20 resultaten

Colfhoudt | 1521-1522

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IV dossier 306
Achternamenindex

Jan Gerritsz Colfhoudt met de magistraat van Brielle contra Dordrecht, dat een schip geladen met graan ter verstapeling had opgebracht naar Dordrecht

schipper | 1476-1478

Rek Rentmeester Kennemerland 908 fol 39v
Achternamenindex

Martin scipper van Monickedam was met een schip geladen met zout, toebehorende aan de rentmeester van Kennemerland gevaren voorbij de tol te Geervliet, zonder tol te betalen

Herlaer, van | 1629-04-14

G.A.Amsterdam Not Arch 398 fol 317/Notaris Nic Jacobs
Achternamenindex

o.a. Adriaen van Herlaer, geinteressseerden in de goederen geladen in het schip van Barent Cornelisz Spicht, op weg naar Rouaan omtrent Urk in de Zuiderzee gezonken, machtigen de voornoemde Spicht om deze goederen te salveren

Ryck Adriaensz | 1568-1570

Grote Raad Mechelen E.A. Dossiers dl III dossier 774
Voornamenindex

Ryck Adriaensz, schipper, uit Dordrecht, kreeg 1567-12-02 te Mechelen een bekeuring omdat het schip te diep geladen was met "grote colen"

Zanen, van | 1441-09-21

Mem Rosa 4e fol 91
Achternamenindex

Jan Dircsz suster Diericsz, Muylken broeder, Claes van Helinc, Dirck van Zanen en Willem Geryts moeten voor de Raad komen en verantwoording afleggen over klachten van poorters van Sluis over buis geladen met allerlei goed hun afgenomen in Langesant in Noorwegen

Dalem, van | 1482-11-15

Arch Nassau Domeinraad regest 2090
Achternamenindex

Gerit Cristus, stadhouder van de drossaard van Breda, vraagt aan Joes van Daelhem heer van Dongen, op verzoek van de stad Dordrecht om de man, die tussen Tilborch en Oosterhout met een wagen geladen met boekweit en "tollen" bestemd voor inwoners van Dordrecht, gevangen genomen is, vrij te laten

1474-1475 |

Rek Rentmeester Kennemerland no 906
Jaartallenindex

(fol 23v) Landpachten: van zekere landen minen genad. here toebehorende in Westzanen ende him anbestorven van Trijne Huge Gerytszdochter die bastert was. Ende is myn genad. here ten deele gevallen een percheel van lande geheten "den Werf" nu verpacht om 3 £ 3sc. Van wijlen Jan uten Hage die starf in de maent van [open] int jaer 1474, diewelcke achter him gelaten heeft twee quade leenkins, die an minen genadigen heer bestorven zijn, overmits dat deselve Jan geen wettachtige zonen achter him gelaten en heeft. Te weten een thins, streckende op zeker percheelen van land liggende in Scalcwijc ende Nijerkerck ende een stuck lants int dorp van Assendelft buytendycx, dewelcke men pleicht jaerlicx te hoijen, geen opbrengst. De thins brengt op 35sc; (fol 24v) Zeevond. Van een scip van Roesendale dat geladen hadde smeetscolen, dewelke scip verdarf voor der Wyck opte Zee anno 1474

1578-08-13 |

G.A. Haarlem Inv I no 1744 Lade V
Jaartallenindex

leenmannen van de grafelijkheid oorkonden dat Pieter van Driel, oud 47 jaar, Rem Baerntsz, 62 jaar, Willem Maertsz, 60 jaar, Jan Claesz scheepmaker, 55 jaar, Aris Dammasz, 67 jaar, Aerent Henricsz, 62 jaar, Cornelis Cornelisz Jonge, 50 jaar, Cornelis Symonsz, oud 40 jaar, Jan Baertsz, oud 60 jaar, Jacop Outgersz, 61 jaar, Frederick Cousebant, 28 jaar, Cornelis Cornelisz, 61 jaar, Claes Geritsz, 54 jaar, Adriaen Cornelisz Prick, oud 76 jaar, Claes Gerbrandsz, 69 jaar, Henrick Jansz Swolsman, oud 70 jaar, Lucas Roelofsz, 69 jaar, Frans Jordensz, 63 jaar, poorters van Haerlem, onder eede verklaard hebben op verzoek van burgemeesters en regeerders der genoemde stad, dat door de opening van de Liede t welck Pennincsweer genaemt word, de riviere van de Spaerne, loopende deur Haerlem op vele plaetsen dagelix seer ondiep wert, zoodat op de plaatse waar vroeger geladen schepen kwamen, thans zelfs geen ledige kunnen komen, zulks door de opening van het Penningsveer

Jacob Heymansz, Philips van der Mathe (zegel gedeeld: een molenrad en een klimmende leeuw [?] waaroverheen een stok), Herebert Stalpert van der Wiele, leenmannen; bezegeld door Philips v.d. Mathe en Henrick Quirijnsz, leenmannen; ondertekend door Jehan van Weerdt, notaris publiq bij den Hove van Holland geadmitteert

1465-08-02 |

Arch Kerkvoogdij Haarlem Inv 186 fol 52v regest 204/Cartul Zeven Getijden Haarlem
Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat wij gebeden ende geladen quamen tot Leeuwe Pieter Geritsz huijs, daer zij zat op haer stoel, wetende hoirre sinne ende machtich hoirre sprake, daer Geryt Pieter Lambrechtsz haer voecht bij ons stont, ende geliede dat zij gegeven heeft aan de kerkmeesters tbv de parochiekerk en de getydemeesters tesamen een huys metten erve gelegen over t Spaerne in Gebbenstege, belend an die een zyde: Geertruijt Wyntgensweduwe, an die ander zyde: Rissent Claesdochter, afterwaerts streckende an Ghijs .... [niet ingevuld], belast met 6 schell 6 penn Holl sjaars

Garbrant Claesz ende Claes Geryt, schepenen

1443-06-19 |

Arch Grote Gasthuis Haarlem no 46/17/St Elisabethsgasthuis Haarlem
Haarlem Algemeen

scepenen in Haerlem oorkonden dat wij gebeden ende geladen quamen tot Griete Arntsdochter daer zij lach op haer ziecbedde wetende hoirre sinnen ende machtich hoirre sprake, daar zij, met haar man en momber Michiel Jansz, en Michiel voor zich zelf, gezamenderhand opdragen ten vrijen eigen om Godswil en voor de zaligheid van hun zielen aan de gasthuismeesters van St Elisabethsgasthuis aldair een huis en erf gelegen opt Cleyne Heylige Lant tusschen Nanninc Mathijsz an die ene zijde, dat blijndesteeg aen die ander zijde, afterwarts streckende an Mychiel Allartsz, belast met 16 sch Holl (vgl 1439-12-13)

Boudijn Jan Boudynsz.z (met zijn zegel) en Jan uten Hage (zegel: ankerkruis), schepenen