10 resultaten
1560-07-09 | Texel
R.A.H. Coll Aanw 1004
Jaartallenindex
schepenen en raeden in den eylande van Tecxel certificeren dat Pieter Gerritsz decker erkende dat Brechte Stanss van hem gekocht en aan hem betaald heeft alsulck huis en erve als hij comparant eertyts jegens Gerrit Reyersz Coster verruild heeft gehad, belend zuid: Lucas Claesz, noord: Symon Seltes moller
zegel van Jan Barentsz: een gekanteelde poort, aan weerszyden X, Cornelis Heyndriksz: een staand anker vastgehouden door twee staande leeuwen, schepenen en raeden in Texel
1557-07-03 | Texel
R.A.H. Coll Aanw 999
Jaartallenindex
schepenen en Raeden in den eylande van Texel oorkonden dat Cornelis Jansz van oesterent erkent verkocht te hebben en betaald te wesen voor de verkoop van een stucke wercken landt, groot 3 snees, belend, west, oost: Cornelis Meijersz, noord: Cornelis Heyndricksz cuyper, noordoost: Pieter Claesz, gekocht door Brecht Stanss
Heyndrick Pietersz (rond zegel: een gekanteelde poort, aan weerszijden X), Thonis Evertsz (rond: een rechtopstaand anker, vastgehouden aan weerskanten door een leeuw per kant), schepenen. In absentie van de secretaris ons landt bij myn Lucas Claesz boode van Texxel, ende ick Cornelis Jansz belove dat zelve land te waren
1557-07-09 | Texel
R.A.H. Coll Aanw 1000
Jaartallenindex
schepenen en Raeden in den eylande van Texel oorkonden dat Lodewyck Albaertsz en Gerrit Jansz alias Stotter [Scotter ?] erkennen voldaan en betaald te zijn van de verkoop van een stucke hoyland, liggende in de overste kock, groot 6 hondert, opstreckende tot mynsheren palen toe, belend noord en oost: Brechte Stanss en Machtelt Stanss, zuid: Cornelis Cornelisz, zuid [!]: Cornelis Reyersz scut. Verkocht door hen aan en betaald door Brechte Stanss
Heyndrick Pietersz (rond zegel: een gekanteelde poort, aan weerszijden X), Thonis Evertsz (rond: een rechtopstaand anker, vastgehouden aan weerskanten door een leeuw per kant), schepenen
1560-07-05 (2) | Texel
R.A.H. Coll Aanw 1003
Jaartallenindex
schepenen en raeden in den eylande van Tecxel certificeren dat Dirck Symonsz Stam van Brechte Stansdochter heeft ontvangen de koopsom van een stucke hoylants gelegen in de overste coege, groot c thien hondert, streckende tot des heren palen toe, belend zuid: Ysbrant Herruijensz jonxte kinderen, noord: Albert Albertsz, noord [?]: Albert Albertszoons kinderen, west:der Kon. Maj. duynen. Tot onderpand tot voor de vrijwaring stelt Dirck een stuk land groot 9 snees dat genoemd is Gerrit Doeszoens hofstede, belend west: Frerick Pietersz, oost: dat outaers acker, noord: Hughe Jannesz
zegel van Jan Barentsz: een gekanteelde poort, aan weerszyden X, Cornelis Heyndriksz: een staand anker vastgehouden door twee staande leeuwen, schepenen en raeden in Texel
1560-07-05 (1) | Texel
R.A.H. Coll Aanw 1002
Jaartallenindex
schepenen en raeden in den eylande van Tecxel certificeren dat Jan van Baeckensteyn als enige zoon en voogd van zijn moeder Machtelt Stansdochter, erkent dat de doorgestoken brief dd 1556-07-06, bij loting en deling toegevallen is aan Brechte Stansdochter, zijn moeders suster, zoals de brief inhoudt waarbij Cornelis Aelbetsz Eyckenhoern vercoft en quytgeschouden. Van welcke huys en erf met syn land daertoe behorend de voorn. Jan van Baeckensteyn heeft geroyeert en quytgescouden, gerevoceert, en schelt quijt als enige zoon aan Brechte Stansdochter om met dit huis en erve haar vrije wille te doen
zegel van Jan Barentsz: een gekanteelde poort, aan weerszyden X, Cornelis Heyndriksz: een staand anker vastgehouden door twee staande leeuwen, schepenen en raeden in Texel (1556-07-06 en 1557-07-09: dezelfde zegels)
1629-05-23
R.A.H. O.R.A. 2101 fol 99v
Transportregister Egmond
schout en schepenen in Egmond oorkonden dat Loeff van Harlaer als last en procuratie hebbende van de Gecomitteerde Raeden van de Staeten van West Vriesland en Noorderquartier, verkoopt aan Nicolaes Reusius, onse kerckendienaer (opschrift: predicant), een huis en erf waar de voornoemde Reusius tegenwoordich in woent, t lant toebehorende, staande tot Egmont Binnen in de straet [!], belend oost: Gerrit Jansz Moes, zuid: de gemene steech, west: Dirck Pietersz, noord: de straet. Koopsom 500 Kar gld
de substituut schout, Claes Pietersz en Mies Dircksz, schepenen van Egmond
1629-10-17
R.A.H. O.R.A. 2101 fol 111
Transportregister Egmond
schout en schepenen van Egmond oorkonden dat de edele heer Jacob van der Nieustadt, baljuw van Egmond, als procuratie hebbende van Anna Gerritsdochter, weduwe van Symon Pietersz, verkoopt aan mr Johan van Foreest, Raadt der stad Hoorn, en secretaris van de heren Raeden van de Staten van Westvrieslant en het Noorderquartier, een huis en erf tot Egmond Binnen, belend west: Maria van der Nieuburch, oost: Jan Cornelisz, noord: de straet, zuid: de gemene wech
de schout en Pieter Pietersz Teunen en Symon Reijnen (hij tekent als: Symon Reijnnertsz), schepenen van Egmond
Heukelom, van | 1528
Stadsrekening van Nijmegen dl IV p 112, 120, 143, 188,221, dl V: p 79, 87, 90, 186, 59, dl VI: p 130, 242, 245, dl VII: p 71, 138, 141-144, 180
Achternamenindex
Peter Andelyen op zijn afterwesen per Lijs van Hoekelum betaald 1 gld 10 st; burgermeester met de monstermeisteren tot Lys van Hoekelom verdaen 4 gld 1 oirt gld; 1529: der raeden ende cloisteren wijn ende die den the hebben plegen opten H Kersdach tot Elisabeth van Hoeklum gehadt 288 quarten wijns, die quart 5 st, 72 gld (p 143); Derick van Hoeklum 1 vat bier, 32 1/2 st (p 188); 1530: de abt van Camp durch ontheit gheschenct 3 vierdell wijns, tot Elyzabeth van Hoeclum gehaidt, die quart 5 st, 3 gld; 1534: Gairdt van Hoeklum (p 186); 1532: Derick Lemmen van Hoekelum (p 59)
1533-07-01 | Haarlem
R.A.H. Coll Aanw 245 fol 367v/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex
gesien bij den Hove van Hollandt zekere requeste die K.M. en zynen secreten Raede overgegeven van wegen der burgemeesteren, schepenen en raeden der stede van Haerlem, te kennen gevende dat die voers. stede nyet algeheel gefortifieert en is, immers dat in Novembri l.l. by de leste vloet een van de principaalste toerne mit een gedeelt van de mueren derselver stede in de graffte ter neder gevallen zijn geweest, ende dat die reste van de thoernen, muyren ende poerten der voirs. stede mede in der selven vloet zeer geramponeert ende gestoert zyn. Daar er haast was bij het herstel hadden burgemeesters, gerecht en vroedschap geordonneerd dat men van de poorters, conventen, inwoenende ende waerliche priesteren gaderen soude gelyck timmergeld als men dede in den jare 1528. De conventen waren wel gewillig doch de wereldlijke priesters stribbelden tegen. Het Hof ordonneert nu dat zij allen mee moeten betalen daar zij allen belang hebben bij het herstel
1545-11-06 |
Arch Marquette 1106/Cartul Assumburg no 40
Jaartallenindex
soe sijn Heere Gheryt Heere van Assendelft etc als besitter, possesseur ende recht hebbende omme te mogen bevisschen die sluys van de Nieuwendam, mitsgaders van t leggen van een tweede sluys aldaer ende t bevisschen van dien, ende Andries van Bronckhorst Heere van Schoot, Raedt der Keys. Maj. in Holland, ende Adriaen Stalpaert van Wyele, rentemeester van Kennemerlandt, commissarissen bij de K. Maj. geauthoriseert te procedeeren tot sluytinge van de uytwaterende sluysen van de Nieuwendam, ende die haven van Eedam, blykende bij brieven van commissie daervan wesende van dato den 17e Dec 1544, ende omme de redenen in de voirs. commissie en procesverbael daer nae gemaeckt, verklaert bij consente bevel ende medegeven van 't meerendeel van de contribuanten die tot makinge ende sluytinge van de voirs. sluysen ende stoppinge van dien, contribueeren sullen nae den taux ende ordonnancie die van wegen der K. Maj. daerop gemaeckt sal worden bij advyse van myne Heere den stadhouder ende Raeden van Holland, veraccordeert ende overcomen in der maniere hiernae volgende: Te weeten dat de ingelanden ende geerfden van Kennmerlandt en West-Vrieslandt, waterende op de Schermer, Beemster, Purmer, Wormer, Waert, ende andere binnenlandsche meeren, van den voirs. Heere van Assendelft de visscherij van de voirn. sluis en de nieuw te maken sluis in eeuwige erfpacht zullen hebben, tegen betaling van 46½ gouden Henricus nobelen sjaars, ende noch daerenboven alle jaren 6 Carolusgulden voor een half vat palinck, ingaende 1 Jan. 1547 (1546). Daar de heer van Assendelft deze visscherij in zijn qualiteit als heer van Assendelft in leen houdt van zijn Keyz. Maj, zoo wordt bepaald dat de voorn. erfpachters niets in de kosten van eenig verlij behoeven mede te betalen, en dat de K. Maj. den heer van Assendelft brieven zal geven waardoor deze erfpacht zal kunnen blijven bestaan. Geinsereerd in een brief van 1553-03-22 (1552)