wij tot Heeren Henric voirn. hebben, ende omdat hi van onsen bloede ende maechscip gecomen is, alle dese voirs. punten geloift ende loven te houden en te doen houden" etc
1470-04-18 (1469) |
R.A.H. Coll Aanw 105 fol 11v (fol 4)
Jaartallenindex
hertog Karel oorkondt dat Melys van Mijnden gemaakt heeft tot lijftocht aan zijn vrouw jvr Johanna van Ysselsteyn die vruchten ende bruycwaer van 3 saeten lants die hij onder andere goeden begrepen in der heerlicheyt van Croonenburch van ons te leen houdende is, ende gelegen sijn aen den sloot aen die hoghe sijde, dair die een af bruyct Dirck Willemsz, die ander Pieter Dircsz ende die derde nu bruyct Ansen Airtssone
1470-08-31 |
R.A.H. Coll Aanw 105~ fol 10v
Jaartallenindex
hertog Karel oorkondt dat onse geminde Jan van Swieten, schout van Leyden, hem heeft opgedragen tbv zijn zoon Adriaen van Swieten, eerst een wooninge die gelegen is tot Loenen, ende is geheyten ten Velde met 20 morgen daaran. Item nog 4 morgen geheten die Cortemade gelegen after Loenen. Item noch een zate van 13½ morgen te Loenen die Boudijn van Swieten, des voirs. Jans vader, cofte jegens Heer Heynrick van Croonenburch, met consent van 's Hertogen vader. De hertog beleent hem vervolgens, tot een recht leen, de 13½ morgen, te verheergewaden met een goede heect of 1£ Holl. Adriaen maakt de helft van dit goed tot lijftocht voor zijn vrouw jvr Otte van Egmonde. Verder maakt Jan van Swieten Adriaens vader haar nog na Adriaens doot 36£ Holl sjaars uit al zijn leengoederen van Opmeer
1533-07-13 (1) | Heemskerk
Arch Marquette 1106 no 214/Cartul Assumburg
Jaartallenindex
schout en schepenen in Heemskerck oorkonden dat Aelbrecht die Weent voir hemselven ende als collateur van een vicarie gefundeert in de prochiekerk van Beverwijck, en de oick als vader ende voecht van Floris Aelbrechtsz, jegenwoirdich besitter ende possessoer van deselfde vicarie, bekende, met toestemming van den bisschop van Utrecht, verkocht te hebben aan Maerten Gheritsz twee maeden hoeylandts gelegen in den ban van Heemskerck in den Hemme, dairof dat eene madt belent is zuid: een priester van Amsterdam, ende bruyckt nu ter tyt die weduwe van Pieter Claesz Croonenburch, west: die commandeur van Hairlem, noord: Heynrick Bertelmeesz, oost: een water genoemt die Dije. Ende dat ander madt zuid: die schout van Vuytgeest, noord: Pieter Heynricxzoon, oost: die Dije, west: die commanduer van Hairlem. Hij belooft vervolgens de ontvangen penn. wederom op andere wijze te zullen beleggen
Jan Cornelisz, schout, Arys Jansz, Willem Willemsz, Splinter Ysbrantsz, schepenen
1473-06-20 |
R.A.H. Coll Aanw 105 fol 19v, 20, 21 (fol 6v)
Jaartallenindex
hertog Karel beleent Anthonis van Mynden na dode van zijn vader Melys van Mijnden met: 1) alle heerlijkheden en goeden van Mijnden, van der Loosdrecht, van Mynevelt ende van Loenrevenne bij der Vechte gelegen, met tienden, renten etc tot een erfleen; 2) een sate van 24 morgen gelegen in Loenrekerspel, streckende mit den westeynde an die Hanxter, noord: Claes Kerstkynsz, Dirc Bermsoon, Heyn Loefsoon ende Lijskijn Botermansz, zuid: Rover Airnt Loefssoon, Dirc Bermsoon ende Claes Willem van Beijensoon, tot een recht leen; 3) 8 morgen lants in den ambachte van Mynden in een hoeve onderdeelt van 16 mergen, boven zuid: Willem Wouman, beneden: Melys van Mijnden erfnamen, tot een recht leen; 4) 14 morgen lants geheten die Nesse tot een recht leen; 5) t slot ende huys te Mynden mit 6 morgen lants liggende in die Loosdrecht, opstreckende van der Vechte tusschen die Drecht ende die Bloclane, tot een erfleen; 5) dat slot van Croonenburch mit den boomgaerden, cingelen, landen, renten, tot een recht leen, open huys. Verder nog alle andere hem aanbestorven lenen
1470-05-17 | Ouder Amstel
R.A.H. Coll Aanw 105 fol 5v, 7v, 8v (fol 2)
Jaartallenindex
hertog Karel oorkondt dat Jan van Aemstel, die twee zoons heeft, hem heeft opgedragen 60 morgen lands geheten Het Hofland, gelegen ter Ouder Aemstel in den ban van Ouderkerk, en dat de hertog nu de helft van dit land, met consent van Geryt van Aemstel, oudste zoon en leenvolger van Jan voorn, verkocht heeft aan Bruninck van Buschuysen Floriszoon, op dese tijt bewairer van onse Registeren van Holland, Zeeland en Vrieslant, die noch ter tijt geenen soon en heeft. Deze ontvangt de helft van dit land, dair zijn broeder Willem van Buschuysen die wederhelft af heeft. Tot een recht leen, mits betalende 200£ tot 40 gr Vlaems. Nota: Libro IIII folio 84 op Willem van Croonenburch die heergewaden van desen lande, inhoudende een roode havick of 10 schell groot daarvoor. De hertog verkoopt de andere helft aan Willem van Boschuijsen Florijsz, op dese tyt burgemeester van Leyden, die noch ter tijt mer enen soon heeft, tot een recht leen, voor 200£ van 40 gr Vl, dd 17 Mei 1470. Hertog Karel oorkondt dat Brunninck en Willem voors. dit geheele land tot lijftocht hebben gemaakt voor hun vader Florys van Boschuysen
1542-10-28 |
R.A.H. Coll Aanw 123 Caput Amstelland, Waterland, Zeevang fol 39v; R.A.H. Coll Aanw 141 fol 170/Reg Nassau fol 115
Jaartallenindex
Antheunis van Amstel van Mynden wordt na dode van zijn vader Antheunis van Amstel van Mynden beleend met: 1) die heerlijkheden en goeden van Mynden, Loosdrecht, Mienevelt, Loonrevene bij der Vechte gelegen, met thienden, renten etc, tot een erfleen; 2) een saete lants, 24 morgen, gelegen in Lonerkerspel, west: die Anxter, noord: Claes Kerstensz, Dirck Bermz, Heyn Loefsz en Lysken Boetermans, zuid: Roever Aernt Loefsz, Dirck Berm ende Claes Willem van Cleijn zoon, tot een recht leen; 3) 8 morgen lants in den ambacht van Mynden in een hoeve onderdeelt van 16 morgen, belend boven, zuid: Willem Wommen [of Wonnen = Wouman ?], beneden: hij zelf met 6 morgen gelegen in den Loosdrecht, opstreckende van die Vecht tussen die Drecht en die Blocklane, tot een recht leen; 4) het slot en huys tot Mynden met 6 morgen land in de Loosdrecht, opstreckende van de Vecht, tussen die Drecht ende die Blocklane, erfleen; 5) 14 morgen lants geheten die Nesse; 6) dat slot ende huys tot Croonenburch mit den boomgaerden, cingelen, landen, renten, tot een recht leen. Dit slot zal altijd ons open huis wezen. Behoudens ook ons en onse erven het recht van lossing; 1576-04-12: in 1572 is zijn enige zoon overleden, na in Leuven en Douai gestudeerd te hebben en licentiaat in de rechten geworden. Hij verzoekt nu zijn lenen te mogen doen komen op één van zijn 7 dochters; door de koning omgezet in onversterfelijk lenen (1578-03-15, 1578-07-14)
leenmannen: heer Zegelijn van Alveringen heer tot Hofwegen, Raad Ord en meester van onse reeckeninge, mr Cornelis Jansz, advocaat aldaar, Cornelis Barthouts, Willem van der Criep, Jacob van Boschuysen, Anthonne Lebucq