10 resultaten
Galen, van | 1477
Quellen Stift Xanten
Achternamenindex
Heberegister der Pension Bislick, Bergen: Derick van Gaelen 2 schepel tritici, 2 gersten, 2 haveren (p 493); Henrick van Galen, toe Wesel, 1 vat tritici, 1 gerst, 1 haver, des ick nyet en boer (p 496)
1560-02-17 |
R.A. Arnhem Inv Arch Doornenburg regest 161
Jaartallenindex
burgemeesters, schepenen en raad van Nijmegen oorkonden dat Reyner van Wyhe heer tot Hernen verklaart dat Jacob van Gaelen, in de tijd dat Reijner burggraaf te Nijmegen en in het Ryk was, te Boenyngen een windmolen heeft laten zetten, en deze hem de bewijsstukken over het dwangmolenrecht heeft vertoond, en dat na publicatie van dit recht in de kerk, een daar gevestigde rosmolen was afgebroken
1509-07-09 |
Arch Marquette no 1106/Cartul Assumburg no 87
Jaartallenindex
leenmannen der grafelijkheid van Holland oorkonden dat zij met Gerit van Assendelft ende mit Gerit Albout, zijn bailliu tot Assendelft, terecht geseten hebben aldair, hij causeerde ende ansprack eenen Claes Geritsz Rombout omdat deze gevischt had "in de mere buijten dycx voor myn heeren sluyse van den Nyendam binnen Merckx te Wever [?] binnen Baert Gaelen uetterdyck ende Baerten sluyse, buiten consent van den heer van Assendelft". Hij wordt veroordeelt tot een boete van 10£ tbv den heer van Assendelft
Pieter van Alphen, bailliu van Kermerlandt, Daniel van Alphen, Lodewyck van der Buchorst, Kosten van Poerssen, Jacop van Griecken, Gerbrant Dircxz en Jan Willemsz, leenmannen
1579-02-03 |
R.A.H. O.R.A. 616 L
Jaartallenindex
schout in de ban van Heemstede en schepenen aldaar oorkonden dat jvr Anna van Spaernwoude ende Hillegondt Diricsdochter, beide meesteressen en regenten van het Grote Begijnhof te Haarlem, met mr Jan van Zueren, oud burgemeester van Haarlem als gecoren voogd, erkennen dat Dirick Claesz Wij, ook oud burgemeester van Haarlem, hun, wegens de grote lasten van het beleg, in 1574 hun 400 Kar gld geleend had. Daar terugbetaling nu onmogelijk is, mogen zij deze som op rente houden tegen den penn. 16. Zij vestigen nu een losrente deswege van 25 Kar gld sjaars, losbaar met 400 gld. Zij verbinden voor de betaling drie percelen land onder Heemstede (eigendom van het Grote Begynhof te Haarlem): 1) een stuck land genaemd "de Bocken", groot 2 morgen 3½ hond, in de Veen, noord: de Bernarditen ofte den Anderen Houdtslaan, west: St Elisabethgasthuis, zuid: Jan Claes Lotssz Gaelen laen mette memorieheren binnen Haarlem tesamen, oost: de memorieheeren voirs, 2) een stuck land mede daaromtrent gelegen, genaamd "de Bies- ofte Liescamp", groot 6½ hont, west en oost: Jan Claes Lottsz Gael, zuid: Jan Claes Lottsz Gaelen laen, west: de memorieheren te Haarlem, noord: de Bernarditen of den Anderden Houtslaen, 3) het derde stuk, in Schoubroeck gelegen, groot 2 morgen 1 hont, west: de erfgenamen van Andries Willemsz te Alcmaer, noord en oost: St Elisabethsgasthuis, zuid: de weduwe van jhr Johan van Duvenvoorde
Willem Michielsz, schout in de ban van Heemstede, Dirick Bennesz en Reyer Hugenz, schepenen (met hun merck)
1572-06-02 |
A.R.A. Inv Arch Mackay van Ophemert regest 92
Jaartallenindex
Johan van den Velde en Philips Mommer komen door bemiddeling van Zwaen van Berkell, Elijs van Ewick, Floris van Gaelen en Alartt Rutgers (en Cornelis van der Zaint) overeen, dat verpachting door laatstgenoemde aan eerstgenoemde van 2 kampen land, groot 15 morgen, in die Smalbergen te Wamell, die voor 4 jaren was aangegaan, na 3 jaren wordt beeindigd, maar dat Johan de lasten verschuldigd voor 4 jaren zal betalen en nog 80 Keizer gld, terwijl hij bovendien voor Mommer aan het nonnenklooster te Wamell 100 Keizer gulden zal voldoen. In dorso: "verdrach tussen Philippus Momber en Johan van den Veld opgericht"
1629-12-05
R.A.H. O.R.A. 1066 fol 53v
Transportregister Bloemendaal
alsoo wijlen Adriaen Gael bij testament en dispositie bij hem gepasseerd voor Cornelis Jansz Verbeeck, notaris te Haarlem op 1614-11-29, tot zijn erfgenamen geinstitueerd heeft de kinderen bij hem achtergelaten voornementlyck Arijen, Jan, Haesgen en Maritgen Gaelen, die onder deze conditie zijn begrepen, dat sij sullen genieten om daermeede heurluyden en haer kinderen te voeden ende te alimenteren als opte selve kinderen en kintskinderen subject restitutie gemaeckt hebben totten derden grade toe, waeronder dese landen zijn begrepen leggende in de ban van Tetrode en Heemstede: eerst een stucke lants genaempt het Bordeweytgen leggende in de ban van Tetrode en Heemstede groot 10½ hont, t welck bij lotinge te beurt is gevallen Aryen Gael ende Gerrit Jansz Lossy, nagelaten zoon van Haesgen Gael. Noch het zuyderstuck van Vossenbroek, groot 2 morgen, te beurte gevallen Cornelis Gael en Maeritgen Gaelen
D. Keijser, secretaris
1631-09-05
R.A.H. O.R.A. 1066 fol 109v
Transportregister Bloemendaal
schout en schepenen in Heemstede en die in Tetrode oorkonden dat Jan Jansz Mijes, buerman tot Hogeveen, de zusters van hem Cornelia en Alidt Claesdochters, moeder en meije resp. poorteressen de ene binnen Haerlem en de andere binnen Leyden, geassisteerd met hun gekozen voogd Pieter Heijndricksz, transporteren aan Willemtgen, Adriaen en Cornelis Gael, Gerrit Jansz Lossy, enich naergelaten kindt ende erfgenaem van wylen Haesgen Gaelen, Jan Willemsz Beelt voor de ene helft, en Machtelt, Catharina, Haesgen, Adriaen ende Willem Jansz, naergelaten kinderen ende erfgenamen van wijlen Maritgen Gaelen, geprocreert bij de voors. Jan Willemsz Beelt, raad en vroedschap binnen de stad Haerlem, metten selven geassisteert, voor de andere helft. Alle kinderen en kindskinderen resp. van wijlen Adriaen Gael en zijn vrouw Claesgen Jeroens, een stuck weyland, genaempt Jacob Coningenlant, gelegen op t scheijt soo in de heerlicheyt van Heemstede als Tetrode, groot 3 morgen 3 hont, oost: Adriaen Gael en Gerrit Jansz Lossy met het Bordeweijtgen, zuid: de erfgenamen van Arent van Berckenrode, west: de erfgenamen van Reynier van der Horst, noord: mr Gijsbert Appelman. Koopsom 750 gld (vgl 1632-02-08)
Johan Jacobsz Dickman, schout, Jan Willemsz en Leendert Jansz, schepenen van Tetrode; Johan van Asch, schout, Hendrick Huijgen en Jan Gerritsz van der Weijde, schepenen in de heerlicheijt van Heemstede
1468-06-09 |
G.A. Amsterdam Inv Gasthuizen regest 670/Cartul Nieuwe Nonnen Amsterdam
Jaartallenindex
schepenen in Scellincholt oorkonden dat heer Claes van Beerhem, priester, en Gheryt van Beerhem, ghebroeders, met Garbrant Baertsz en Gheryt Jansz, hoir bieder gerechte voechden, verkocht hebben aan de Nieuwe Nonnen te Amsterdam, ⅓ deel van hoer geheel uterdijck met hoeren toebehoeren, onderdeel, welck voirsz groet is buten ende binnen omtrent 15 marghen ende is ghelegen in den ban van Scellincholt, daer naeste lenden van zijn oost: Machtelt Jan Gaelen wedu, west: Jan Dircxz. Vrijwaring na den recht der stede van Scellinchout. Voor Claes Dircksz zegelt zijn zoon Jan Claesz. En voor Claes Hilbrantsz zegelt Jan Claesz, de schout. "Want wij nu ter tijt gheen zegelen en ghebruiken". In het Cartul. Nieuwe Nonnen is het stuk doorgehaald en in margine bijgeschreven: "is vercoft"
Claes Dircksz en Claes Hilbrantsz, schepenen
Gael | 1704-10-25
Arch. Gecomm Raden Noorderquartier Inv no 51
Achternamenindex
lijfrenten kantoor Edam: de heer burgermeeester Jeuriaan Beets, 400 gld ten lijve van zijn zoon Huybert Beets, oud 12 jaar, moeder Maritje Gerrits Galen, fl 36. 1710-07-19: lijfrenten Edam juffr Marytje Gaelen, weduwe van Juriaen Beets 300 gld ten lijve van haar zoon Pieter Beets, fl 27, dezelfde 300 gld ten lijve van Wellemoet Beets, 12 jaar, ouders als boven. Geertje Jans Veen, 200 gld ten lijve van Lysbet Loens, 10 jaar, ouders: wijlen Frederik Loen en Grietje Dels, in leven, fl 18. Grietje Dels 400 gld ten lijve van Claes Loen, 5 jaar, ouders als voren, fl 36
1543-09-18 (I) |
Arch Marquette 1106/Cartul Assumburg no 339
Jaartallenindex
de prins van Oranje en Cornelis Zuys, Raed van Holland en Zeeland, oorkonden dat hun medebroeder in Raide presiderende, die here van Assendelft, hen heeft te kennen gegeven hoe wijlen hertog Willem in t jaar 1357 heeft doen overdijcken een water ofte als doe riviere, genoempt die Cormmenije, ende heeft daerinne geleyt een open sluyse tot allen getijden in ende vuytvlogende als een visscherije omme te vangen den palinck coemende uyt den Sammeer ende vuyt den Langemeer die vuyten natuere deur die voors. sluyse gewoenlicke is te brecken nae een waeter gehieten die Ye, ende heeft die voors. Hertog Willem doen stellen limiten binnen den welcken niemandt andersen zoude moegen visschen, te weten buyten dijcx in de voors. Ye tot Baert Gaelen sluys toe, gehieten dat Delfrack, bij estimatie meer dan 260 roeden, ende binnen sdycx van de sluys off langes de Crommenye in de voors. twee meeren daer die palinck vandaen coempt, ende in allen anderen visscherijen alsoe wel den keyser als grave van Hollant als anders zijn Majesteits vasallen toebehoerende is altijt geuseert geweest ende wordt noch daegelicx geuseert dat men binnen zeeckeren limiten belettende dat den palinckvanger niet en mach visschen, ende alsulcx soe en mach niemandt omtrent den sluysen van Sparendam visschen in die Spaeren deur die stede van Haerlem tot binnen die 50 roeden teynden die tonne staende binnen die Haerlemmermeer, daer die palinck van daen coempt, twelck ongelijck langer tocht is den van de voors. sluyse van den Nyeuwendamme tot in de voors. meeren toe, ende buytendijcx en mach men die sluyse van Spaerendam niet bevisschen tot die droen toe bij estimatie lanck omtrent 200 roeden, die Keys. Maj. heeft nog die visscherijen van de sluysen gelegen in den Spaerendamschendijck, daerof die palinck coempt ende loep heeft vuyt die Spierinckmeer nae die Ye, in welcke Spierinckmeer niemandt anders visschen en mach op 100 roeden nae aen eenyge tochten van de voors. sluysen. Noch soe heeft den Keys. Maj. die visscherije van een sluyse gehieten in de Zwet, gelegen tusschen die Schermer ende die Beemster, welcke visscherije wijlen hertog Philips van Bourgondië in erfpacht gegeven heeft die voorsaeten van eenen Jacob Pietersz ende nu beseten wordt bij zijnen erfgenamen, ende is die tochte van dezelffde visscherije bij raminge lanck 500 roeden ende en mach men daer en teynden in de Schermer niet visschen op 100 roeden nae alsoe den ael ofte palinck vuyter Schermer nae den Beemster meest haer loep heeft. Noch zoe heeft die Keys Maj die visscherije van een sluyse gehieten Rustenburg, gelegen tusschen de Waert ende de Schermer, ende alsoe den ael ofte palinck vuyt die Waert nae den Schermer treckt zoe en mach men in die gehele waert niet visschen, die nochtans groet is bij raminge 7 mijlen ommegaans (vervolg)