49 resultaten
1320-08-23 |
R.A.H. no 32/Reg EL 39 fol 11v
Haarlem Algemeen
graaf Willem oorkondt dat Jan van der Scure zijn vrouw ten lijftocht gemaakt heeft 4 £ sjaars op een leengoet die hi van ons hout te rechten leene, dats te wetene ter Leede ende te Scalwijc in Brechtgherswaert ende in Madewaerd. Hij beleent haar vervolgens hiermede ten rechten leene, ter versterven op hun oudste zoon [na 1313-02-24]
1580-10-20
R.A.H. O.R.A. 1062 fol 1v
Transportregister Bloemendaal
schout en schepenen in Overveen etc oorkonden dat Louris Matysz verkoopt aan Aris Gerritsz alle syn landen in Aelbersberge. Een stucke lants gelegen besuijen Claes Arisz saetlant [?] an den Abberch [??], omtrent groot 2 ½ acker. Noch een acker streckende besuyen Floer Pieter Janszdam ende Claes Arysz an die oostzijde waer van tussen tween leijt een stucke lants leengoet toekomende Vergoes in den Haghe. Hiervoor zal Aris Gerritsz Lourys Mathysz zijn leven lang de kost geven
Dirck van Bronchorst en Batenburch, schout, Claes Arisz en Aris Jacobsz, schepenen
1486-05-12 |
Coll Aanw 518 E fol 4v/Egmond E
Jaartallenindex
Johan etc beleent Jan Pietersz met een werff die hij nu ter tijt bewoont in de ban van Lantsmeer, neffens de kerck van Lansmeer over, noord: die priester van Lansmeer, zuid: Gerrit, Jan en Adam, de 3 zoons van Gerrit Gerrit Dervensen (Dermensz ?). Geschiet op onsen slote van Purmerende. Item dit voors. leengoet heeft in der heer [?] myn heer ten eygen gegeven die kerck van Lantsmeer
mannen: Dirc Jansz, Pieter Jacobsz
1524-06-23 |
R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Zeeland fol 124
Jaartallenindex
Karel beleent jvr Katherine van Botland na dode van haar vader Joost van Botland met ⅔ van ⅛ deel van de heerlijkheid en tienden van het land van Vossemaer, mit ambacht, ambachtsgevolg en ambachtsrecht, gelyck ende in aldermaniere als Pieter van Botlant dat leengoet becosticht ende bedyckt heeft mitten anderen synen medegesellen. Te houden tot een onversterfelijk erfleen. Als haar gemachtigde doet Jan Dircsz de eed voor haar (procuratie 20 april j.l.)
leenmannen van Holland: mr Aelbert van Loo, Raad ord, Floris van Assendelft, Joost Cornelisz van Cleyenburch, Cornelis barthouts, Bangaert Saij
1507-03-31 (1506) |
R.A.H. Coll Aanw 113 Caput Z.H. fol 10
Jaartallenindex
(doorgehaald) Karel oorkondt dat mr Jacob Pynsz procuratie hebbende van mr Willem de Gros, heeft opgedragen tbv jonkvrouw Marie mr Andriesdochter van Ergen [= Hargen] alsulck leengoet als denselven mr Willem t anderen tyden bij dode van mr Jan de Gros verlyt is geweest, te weten die ambachten van Sliedrecht in t Langhe ambacht en in t Corte ambacht, en dat vervolgens jvr Marie van Ergen mr Andriesdochter hiermede beleend is (vgl 1507-03-17)
1342-12-14 |
R.A.H. no 36 fol 349v/Reg EL 32 fol 58
Haarlem Algemeen
graaf Willem oorkondt dat wijlen zijn vader Truden van der Burch alsulcke gratie gedaen hadde dat alsulck leengoet als si van him hilt op Hasekijn hueren dogter comen soude na hueren liven, die nu ter tijt dat selve goet van ons hout, soe hebben wi Hasekijn voors. die gratie gedaen dat dat voors. goet comen sal van hueren live op hoir outste kint ist sone ist dochter, ende die salt houden van ons ende van onsen nacomelingen ten rechten leene. In oorconde etc gegeven te Hairlem. Boven staet: Haesekijn van der Burch
1536-06-29 |
R.A.H. Coll Aanw 120 Caput N.H. fol 56
Jaartallenindex
Cornelis van der Goes, abt van OVr Clooster binnen Middelburch, oorkondt dat onse religions broeder Michiel Cornelisz, proest, ende jvr Machtelt Claesdochter, priorinne van St Barbarenclooster te Bethlehem, staende in t westende van den Haghe, te kennen gegeven hebben dat zij anno 1512 in leen ontvangen hebben seeckere uytgedolven veenlanden, groot 30 morgen, die annex en connex plagen te wesen die hofstede van den Binchorst, leggende in den ambacht van Voorburg, ende heeft deswegen voor hen hulde gedaan wijlen Pieter Baertsen, waarvoor zij een andere sterfman hadden aangewezen toen Pieter overleden was, die echter geweigerd was, "seggende dat sij geen waerlyck goet, immers leengoet en mochten hebben, mer schuldig hadde geweest deselve haar ontvreemt ende doen komen hebben in de waerlyke hant". Dat proost en priorin vervolgens dit leengoet hadden vercoft aan mr Floris Zeeman van Oudewerve, advocaat postulant in den Hove van Holland. dat zij vervolgens verzoeken mr Floris hiermede te belenen "ende ook last en bevel geven, so verrre het ons aengaen mach" broeder Huybrecht Jansz, pastoor in den Hage, om dit leengoed aan mr Floris Zeeman te transporteren. Dit verzoek wordt goedgekeurd (vgl 1537-12-18)
Hoeve, van der | 1484
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 20v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Arnt van der Hoeve ontving alle de goederen die Steven Ploech te bouwen placht (littera abbatio Huekelem vide supra fol 14), "dieselve goeden te houden ter tyt toe hy syne sculden hadt, die hij aen Steven van der Hoeve synen brueder ten afteren is. Ende dan solden die goeden koemen op Gysbert van der Hoeve Stevensz, syns brueders soen"; "item dit heeft nu Gysbert van der Hoeve, syn neef"; boven staat: "leengoet by Airnhem in Gelria"
1491-05-16 |
R.A.H. Coll Aanw 518 E fol 13v/Leenregister Egmond E
Jaartallenindex
de casteleyn van Purmereijnde doet gebieden ende weten etc uit naam van den grave van Egmond, alle leenmannen die leen hebben gehouden totten huyse van Purmerende, dat sij van stonde aen comen sullen totte casteleyn ende hem tevreden stellen van de heeredienst, ons leen daer bij sij verbeurnisse van hare leengoederen, ende oock aff daer eenig sij die oock leengoet niet versogt hebben, dat dieselve noch van stonden aen oor leen versoecken aen den huijse tot Purmerende, bij verbuernisse van haar leengoederen
1561-05-24 | Weesp
Leenregister Huis ten Bosch bij Uitermeer 138 bis afd 2 fol 9, fol 57v
Jaartallenindex
vrouwe Geertruijdt van Lyere als voogdes over haar onmondige zoon Anthonis van Duvenvoorde beleent Steffen van Huessen, wonende tot Leijden, tot een onversterfelijk erfleen, met 10 hondt lands gelegen omtrent die stede van Weesp, belend west: Machtelt Stanssen, Jan van Bekesteijns weduwe, tot Amsterdam wonende, oost: Willem Spruytsz. Van welcke 10 hondt lants die vier hondt min een vierendeel hondts leengoet zijn dien voorn. Steffen van Huessen getransporteert van sijne broeder Meijnaert van Huessen. Ende hoewel de resterende zes ende een vierendeel hondt landts te desen dage toe vrij landt geweest is, soe heeft nochtans die voirn. Steffen van Huessen in de plaetse van 2 hondt landts gelegen in de Blockcamp omtrent Weesp, als bij hem mede van de voors. hofstede van den Bosch te leene gehouden, gestelt de voors. zes ende vierendeel hondt landts die hij Steffen als leengoet in dese brieff mede verbindt ende sullen die voors. 10 hondt landts alse verschynen, versterven ofte vervreemden, verheergewaet worden met een jaer renten. Vrou Geertruydt van Liere, weduwe van heer Jacop van Duvenvoerde, ridder, heere van Obdam, beleent als voogdesse van haar onmondige zoon Anthonis van Duvenvoirde, als eigenaar van den huijse ten Bossche, gelegen tot Vuyttermeer, Steffen van Huessen met 10 hond land gelegen omtrent die stede van Weesp etc
Christoffel van Schagen, Florijs van Vliet, leenmannen van de grafelijkheid