18 resultaten
1554-01-14 |
Partic Leenkamer Asperen 2 fol 4
Jaartallenindex
Jan Folperts wordt quitgelaten 16 mergen 2 hont 32 roeden lans gelegen op Asperen int Bloclant, dan helt de voirs. Jan noch daerenboven 2 kampen elck van 3 morghen te leen ut supra (vgl 1541-08-28)
1554-07-24 |
R.A.H. Coll Aanw 257 fol 577/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex
alsoe Jan van Dompseler, procureur postulant voor den Hove van Holland, zekere lange tijd hem van denzelven Hove geabsenteerd ende daerenboven zich in dienste van een particulie stede begeven heeft zonder zijn officie van procureurschap persoonlijk behoorlijk te bedienen, zo had het Hof hem op 20 april j.l. gelast zijn residentie in den Hage te nemen binnen 3 maanden. Het Hof verklaart hem nu vervallen van zijn deurwaarderschap. Mr Pieter van Rotterdam, advocaat voor den Hove, stelt vervolgens dat Sanchio Cassiopijn zijn zoon een van de 16 procureurs zijn ambt resigneert tbv Frans Duijst Gysbrechtsz [van Couwenhoven] die door het Hof toegelaten wordt. Beedigd op dezelfde dag
1565-08-20 |
G.A. Haarlem O.R.A. 76/24 fol 116
Haarlem Algemeen
Willem Henricsz voor zichzelf en namens Cornelis en Jan, Henricxzonen, zijn gebroeders, en Michiel Adamsz als man en voogd van Aechte Henricsdochter. Allen kinderen en erfgenamen van wijlen Heynrick Willemsz, verkopen aan Machtelt Jacopsdochter, weduwe van Henrick Willemsz voorn, hun stiefmoeder, ½ van een huis en erve in de Voorhout buiten de Grote Houtpoort, waarvan Machteld de wederhelft toebehoort, binnen de vrijheid der stede, oost en noord: de Voor Hout, zuid: Henrick Wesselsz, west: St Elisabethsgasthuis. Belast met ½ van 1 penn. sjaars op deze ½ te erfhuer staande. Hieraen zyn geroeylt 3 koeyen, waardich 50 Kar gld tesamen en sal noch daerenboven betalen 25 Kargld. Cornelis Claesz, landtman, zal Machtelts voogd zijn
1398-03-01 |
Arch Abdij Egmond Inv no 352
Haarlem Algemeen
scepene in Haerlem oorkonden dat het ghewyst is met vonnisse der scepene twischken den abt ende Goetshuise van Egmonde an die ene zide, Philps van Cralinghe an de ander zide na huere beider dinctael als dat die abt ende goetshuys van Egmond wesen sullen ende bliven an die 10£ sjaers die Baernt Scoutenzoen bewijst heeft Jan Baertout zinen stipzoen na inhout hoirre brieve. Ende so wes goet Baernt Scoutenz daerenboven after ghelaten heeft dair sel Philps van Cralinghe an wesen ende bliven waer ende waer an gheleghen zi binnen der stede van Haerlem of dair buten also Philps brief van Cralinghe ouder is dan die brief dair Baernt Scoutenz zijn goet mede opghedraghen heeft den hospitale tot Egmonde
Jan Wouter Simonsz.z (3 dwarsbalken beladen resp met 4, 3 en 2 St Andrieskruisjes), Jan van der Lane (een keper, in de punt beladen [?] met een vergezeld van 3 tonnetjes), Baertout van Assendelf Jansz (een stappend paard, boven vergezeld van een molenrad), Willem van Saenden (een kruis, rechts boven vergezeld van een penning), Matheus Geryt Claesz.z (bovenhelft: 2 naar elkaar toegewende ...., waartussen een ster, onder: een ster), Claes Meynertsz (een fraai zegel), schepenen
1521-06-03 |
R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Zeeland fol 67v
Jaartallenindex
Karel beleent Cornelis Oom van Wyngaerden heren Willemsz na dode van zijn moeder vrou Maria van den Werve, met ⅙ deel van alle alsulcke gorsen, lande en slycken, geheten Grisoirde, Duvenwairde, die Tonge, Hugenvliet, Hellebrensgat en die Battennoirt ende alle andere hoe die ook genoemd mogen wesen, als gelegen sijn tussen die naegschreven bepalinge ende mercken als Hontsloo noortoostwaert of, of dat Heydiep van Bomer zuijtwert, of dat Heijdiep van Greveninge zuidwestwaert, Wellenvliet, Herckinge ende die Riere noordwestwaert, en met anders alle toebehoren. Met nog 1/16e deel van de moerneringe ende brant daertoe behorende. Ende daerenboven ⅙ deel van den ambochte, ambochtsgevolg, thienden, molen, visserijen, vogelrien, giften van kercken, boeten, foerfeyten, in de voors. gorsen, landen en slycken. Leen van Voorne, tot een onversterfelijk erfleen. Behouden ons alsulke jaarlixe goeden en penningen daeruit, mit onse recht van der moerneringe, boete, foerfeyten en anders naer inhout der ouder brieven
leenmannen: Ysbrand Oom van Wyngaerden, zijn oom, Adriaen Ruychrock van de Werve, mr Everardt Nicolaesz, onse Raad, Cornelis Berthouts
1607-01-09
R.A.H. O.R.A. 2099 fol 7v
Transportregister Egmond
schout en schepenen tot Egmond oorkonden dat Adriaen Sale, poorter tot Alckmaer, transporteert aan Albert Jansz Beerum [van Beerhem], poorter tot Alkmaar, 3 partijen lants gelegen in de Egmondermeer: 1) 9 roeden 2 voeten, genaemt wesende eerste stuck, leggende in de 5 noorder ommeloopen van Osselyck, byoosten Brouckerhem in de Nieuwe Buerte, getekent met de letter L. Belend oost: Antony Hagenoy, west: die wagenwech, zuid: sheren omloop of lant, noord: Broekershem, 2) het tweede stuk groot 660 roeden 7 voeten genaempt "het vierde stuck", mede gelegen als boven, oost: Anthony Hagenoy, zuid en west: de wagenweg, noord: tsheren lant, 3) 2 morgen 3 roeden, gelegen als voren, genaempt "het noorder stuck van de omloop van Osselijck", oost en noord: Anthony van Hagenoy, zuid en west: de wagenwech. Waeraen hij [in betaling] gegeven heeft een huis en erve tot Alkmaar optie Leet, oost: een gemene steech, zuid: Claes Thamasz, timmerman, west: die brouwerije van de Helm, noord: de Leet, en daerenboven een termijnbrief inhoudende 1200£
borg: Claes Sputs [?]; Loeff van Haerlaer, schout, Cornelis Jansz Bestert en Jan Hendricksz, schepenen
niet gelokaliseerd op de kaart
1564-08-09 |
R.A.H. Coll Aanw 136 Caput Zeeland fol 97, oud fol 30v
Jaartallenindex
koning Philips oorkondt dat mr Gysbregt van Hogendorp, advocaat voor den Hove van Holland, hem heeft opgedragen tbv Cornelis Willemsz uyt Oude Tonge, 1/12 deel van de ambachtsheerlijkheid van Grijsoord, als de oude- ende de nieuwe Tonge, zoals dit hem door zijn zwager Cornelis Oom van Wyngaerden getransporteerd was dd 1559-04-25. En dat hij Cornelis vervolgens heeft beleend met ½ van ⅙ deel van alsulcke gorsen, landen en slicken geheten Grysoorde, de Tonge, Duvenwairde, Huygensvliet, Hellebremsgat ende Battenoord en alle andere hoe die genaamt mogen wesen als gelegen syn tussen de bepalingen en gemerken hiernae geschreven, als Hondsloo noordoost uyt, ende die Heijdiep van Greveninge zuydwaarts off Willevliet, Herckinge ende de Viere noordwestwaert off. Ende daerenboven noch ½ van ⅙ van den ambogte, ambochtsgevolge, tienden, molen, visscherijen, vogelrijen, giften van kerken, boeten, forfeyten ende anders allen synen toebehoren in die voors. gorssen, landen en slijken. Die te houden als leen van Voorne tot een onversterfelijk erfleen, door Cornelis Willemsz voors. Behouden ons alsulcke jaerlixe erfpachte en gelde daaruit mit onsen recht van der moerneringe, boeten, forfeyten ende anders, gelyk de oude brieven inhouden
Dirck Adriaensz, Pieter Herwijer, Pieter van der Houve Cornelisz, leenmannen
1478-01-16 |
G.A. Amsterdam Weeskamer Amsterdam Lade 19
Jaartallenindex
schepenen in Edam oorkonden dat Cop Wit Jansz en sijn broeder Heynric Jansz, poorters van Amsterdam, ter eenre zijde, ende Wendelmoet Jansdochter met Geryt Pouwelsz, hoeren oeme ende ghecoeren voecht, an die ander zijde, hun geschil over de erfenis aan Wendelmoet voirs. aangekomen bij dode van haar vader Jan Pouwelsz en van haar broeders en zusters, verbleven zijn aan Jan van Oirgaet, Jan Braber [?] van Hoechswijck, Meijnert Jacobsz en Jan Claes Meestersz. De uitspraak luidt dat Cop Wit en Heijnric den voirs. Wendelmoet uitreiken zullen 81 R gld, in afkorting waarvan zij ontvangt een stuk lands gelegen te Middelie, bij die moelen, groot 2½ deymt lants geheten die Jarden, der lenden of siin noord: Peter Meeusz, zuid: Alit Peter oude Jansdochter. De 18½ R gld die Wendelmoet nu nog tekort komt, zullen zij betalen op St Martijnsmis in den winter. Wendelmoet scheldt hen vervolgens kwijt alle erfenis haar aangekomen van haar vader, broeders en zusters, ende noch daerenboven alsulcke giften als Wendelmoet in voirleden tiden gegeven sijn van Pouwels Jan Doeszoen, hoir oudevader, ende van hoir broeder Jan Does (vgl 1479-01-27)
zegels van Hilbrant Pietersz en van Simon Jansz, schepenen in Edam
1545-06-13 |
R.A.H. Coll Aanw 120 Caput Z.H. origineel fol 70 Caput N.H, copie fol 440
Jaartallenindex
chynsbrieve van Kornelis van Berghen, here van Zevenbergen etc: van wege grote lasten van dykage in het land van Zevenbergen verkoopt hij aan Aelbrecht ende Heinrick van Deventer, wonende te 's-Hertogenbosch, 77 bunder 306 roeden 6 voeten lands in het land van Bloemendale in het land van Zevenbergen gelegen, van de oostzijde van jhr Dirck van Assendelft streckende over enen deurgaenden wech al tot den weg van Sprange, noord: die Cadyk, zuid: comende tot der gebuur land. Salvo dat binnen middelen van desen syn gelegen zekere 28 bunder land toebehorende den heer van Mall. Hij verklaart zich betaald. Ende daerenboven om en mits een jaarlyxen erflyken cyns van 1st op elke bunder, te samen 77st 3 oort te betalen aan de rentmeester van Zevenbergen. Cornelis transporteert deze goederen dus aan Aelbrecht en Heynrick van Deventer als vrij cynsgoed en behoudt zijn jurisdictie van hoge-, middele- en lage en de heerlijke tienden. Hij belooft vrijwaring en stelt tot onderpand de heerlijkheid Zevenbergen. Als gemachtigde stelt hij mr Adriaen de Lavelle, procureur en Wolter Schellens, residerende tot 's Hertogenbosch. Gegeven op onse slot en huize van Zevenbergen (vgl 1545-11-27)
1532-12-08 |
R.A.H. Coll Aanw 117 Caput N.H. fol 263
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat hij op de conditien en voorwaarden verclaert in anderen onsen openen brieven van admortissement bij ons verleent aan prior en gemenen convent van St Barnard van Wateringen, beleend hebben als gesette voogd van dit convent mr Cornelis van Capella, met: 1) 10 morgen op t lendt beoosten den boomgaert tot Wateringe ende een stucken lants mit solvelde, groot tesamen 2½ morgen lands ende daertoe noch den Molenweer, mit die 3 weeren lands oostwaarts daeraen gelegen, mit noch een camp lants geheten die Duyfhuyscamp, groot 4 morgen uit 25 morgen lants, gelegen in den Poel ter Wateringen, 2) 7 morgen lants gelegen in den ambacht van den Wateringe, oost: t klooster v.d. Lee, west: t susterhuis van St Aechte te Delft, noord: die kerk van Monster, zuid: die noortweg van t land. Te houden tot een onversterfelijk erfleen, gelijk Cornelis Zuijs die te houden placht. Prior en convent blijven gehouden aan de grafelijkheid te betalen een eeuwelijke erflijke rente van 30£ van 40 gr Vls, tot elke Kerstmis te betalen, de eerste op Kerstmis 1532. En noch daerenboven een somma van 1600£ in eens in handen van onse rentmeester-generaal heer Jehan Micault