10 resultaten
1595 (V) | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 82, 83
Jaartallenindex
(zonder datum) Reyer Jansz alias Hanse Reijer scheldt quyt tbv Marijtgen Jansdochter, weeskint van wijlen Jan Pouwelsz in syn leven buerman tot Koedyk, een stuck lants gelegen in de Daelmeer binnen onsen banne, genaemd de Noorder oort, groot 8 geersen, belend noord: Pieter Dirck Yfsz met "Groenendel", zuid: Pieter Riddertsz, west: de Rinsloot. Hypotheek: het halve weytgen gelegen binnen onsen banne, groot 2½ geersen, de andere helft toecomende de weduwe van Andries van Oosthoorn, belend noord: een vercocht vroonweijt, west: Reyer Jansz, oost: vroonlanden; - Jan Pietersz Over scheldt quijt tbv Reyer Cornelisz, schotvanger en Gerrit Gleijnisz, omtrent 9 snesen land, wesende t hooch van Jacob Hilbrants rietveld, als het 24e stuk van de grafelijkheids vroonlanden an t oostende van Jacob Hilbrants weyde als het 23e stuck van de voors. landen. Dit rietvelt is vercocht bij den gecommitteerden met 238 roeden in de oude oncosten, naarvan de copers tot haer last zullen nemen 119 roeden; - Hendrick Jansz snyder heeft vercoft Jan Hendricsz de hoyberch ofte schure met het achterendt streckende an t middelschot van het voorhuys, dat hij nu onlancx gecoft heeft van Pieter Eeuwoutsz, staende op t Zuytendt, zuid: Gleijn Cornelisz, noord: Willem Clocken, streckende van de achtergraft tot an de heerenweg toe
1585-01-03 | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 32
Jaartallenindex
schout en schepenen te Coedyck oorkonden dat Jan Jansz [alias] Foppe Jan, verkoopt aan de huisarmen tot Alcmaer een jaarlijkse losrente van 6 Kar gld, losbaar met 100 Kar gld, onder verband van een stuck land leggende in de ban van Coedyk, genaamd "Lutge weijt", groot 15 snees, belend zuid: Jan Stienhuijs tot Alcmaer, west en noord: de grafelijkheids Vroonlanden
Jan Gerritsz, schout, Pieter Heyn en Gleijn Pietersz, schepenen
1585-01-08 | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 34, 32, 33
Jaartallenindex
schout en schepenen te Coedyck oorkonden dat Augustyn van Teylingen en Aerian Jansz van der Nyburch als geordonneerde curators van den sterfhuyse van wijlen Dirck van Teylingen, vercoft hebben aan Dammas Goudt, eertyts waert in t Hoefyser in den Hage, een losrente van 18 Kar gld per jaar, losbaar met 288 Kar gld. Onderpand: een stuck vroonland in de ban van Coedijk, genaamd "Dieuwer Reyntges land", groot 3 morgen 22 roeden, oost en noordoost: de Vroondermeer. Eodem die vestigen dezelfden q.q. tbv de regenten van het provenhuys van wijlen Claes corff te Alkmaar een losrente van 18 Kar gld per jaar, losbaar met 300 Kar gld. Onderpand: een stuk weytlant genaamd "die Oort", aen de Vroondermeer, in de ban van Coedijk, groot 3 morgen 469 roeden. Eodem die vestigen dezelfden tbv het provenhuis voorn. een losrente van 12 Kar gld per jaar, losbaar met 200 Kar gld, onder verband van het voorn. land
Jan Gerritsz, schout, Gleijn Pietersz en Pieter Heijn, schepenen
1585-01-17 | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 34
Jaartallenindex
schout en schepenen te Coedyck oorkonden dat Engel Vrericxz als oom en voocht van Tryn Ariaen Vrerijcxdochter, nomine wijlen Symon Dircsz, scheldt quyt Aeijng Tijsen van Coedyck, een acker saetland leggende op Sanegeest binnen Bergen, groot 3¼ snees, belend zuid: Pieter Riddertsz, noord: Pieter Jansz Knape, oost: Bercke padt. Engel stelt tot onderpand een stucke lands binnen onsen banne, genaemt "Roele slijck", groot 1 gars, belend west: Engel Vrerycxz, zuid: Haijckedel, noord: de Vroonlanden
Jan Gerritsz, schout, Gleijn Pietersz en Pieter Heijn, schepenen
1585-01-20 | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 36
Jaartallenindex
schout en schepenen te Coedyck oorkonden dat de erfgenamen van wijlen Lysbeth Garments, buerwijf in haer leven tot Coedyck, bij namen: Cornelis Jansz, molenaer van Noort Scherwout op Langedyk, Pieter Pouwelsz van Petten, Jacob Jacobsz, van Bergen, Aeriaen Pietersz erfgenamen, Dirck Cornelis als voocht van zijn moeder, en Ffreeryck Pieters van St Pancras, bekenden al tesamen vercoft te hebben aan Pieter moeij Hillesz als voocht van t sterfhuijs ofte erfgenamen van Jan Thyssen, een stucke lants genaemt "Pontiaensweijtge", gelegen in de ban van Coedyck, belend zuid: Pieter Jan Thaems weijt, oost: die Somersloot, noord: die grafelijke vroonlanden. Ffreryck Pieters stelt tot onderpand een stucke lants genaemt "die lange acker" in de ban van St Pancras, groot 4 geersen, oost: het kerckelant van St Pancras, noord, west en zuid: de grafelijkheids vroonlanden. Borch: Tuenis Dircxz, onse buerman tot Coedyk, die tot onderpand stelt zijn huis en erf te Coedijk, zuid: Claes Roosges wedu, noord: Jan Jan Moeij Trijnes, waervan quytschelding gepasseert is bezegelt tot Coedyck en St Pancras
Jan Gerritsz, schout, Gleijn Pietersz en Jan Pouwelsz, schepenen
1585-03-05 | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 39
Jaartallenindex
schout en schepenen te Coedyck oorkonden dat Aerian Dircsz Boon transporteert aan Dirck Nanes zijn huis en erf met noch 3 sneesen lands, genaamd "Claes Janne tuijnken", liggende in Sticke delke, belend met de gemene vaert aen alle canten, het huys en erf belend zuid: Pieter Claesz Tock, noord: Pieter Arentsz Heer mette hoybarch. Borch: Olbrant Dircsz, die tot onderpand stelt een acker zaetlandt groot 8 snesen binnen de ban van Coedyk, zuid: de grafelijke Vroonlanden, noord: Laentge sloot
Jan Gerritsz, schout, Gleijn Pietersz en Jan Pouwelsz, schepenen
1585-04-08 | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 40
Jaartallenindex
Augustyn van Teylingen en Adriaen Jansz van der Nyburch als geordonneerde curateurs van den sterfhuyse van wijlen Dirck van Teylingen tot Alcmaer, verkopen aan Dirck Jansz van Woerden, geordonneerde curatoeur van den sterfhuys van wijlen Ffrans van Couwenhove, tbv de kinderen van Geertruyt van Couwenhove, geprocreert bij mr Gerrit Boot, een jaarlijkse losrente van 26 Kar gld 11st 4 penn, losbaar met 425 gld, onder verband van een stuck weylant genaemt "Dieuwer Heynes weijt", groot 3 morgen 22 roeden, oost en noordoost: die Vroondermeer. Dezelfden verkopen aan dezelfde nog een losrente van 50 Kar gld per jaar, losbaar met 800 gld, onder verband van dit land en de verdere goederen van de erfgenamen van Dirck van Teylingen
Jan Gerritsz, schout, Gleijn Pietersz en Pieter Heijn, schepenen
1585-01-17~ | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 34, 35
Jaartallenindex
[zonder datum] Pieter Gerritsz Calis, van Coedyk, erkent voor schout en schepenen te Coedyck, vercoft te hebben Jan Jansz Stienhuys, poorter tot Alcmaer, een losrente van 9 gld 7 ½ st per jaar, het eerste jaar te betalen januari 1586, losbaar met 150 gld hoofdsom. Onderpand: een acker saetlant, groot 12 sneesen, gelegen in de ban van Noort Scherwoude op Langedyk, zuid: die gemeen vaert streckende op die Somerslot nae Noort Scherwoude, west: die Somersloot, noordoost: Pieter Ievits weyde. Borch: Pieter Aerntsz Heer, van Coedyck, die tot onderpand stelt een stuk weyland, belend noord: die suyder veersloot van de Kooch, zuid: Tryn Jansdochter, west: het Vroonland, oost: de gemene vaart of Stickedelle (?)
Jan Gerritsz, schout, Gleijn Pieter Aelbertsz en Jan Pouwelsz, schepenen
1585-01 | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 36
Jaartallenindex
schout en schepenen te Coedyck oorkonden dat Aeriaen Dircsz Boon tot Coedyk, erkent schuldig te zijn aan Cornelis Jacobsz jonge laetgen een zomme van een hondert en twaelf Kar gld ende dat ter cause van een stucke saetlant, dat hij bekende gecoft te hebben van jonge Laetge voors, ende is groot 8 sneesen, leggende op Sanegeest in de ban van Bergen, belend noord: Jan Dircx, zijn broeder, zuid: Dirck Dircsz, mede een broeder van Aeriaen voors. Onderpand: 7 sneesen zaetland in de ban van Bergen, belend zuid: Berger kerckelandt, noord: Aerian Jansz Schencker. Voorts zijn huis en erve, gelegen op Coedijk, belend zuid: Pieter Tock, noord: Pieter Gerrits Calis. Noch 2 stucken zaetland, groot tesamen 11 snees liggende bij malcanderen in de ban van Coedyck, belend noord: de gemene Vaert, aen alle andere canten: de grafelijkheids vroonlanden
Jan Gerritsz, schout, Gleijn Pieter Aelbertsz en Jan Pouwelsz, schepenen
1585-03-26 | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 40
Jaartallenindex
schout en schepenen te Coedyck oorkonden dat Cornelis Jansz, van St Pancras, wonende tot Rinnegom [? er staat: Rignum] transporteert aan Cornelis Willemsz Croon, poorter tot Alkmaar, een lijfrente van 9 gld per jaar, staande ten lijve van Dieuwer Cornelisdochter, zijn huisvrouw, en Marytgen Louwers, dochter van Louweris Jaspersz, schipper van Alcmaer, losbaer met 50 gld. Onderpand: ½ van een stuk land in onsen banne, groot in het geheel 4 geersen, west: die nu tocht, noord: Glijn Pieter Aelberts acker, zuid: de grafelijkheids Vroonlanden
Jan Gerritsz, schout, Gleijn Pieter Aels en Maerten Duvis, schepenen