10 resultaten
Stapel, van | 1493-05-24
Grote Raad Mechelen Geëxtendeerde Sententiën p 265
Achternamenindex
Antheunis Willemsz van Stapele gedaagd door Jan Busselman, van Stamme, kamerknecht; eerste aanleg, weigering van verweerder om aan eiser enige door deze gekocht onroerende goederen overeenkomstig de costume voor schepenen van Valkenisse te leveren omdat eiser een deel van de koopsom niet zou hebben betaald; verweerder veroordeeld om te leveren
1617-06-06 | Haarlem
Ms Opstraeten van der Molen III fol 1711
Jaartallenindex
ick Henrick van Haerlem, ambachtsheer van Berkenrode, Schoter Vlieland etc als outste van de stamme van Berkenrode, consenteert dat mijn nicht joffr. Anna van der Hooch Claesdochter het huijs staende op het grote bagynhof te Haerlem (bij mijn voorouders Gerrit van Berckenrode Jansz en Gerrit van Berkenrode Gerritsz gefundeerd) haar leven lang gedurende te weten het vierde fyffde lyf in de voors. huijse in alles volgens de originele brief onder mij voors. berustende (vgl 1509-02-19 (1508), 1618-04-11)
1560-01-22 |
Ms Opstraeten III fol 1476/Gaasbeek
Jaartallenindex
Harmen van Suijlen Harmansz nae dode Dirck van der Horst als naest in den bloede van den geslacht van der Meer ende van Nederhorst, ende mitsdien leenvolger van de lenen, thinsen ende erffpachten van denselven stamme gecomen, 4 mergen die Loete. Present: mr Gerrit Knoep van Meerenborch, Lucas van Megen; 1560-01-30: here Dirck van Suijlen van der Haer, ridder, door opdrachte Gysberts Dircxsoone van der Horst, die voorn. 4 morgen, present: Johan Loeff, Lucas van Megen, ende lijftocht here Dirck voorn. vrouwe Joost van Draeckenborch, sijn huysfrouwe
1561-03-18 |
Ms Opstraeten v.d. Molen dl III fol 311
Jaartallenindex
mr Anthonis van Loon, advocaet van het Hof van Utrecht, out omtrent 29 jaren, zegt dat hij na de dood van wijlen Dirc van der Horst alhier binnen Utrecht te gast is geweest ten huyse van Adriaen van Suijdvort, alwaer mede ander edeluijden te gaste waren, en dat hij aan tafel had horen zeggen dat niemant tot Dircs goeden gerechtigd was dan de producent, seggende dat hij gecomen was van die recht stamme van der Horst, ende dat here Dirc van Suijlen tot dieselve goederen niet gerechtigd en was als alleen bestaende Dirc van der Horst van syns moeders syde
1542-12-15 |
R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Vriesland fol 25v
Jaartallenindex
Karel beleent zijn neef joncheer Ladmoral grave van Egmondt heere tot Baar etc, na dode van jhr Charles in leven graaf van Egmont, met het slot ende huys van Egmont mitter vryer hoeven en andere zijn toebehoren en appenditien binnen die limiten, verclaert in onse brieven van erectie als principaal stock en stamme van de voors. graaflycheit van Egmont, daer die stede van Purmurende [!] mitten anderen plaatsen en dorpen in der grafelijkheid inne begrepen zijn, te weten Purmerlant, Necke, Ilpendam, Bachum, Warmenuizen, Harinckerspel, Outkerspel, Petten en Huysduynen geannexeert zijn. Te houden tot een enckel onverrsterfelijk erfleen. Vranck Boot, advocaat van onsen Rade in den Hage doet als zijn gemachtigde de eed
leenmannen: mr Joost Sasbout, mr Jasper v.d. Hogenlande, onse Raden v.d. Camer in den Hage, Zeger van Alveringen, heer van Hofwegen, ridder, Raad en mr van de reeckeninge, Engel Dircsz, Cornelis Barthoult, Willem van der Criep, Jacob van Boschuysen
1530-06-25 (2) |
R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Vriesland fol 26v-35
Jaartallenindex
vervolg: om die stamme en t huys van Egmond in eere te houden, transporteert vrouwe Magdalena aan den grave van Egmond al haar recht op de goeden van Bar en tollen van Arnhem en Ysseloerde, ter cause van zullke rendemptie of lossinge als sy daarof den hertog van Gelre gedaan heeft etc. Vrouwe Magdalena transporteert ook ½ van sulke gors en aanwas als uyten de oude grave van Egmond staande huwelijk gekocht had, waarvan de wederhelft gebleven was aan wijlen haar zoon de graaf van Egmond, brief dd 1495-05-26 en 1520-12-10, en dit alles tbv haar zoonszoon den grave van Egmond. Zij doet ook afstand van haar lijftocht aan dit gors (gemaakt 1512-07-23). Noch cedeert zij aan de grave van Egmond de eigendom van alle vasallen [!] van silver, vergult als onvergult, behoudende zij het gebruik ervan zolang zij leeft, en na haar dood zal de heer van St Amand het gebruik hebben zijn leven lang. Hij moet hiervan een inventaris maken en die overleveren na zijn dood aan de graaf van Egmond, dat deselve vasalle zal blijven an de stamme van Egmond. Het huisraad en de tapitzen op het huys te Egmond cedeert ze op dezelfde wijze. Al het andere zal comen aan den grave van Egmond, die zijn jongere broeder en suster partage zal doen nae gelegenheid van de zake, bij goetduncken van den grave van Bueren of bij gebreke van de 2 naeste magen en vrienden, achtervolgende het testament van den grave van Egmont, lest overleden. De heer van St Amandt consenteert in al het vorenstaande en om de stamme van Egmond in eeren en wesen te houden soo heeft hij overgegeven tbv zijn neef de graaf van Egmond de heerlijkheid van Hoochtwoude en Eertswoude, de thienden van Woggenem en de ambachtsheerlijkheid van Spanbroek met tienden, die hij zelf in leen houdt, onder voorbehoud van het gebruik en de tocht daaraan na zijn moeders overlijden, zijn leven lang. Zou hij wereldlijk persoon worden, dan zal hij dit leengoed mogen belasten met 300£. De graaf van Egmond consenteert hierin. De heer van St Amandt cedeert zijn aanspraken op de goeden van Bar, de tollen tot Aernhem en Ysseloorden, ook van de erfenis van wijlen zijn broer jhr Philips van Egmond, waarvan hij zich evenals van die van zijn vader gerenuncieert heeft. Hij is reeds met de goederen van Bar beleend, maar verzoekt deze over te zetten op de grave van Egmond, die zijn broer en zuster in redelijkheid een partagie moet doen. Na zijn moeders overlijden zal de heer van St Amandt uit de tollen van Arnhem en Ysseloord jaarlijks 400£ ontvangen en uit de gorssen in het land van Putten 200£. Partijen gaan vervolgens accoord en verklaren zich voldaan (vgl 1530-08-09)
1542-03-28 |
R.A.H. Coll Aanw 120 Caput N.H. fol 313-317
Jaartallenindex
heer Raes heer van Cruyningen, heer van Heenvliet etc, burchgrave van Zeeland, wil een eerlijke verdeling tussen zijn drie kinderen van de erfenis van wijlen hun moeder Catherina van Wassenare. Hij krijgt octrooi van de keizer om over zijn goederen in den lande van Namen, Holland, Zeeland en Utrecht bij uiterste wil te beschikken. Hij maakt seeckere partage tussen zijn kinderen, omme die stamme van Cruninghen te bat in eren en wesen te houden, heeft hij aan zijn oudste zoon toegevoegd alle die goederen van Cruyningen en andere daaromtrent gelegen in Zuytbeveland. Daar Zeeuwse lenen tussen zijn twee zonen verdeeld zouden moeten worden, heeft hij zijn jongste zoon genoegzaam gerecompenseert en hem gelast zijn deel in de Zeeuwse lenen over te dragen. Beducht voor geschil, verzoekt hij den keizer om deze dispositie te confirmeren (1532-10-30)
1617 | Haarlem
Ms Opstraeten van der Molen III fol 617
Jaartallenindex
aen mijn E. Heeren, borgermeesteren der stadt Haerlem, gesien bij de naeste descendenten van Willem van Berckenrode ende Joffr. Hase van Berckenrode, sijn suster, beyde kinderen ende erfgenamen van Gerrit van Berckenrode, ende resp. broeder en suster van Margriet van Berkenrode, in haar leven bagyn op den Groten Hof tot Haerlem, daervan het huys in questie eerst gecomen is, de requeste aan u overgelevert bij jonker Henrick van Berckenrode, ter ordonnatie van deselve A.E. door apostell van den 26 Meij l.l. hemluijden ter hande doen stellen om opt versoeck inde selven begrepen te dienen van advies, soo ist dat sij t selve mits desen naercomende verclaeren dat sij de voorn. requirant geensins toe en staen maer wel expresselyck ontkennen dat hij wesende descendent van Henrick van Berckenrode sijn grootvader, ende broeder van de voors. Willem en Joffr. Hase van Berckenrode, de naeste soude wesen van de stamme daervan de voors. huijsinge opten Hoff alhier is gecomen, daerinne Josina van Groeneven cortelinck is gestorven etc.
1532-01-25 |
R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Z.H. fol 107, 109v
Jaartallenindex
Johan van Woerden here tot Vliet machtigt mr Reynier Brunt, procureur generaal en Balthasar Lievens, advocaat postulant in den Hove van Holland, om namens hem afstand te doen van de ambachtsheerlijkheid van heer Arentsberge en Ammerstol, ten profyte van zijn zoon Geerlof, onder conditien dat Geerlof aan zijn huisvrou ..... [jvr Emerentie] uit reiken zal per jaar 8£ gr Vls haar leven lang, en aan zijn zuster Wilhelmina 4£ gr Vls per jaar erfelijke losrente, ter losse den penning 16. Aan zijn zuster Anna eveneens een dergelijke rente van 4£, en aan zijn zuster Sibilla 2£ gr per jaar lijfrente. Ende noch een rente van 61 gouden R gld per jaar die mr Gielis van Soutelande daer of heeft. Ende 10 nobelen erfelijke renten (van 12 gr Vls) aan de grafelijkheid. Geerlof zal de heerlijkheid niet mogen verkopen, noch belasten dan alleen met een douairie tbv zijn huisvrouw. Altijd te komen op de stamme van Vliet, wereldlijke personen. Bezegeld door hemzelf en door Jan Robbrechtsz en mr Willem Gerritsz, schepenen van Oudewater, hetgeen zij doen op verzoek van DIrck Remboltsz, priester en openbaar notaris bij den Hove van Holland geadmitteerd. Op 1531-09-10 naer t schrijven ons Hoofs van Holland [!] beleent Karel achtervolgende de opdracht gedaan door mr Balthasar van den Hoogelande heren Livinusz, ridder, Advocaat in onsen Hove van Holland, als gemachtigde van Jan van Woerden heer van Vliet, diens zoon Geerlof van Woerden met het voors. leen op de voors. condities, behalve met een block tiende geheten die Nesse en de visserij Cochem (vgl 1532-03-05)
1579-10-26 |
R.A.H. Coll Aanw 141 fol 603/Reg Nassau fol 350; R.A.H. Coll Aanw 459
Jaartallenindex
koning Philips oorkondt: dat howel mits den overlijden van heer Hendrik in sijn leven here van Brederode here tot Vianen etc dewelcke sonder mansoir agter te laten deser wereld overleden is, verscheiden partijen van goeden bij hem van ons ten regten lene gehouden aan ons gedolveerd en vervallen sijn, wij nogtans aanmerkende dat het huijs van Brederode enen van den edelsten stammen en oudsten afcomsten binnen den lande van Holland is, ende opdat het huis ende de naam van Brederode niet en verga, maar tot onsen dienste ende tot eren van den lande in wesen gehouden mag werden, hebben wij by advijs van de Staten en van de Praesident ende andere rade provinciaal alsook van de luiden van de camere van de rekeninge in Holland, uit sonderlinge gratie voor desen reijse ende sonder dat hetselffde intoecomende tyden in consequentie getrokken sal mogen werden, verlijd ende verleend de here Reinout van Brederode, des voorn. wijlen heren Hendriks van Brederode neve, gedescendeerd wesende van de regten stamme ende huize van Brederode, alle alsulke regte leenen als den voorn. wijlen heer Henrick van Brederode van ons als grave van Holland te houden plag, te weten die heerschappe van Brederode met allen heuren toebehoren. Eerst sekere heerlijkheden, goeden en ambagten met duinen, wild en wildernisse, wint, wintval, weyden van beesten, mitsgaders alle nutscappen ende profyten daeraen clevende, hoe oock genoemd mogen wesen, leggende op de zuijdzijde van de Haarlemmerweg, die men gemeenliken seid den Zijlweg, regt opgaende deur t Zwarteveld tot aan de zee toe, ende voort aan t noorteinde van Santvoord en suidwaard strekkende tot aan den Stokweg ten eynde van den Kyfduijn, daermede inbegrepen etc. Uitgenomen onsen princelijkheid van den groten wilde, mitsgaders van den staande groenen houte, ende ook de leggen van de edelen vogelen die wijt t onswaert behouden. Tegen een erfpacht van 325 Vl £ van 30 groten sjaars, volgens brief dd 1505-12-03 aan heer Hendriks vader gegeven. Item: een hart eens jaars te mogen jagen als int saysoene is, die smaltienden van Heemstede, dat ambacht van Velsen, de ambachtsheerlijkheid van Schoorle, van Akendam, Hofland en van der Leede, 50£ sjaars uit onsen tienden in Waddingsveen, ¼ deel van de tienden gelegen in den ambagte van Leiderdorp met 26 morgen land, met ¼ deel van de tienden in de Waard in de voorn. ambagte. Here Reijnout ontvangt dit alles wederom ten regten leen. Op 1599-07-22 op verzoek van heer Walraven van Brederode veranderds in een onversterfelijk erfleen, zodat de goederen zullen kunnen komen aan de drie zoontjes van zijn onlangs overleden broer heer Floris van Brederode. Op 1585-05-29 wordt heer Walraven beleend na dode van zijn vader Reynold van Brederode
jhr Hendrik Heremaal, Pieter van der Goes, Cornelis van der Goes, leenmannen