144 resultaten
Plumion | 1509
Bijdr Hist Gen dl 34 p 189
Achternamenindex
Johannes Plumion Hagaecomitis, studeerde te Orleans
1517-03-23 (1516) |
A.R.A. 490 no 289/Sent. Hof van Holland
Jaartallenindex
Joorden van Raemsdonck impetrant van zekere remissie en rappel van ban ter eener zyde, ende die weduwe, erffgenamen, vrunden ende magen van wijlen Pieter Plumion nedergeslegen, te weten jvr Alijt, weduwe, mr Jan Plumion, zoon, mr Baltasar Lievinsz en Cornelis Joosten als getrouwet hebbende die dochteren van den voors. wijlen Pieter, Gillis Plumion, broeder, mr Jacob Plumion, ooms zoon, Anthonis Plumion, broerszoon en Jacob Leeman, man van de zuster van denzelve Pieter Plumion, mitsgaders heer Willem Oom wijlen bailliu van der Hage, en Karel Grenier, procureur generaal van Hollant, gedaichden
1498-11-30 |
R.A.H. Coll Aanw 111 Caput N.H. fol 39v-48
Jaartallenindex
Philips oorkondt dat hij bij andere open brieven verkocht heeft aan Pieter Plumion drie percelen land en een tiende, ten anderen tyden van de grafelijkheid in leen gehouden bij wylen eenen genoemt Adriaen van der Lecke, die zonder zoon overleed in den jare 1481 (fol 41). In de brief omschreven als 18 morgen land bij Losduynen aan de Heerwech, geldende nu te pachte bij Willem Gysbrechtsz 29£ sjaars. Item 10 morgen lands in den ambacht van Ryswyk, geldende te pacht by Claes Gerritsz 18£ en 15st sjaars. Item nog 18 morgen land liggende tot Alphen genaamd Egmondsland, geldende te pacht bij Pieter Gerritsz en Willem Jacobsz 6£ sjaars. En nog een korentiende leggende in 3 stukken in den ambacht van Naaltwyck, genoemt Adriaen vander Lecken tiende, die verkocht was voor de oogst 1498 aan Meeus Henricsz voor 9£ 2sc6 penn. Bedragende de totaal opbrengst van deze 4 partyen sjaars 62£ 17 schell 6 penn. Pieter moet voor de verkrijging van dit leen betalen 550£. Pieter zal deze 4 percelen dan vervolgens ten rechten leen mogen houden. Vervolgens wordt Pieter Plumion met deze 4 percelen beleend, die hij vervolgens tot lijftocht maakt voor zijn vrouw jvr Alyt Jan Floriszdochter; 1498-11-20: Tielman van Dullekum, gecommitteerd tot het ontvangen van de espargnes, erkent 550£ van 40 gr Vls ontvangen te hebben van Pieter Pluymion
present: mr Jacob van Almonde, Tielman van Dullecum, Dirck van Boneem, Jan Adriaensz
Weer, uter | 1516-02-01
Grote Raad Mechelen E.A. Dossiers dl III dossier 2731, 2738/1
Achternamenindex
Cornelis uyter Weere leende in 1482 van Coert Endeman (Duits Hanze koopman) 490 goud gld; processen. Nadat op zijn goederen beslag was gelegd zou hij 13 morgen onder Ketel aan zijn zwager Pieter Plumion hebben verkocht; Coert sprak Plumion aan, sententie 1516-02-01; 1519-1522: Pieter van Craken, priester te Leiden, had bij testament zijn huis nagelaten aan zijn broer Cornelis uter Weer; Endeman liet dit huis verkopen, verkoop ongeldig; magistraat van Leiden verkocht dit huis aan Alydt Jansdochter, wier overleden man een zwager was van Cornelis Uyterweer, voor 1210 schulden; de koopprijs toegewezen aan de crediteuren van Pieter van Craken; 1505-10-20: schepenen van Leiden oorkonden dat Pieter Uyterweer [= van Craken] pastoor van de St Pancraskerk erkent aan Jan Kerstantsz en de weesmeesters 190 R gld schuldig te zijn, onder verband van zijn huis aan de Hoge Woerd; 1522-03-05: Alyd Jansdochter kocht dit huis
Poelenburg, van~ | 1508-11-17
Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IV dossier 391, dl VII dossier 691/4
Achternamenindex
dictum van het Hof van Holland in een proces tussen waarschappen van Heemskerk, appellanten van een vonnis van baljuw en mannen van Kennemerland tegen Willem Kerstansz [van Poelenburch], verweerder; procureur van de eiser: mr Hendrik Claes, en van de verweerder: Pieter Plumion; 1535-07-20: attestatie van welgeboren mannen van Rijnland waarin zij verklaren dat Bouwen Willemsz, en zijn ouders (Willem Kerstantsz) en zijn grootouders welgeboren mannen waren
Grieken, van | 1512-07-28
R.A.H. Coll Aanw 113 fol 132v, 138
Achternamenindex
Claes Jacobsz van Griecken wordt beleend met 8 morgen in het ambacht van Alphen aan de oostzijde van de Goude, belend aan zeezijde: Vrancke Noert en Heijn Noert, zo ver als Jan Maes huijs weer uitgaat, voort an Roever Hermansz, noord: steckende an Geryt Gyssensz werf, oost: Pieter die Roeper, zuid: de toeganck [coeganck ?], hem aangekomen na dode van zijn oom Jacob van Grieken; 1512-09-30: draagt hij dit leen over aan Aerndt van Grieken
present: Pieter Plumion, Jan de Houwer, Jan van Bueren
Zevender, van | 1510-10-09
R.A.H. Coll Aanw 113 Caput N.H fol 81 (fol 30v),Caput Z.H. fol 30; Coll Aanw 137 Caput N.H fol 50
Achternamenindex
Willem van der Zevender Jansz wordt beleend na dode van zijn vader Jan met: 1) 5 gaarden in het land van Steijn, belend oost: de Watering, 2) 50 £ per jaar van renten van de wind en molen van de stad Gouda. Daar Willem onmondig is, doet Adriaen Ruychrock van den Werve de eed voor hem; dezelfde dag wordt hij beleend met de visserij van Cochem in de Leck en met een blok tiende geheten de Nesse in het ambacht van heer Aerntsberge. Op 1529-07-27 doet hij zelf de eed; 1568-05-22: jhr Vrederick van der Zevender wordt beleend na dode van zijn vader mr Willem van der Zevender
present: Floris van Wyngaerden, Pieter Plumion, Jorden van Raemsdonk; 1529-07-27: Dirck van Assendelft, Cornelis Berthouts
1513-11-17 |
R.A.H. Coll Aanw 114 Caput Kennemerland fol 55v
Haarlem Algemeen
Max. en Karel oorkonden dat Bertout Berwoutsz opdraagt tbv Geryt Claesz van Adrichem, alsulke 15 £ Holl sjaars uit onze gruit en tollen binnen Haerlem. Vervolgens wordt Gerrit ermede beleend tot een erfleen
present: Jan van Steenbeke, Pieter Plumion, Jan van Bueren
1513-11-20 | Schoten "Zanen", Graft
R.A.H. Coll Aanw 114 Caput Kennemerland fol 57-59
Haarlem Algemeen
Max. en Karel belenen Jacob van Schoten Gerytsz na dode van zijn vader Geryt van Schoten met 22 Wilh. scilden sjaars, in te nemen uijt alle die goeden, landen, tienden en renten die Jan van Schoten van de grafelijkheid ten erfleen houdende is. Te houden zoals wijlen Jan van Schoten zijn erfleenen "daer dese rente op verzekerd staet, te houden placht", met conditie dat zijn moeder jvr Luitgaert van Zwieten deze goeden en andere lenen besitten en gebruiken zal, navolgende huere maeckinge daervan wesende. Eodem die belenen zij Jacob voors. na dode van zijn vader voors. met ⅓ deel van "dat Kijflant" groot 12 maden, met den oestendyck, gelegen in den ambachte van Graft. Te houden tot een onversterfelijk erfleen. Heergewade: een rode sperwer of 4 schell daarvoor. Behoudens de lijftocht van zijn moeder jvr Luitgaert van Zwieten (fol 57v). Eodem die belenen zij Jacob voors na dode van zijn vader met "een huys, hofstede en lant geheten Willems hofstede en sate van Sanen met de ambachtsheerlijkheid, gelegen in de ban van Schoten bij onser stede van Haerlem". Te houden tot een leen binnen aftersusterkint niet te versterven. Behoudens dat zijn moeder jvr Luitgaert van Zwieten dit leen evenals de andere leengoederen mag blijven gebruiken (fol 58). Jacob draagt ½ van dit leen over aan zijn zuster jvr Marye van Schoten, binnen aftersusterkind niet te versterven. Jan van Steenbeecke doet als haar gecoren voogd de eed (fol 59)
present: Floris van Wingaerden, here van Yselmonde, Gysbrecht van Zwieten, Jacob van Matenesse, Pieter Plumion
1510-11-30 |
R.A.H. Coll Aanw 113 Caput N.H. fol 83
Jaartallenindex
Max. en Karel oorkonden dat onse geminde Geryt van Hoochtwoude tot douairie voor zijn vrouw jvr Machtelt Jacobsdochter van der Does, hofstede, boomgaerd, singulen, twee campen landts ende laen daer toe behorende, gelegen tot Coudekerk, daer hij nu ter tyd op woont, ende van dat aichtende weer lands met den boomgaerden daerop staende, ende van een elstbroeck daer achter aen gelegen, zoals hij die van de grafelijkheid in leen houdt. En dat zij dese douairie bevestigd hebben
present: Pieter Plumion, Reynier Willemsz