17 resultaten
Rietwijk, van | 1468-01-12
Coll Aanw 238 fol 135, fol 463-465v/Memorien Hof van Holland
Achternamenindex
Dirck van Rieck maakt tot zijn procureur Dirc Claesz; 1468-03-22: Dirck van Rieck had voor schout en schepenen van Oosdom kwestie over een merrie tegen Jacob Jansz; dit werd beslist ten voordele van Jacob Jansz; Dirck had daarop Jacob Jansz doen becommeren in de heerlijkheid Egmond, niettegenstaande Oosdom in Kennemerland ligt; toen kreeg Jacob Jansz in Egmond ongelijk
Willem Lambrechtsz | 1468-09-15
Coll Aanw 240 fol 1184, 1254v, 1306
Voornamenindex
Willem Lambrechtsz, zoon van Lambrecht Claesz, geschil met Ysbrand Jansz over land te Oosdom (1468-10-03, 1468-10-18)
1506-02-20 (1505) |
G.A. Haarlem Inv I no 1633/Cartul H. Geest Haarlem fol 62v
Haarlem Algemeen
leenmannen van Holland oorkonden dat mr Huijch van Assendelff, licentiaet in beyden rechten, priester ende visecureyt van der prochykerke binnen Haerlem, Jan van der Meer Ghijsbrechtsz en Jan Reijersz als executeurs en testamentors van wijlen Evert Jansz van der Meer ende wijlen zijn wijve Margriet Lambrechtsdochter, erkennen volgens de uiterste wil opgedragen te hebben aan de H. Geest te Haarlem: 1) een stuck lants gheleghen tot Overveen in den ban van Aelbrechtsberghe, dat Aris Claesz nu ter tijt ghebruyct om 4 R gld en 18st sjaers, daer naeste lenden of zijn noord: Pieter Claesz, zuid: dat ziecke Lazarijshuys buyten Haerlem, west: die Cathuizers van Amsterdam, oost: die Delft; 2) noch een stuck lants gheleghen in den ban van Oosdom, dat een ghenoemt Nyele, ghebruyct om 5½ R gld sjaers, belend oost: heer Michiel, noord: die wech, zuid: die baghijnen van Alckmaer, west: die H. Geest voors; 3) noch een stucke lants in den ban van Oosdom dat Willem Heijn ghebruyct om 5½ R gld sjaers, belend zuid: Andries Claesz van Heijlo, noord: Ysbrant Arentsz ende Claes Corf tesamen, oost: die zusters van Zijl tot Haerlem ende Claes Corf voorn, west: een man van Engmont op Zee; 4) ende noch een stuck lants gheleghen in denzelven ban van Oosdom, dat Symon Nannesz ghebruijct om 6 R gld ende 5st sjaers, daer naeste lenden off zijn oost: die meer, west: Pieter Claesz, noord: die H. Geest, zuid: die abt van Engmont. Bezegeld 1505-02-20 na den loop shoofs van Holland
Floris Bolle en Costijn van Puersen, leenmannen
1558-04-22 |
Bissch Arch Haarlem 12 kl A/1 no 45
Jaartallenindex
schout en schepenen van Heyloo oorkonden dat Dierick van Teylingen, rentmeester t Alcmaer, erkende verkocht te hebben Alijt Willemsdochter, weduwe Diloff Claesz, wonende tot Heijloe, een stucke lants geheten dat Middelwant, gelegen in den banne van Heyloe ende Oosdom an de oistzijde, groot 16 geersen 58 roeden 10 voet, noord: Jan Pietersz Oly van Amsterdam, oost: Philips Willemsz van Heyloo, zuid: die gemene buyerwech, west: Pieter Govertsz
Dierick Claesz (met zijn zegel, geen schild), schout, Dierick Rem Jan Remmen en Claes Gheryt Woutersz, schepenen
1504-11-09 |
G.A. Haarlem Inv I no 1633/Cartul H. Geest Haarlem fol 62
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat Jan Louwerensz erkende verkocht te hebben aan de H. geest te Haerlem een stucke lants gheheten Volickweij gheleghen in den ban van Oosdom ende ghebruijct nu ter tijt Claes Zweersz om 7 R gld en 3 stoters sjaers, daer naeste lenden of zijn oost: dat Akerlant, zuid: Nannetgens lant, noord: Evert Jansz lant dat Willem Heijn nu ter tijt bruyct, west: Jan Meijnen en Danel Dirricksz
Cornelis Bolle van Zaenden Willemsz en Floris Bolle Albrechtsz, leenmannen
1539-04-14 | Heemskerk
R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Kennemerland fol 16
Jaartallenindex
Jan van Egmondt wordt beleend, na dode van zijn vader Aelbrecht van Egmonde met: 1) 6 ½ viertel lands en 1 vierendeel in de ban van Heemskerk op het Hoge dorp, streckende tussen den Broucksloot ende den Kukenwech, 2) 8 geersen in de voors. banne daerbij gelegen in Heemskerkerbroec, 3) 18 geersen lands in de voors. banne op die grote venne, 4) 2£ Holl per jaar uyt de herfstbede en vrije vroonschulden van Oosdom, 5) 10£ per jaar uit het rentmeesterschap van Kennemerland. Tot een erfleen, binnen afterzusterkind niet te versterven
leenmannen: Otto van Egmond, Cornelis Barthouds, mr Jan Plumeon, Willem Criep
1482-11-03 | Heiloo en Oesdom
Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 180/Arch Zijlklooster Haarlem
Jaartallenindex
leenmannen der grafelijkheid van Holland oorkonden dat Jacob Jan Claes Doenz geliede dat hij verkocht heeft aan het Zylklooster te Haarlem een stucke lants gheleghen in Olbingenven, groot ± coeweijde, leggende te Heyloe in den ban van Oosdom, welck lant belent hebben zuid: mr Diric kannemaker ende Vop Pietersz, noord: t Zylklooster, oost: een notwech van welck die bruycwaer behoort tot dit selve lant, streckende oick oostwaert uyt tot an den heerwech, ende west: een sloot behorende tot dit lant ende is geheten die Vest. Jacob Jansz voorn. belooft vrijwaring
Gerijt Vrericxz en Jan Sijmonsz, leenmannen
1528-12-05 |
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Kennemerland fol 5, 6v
Jaartallenindex
Karel beleent Jacob van Zuylen van Nyvelt, na dode van zijn broeder Gerrit van Zuylen van Nyvelt, met die ambachtsheerlicheijt en dagelijks gerechte van Heyloo ende van Oosdom, mitten schoutambacht aldaar, mit allen prouffyten, bruecken, boeten en vervallen die daeraf komen, uytgenomen die wint ende die gruyte. Te houden tot een onversterfelijk erfleen. Hiervoor heeft Jacob ons bij zijn open brieven van dato deser uijt zijn eygen goeden opgedragen den rechten eigendom die hij hadde an de zwaendrift, gecomen van groete Heer Heyndrick van Heemskercke, streckende van Alckmaer plaete af tot binnen de tonne van Alcmaer, ende voorts van daen streckende den heelen ban van Heyloo duere, van der Geest of tot Bouckelaersdyck, den gehelen ban van Limmen door tot aen de Hooge Brugge, ende voorts den ban van Ackersloot duere tot Uytgeester capelhof toe incluys, om die van de grafelijkheid van Holland in leen te houden, met de voors. ambachtsheerlijkheid als een ongesplitst leen. Karel beleent hem hiermede om deze zwaandrift met de voors. ambachtsheerlijkheid van Heyloo en Oosdom te houden tot een onverscheyden ongesplitst geheel onversterfelijk erfleen. Jacob van Zuylen van Nyvelt oorkondt dat hij den keizer de voors. zwaandrift die zijn vorders gecoft hebben van groete heer Hendrik van Heemskerck, opgedragen heeft en ermee beleend is. Hij ondertekent deze brief met eigen hand, "alsoe ik noch geen segel en gebruike"
Zegelyn van Alveringen, rentmeester v.d. graaf van Nassau, Cornelis Barthouds, Hubrecht van Hoef Pietersz; Gerrit van Loo, clerck ord. v.d. reeckeninge en Cornelis Barthoutsz bezegelen de akte voor Jacob
1482-08-24 | Heiloo en Oesdom
Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 178/Arch Zijlklooster Haarlem
Jaartallenindex
leenmannen van de grafelijkheid van Holland oorkonden dat Brecht Jansdochter, Bertholomeus Wybrantszoons weduwe met haar vader en voogd Jan Reijerszoon geliede dat zij verkocht heeft aan het Zylklooster te Haarlem ¾ van een camp weijlants leggende te Heyloe in den ban van Oosdom, groot int geheel 4 coeweyden ende ½ quartier of dairomtrent, mit die bruijcwair van een notwech 12 voet breet, streckende langes t lant opt oosteijnde ende voirt oostwairt uyt tot an den heerwech. Welc lant hebben belendt zuid: Jacob Jansz, noord: t oude Hof te Alcmaer mit Geertruyt Nan Dircszoons erfnamen, oost: die notwech, west: een scheysloot gheheten die Vest
Willem Florisz en Joost van den Hove, leenmannen
1550-03-03 |
Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 243/Arch Zijlklooster Haarlem/R.A. Utrecht Arch Bissch. Clerezy Afd Haarlem no 161 blz 44
Jaartallenindex
Joseph Willeboortsz, schoudt in Heyloo ende Oosdom, oorkondt dat comen Adrian Jansz, buurman in den ban voorsz. geliede dat hij verkocht heeft aan het Zijlklooster te Haarlem, twee ackeren lands gelegen in den ban van Heijlo bij Obberingenlaan, ende sijn groot ± ½ morgen, daer lenden van zijn nu ter tijt, van den enen acker an dat oost ende dat west beyde, die Lijdtwech, an dat zuydt Nel Claas weduwe, an dat noordt Wilboort Claesz. Ende dien lendens van die ander acker die sijn nu ter tijt oost: die Lydtwech, zuid: Rem Bartelmeusz, west en noord: Wilboort Jansz. Hier an ende bij geweest als tuych: Pieter Gerritsz, schepen in Heylo en Oesdom