3 resultaten
1518-04-14 |
R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Vriesland fol 4
Jaartallenindex
Karel beleent Jan van Schagen Jansz na dode van zijn broeder Gerrit van Schagen met de heerlijkheid, hoge, middel en lage van eenen nyeuwen lande dat onlancx bedyct is gheweest, gelegen in die Zype, beginnende van St Martinskercke buyten den Zeedyck ofgaende streckende weder an Borchorn an den Zeedyck, mit allen synen toebehoren. Te houden tot een erfleen. Te verheergewaden met een jach[th]oorn wel behangen
Jan van Beloys van Treslonge, Jacob van Egmond, Cornelis Barthoudts, mr Cornelis van Schoonhoven, leenmannen
1481-06-23 |
R.A.H. Coll Aanw 106 Caput Vriesland fol 15/Reg Maria Max. fol 7
Jaartallenindex
hertog Max. oorkondt dat Willem van Schagen, jongste zoon van wijlen heer Willem die bastaert van Holland, heer van Schagen, hem opgedragen heeft tbv zijn broeder Jan van Schagen, die heerlycheyt, hooge, middel ende lange (!) van eenen nieuwen lande, dat onlancx bedyckt is geweest, gelegen in die Zijpe, beginnende van St Martynskercke buyten den zeedyck ofgaende, streckende weder aen Borchoirn aen den Zeedyck met al zijn toebehooren. De hertog beleent Jan vervolgens hiermede. Te verheergewaden met een jachthoorn, wel behangen nae zijn behooren
1355-05-11 |
A.R.A. Copie Leenkamer no 32 fol 102v/Reg E.L. 23 fol 67
Jaartallenindex
hertog Willem geeft onse lieve en getrouwen poorteren gemeenlic van onser stede van Sciedam alsulke gratien: 1) als een poorter zyn lyf verbeurt, dan verbeurt hij slechts ½ van zijn goed, de andere ½ komt aan zijn vrouw, kinderen of erfgenamen, 2) oude, verdonkerde of verloren handvesten zal hij vernieuwen, 3) hij geeft hun alsoedanige vrihede als sij nu ter tijt graven ende bevest hebben mit horen poorteren, en voort dat niet begraven is van der Scie als sij begonnen hebben ofgaende an den dyck die men rijt tot Rotterdamme mit goeder scepe als beyde enden begrepen sijn, 4) ende sij sullen ghien vrihede hebben buten den utersten cant van horen graften, 5) voert nemen wi op ons ontheffen en sullen ontheffen onsen goeden luden van Sciedam gemienlike alle doetslage, roof, brand, scattinge, rechtenisse van live, vanghenisse, brekinge van husen ende van vesten die in desen oirloge om des oirloges wille geschiet is, ende dat geweest heeft tussen onse lieve vrouwe moeder en haar hulperen en onse hulperen, sonder ons of yemande enige verbeteringe daer of te doen, 6) hij zweert hun en belooft hun te houden alle recht die zijn oom graaf Willem die ten Vriesen bleef en diens vooroudres hun verleend hebben
ad relationem dominorum de Egmonde, baronis, Joh. de Drongelen, militis, Henrici Popponis, presbiter, signavit dominus de Ysselsteyn, Jo. de Buren