13 resultaten
1500-09-02 |
R.A.H. Coll Aanw 112 Caput Kennemerland fol 36v/Reg Archidux
Jaartallenindex
hertog Philips beleent jvr Cornelye Willem Bolle van Saandendochter, na dode haars vaders, met eerst een huys, hofstede ende lande gehieten Willems hofstede ende zate van Zaenden met ambachtsheerlijkheid en toebehooren zooals die gelegen is in den ban van Schoten bij de stad Haerlem, steckende van den Breedsloot tot in die Spaerne, binnen aftersusterkint niet te versterven. Ende noch 13⅓ gemet tienden gelegen int oosterambacht van Staevenisse. Hulde doet voor haar Herper van Foreest, haar gecoren voogd in dezen
1568-02-07 (1567) |
G.A. Haarlem Transportregister 76/25 fol 3
Haarlem Algemeen
Claes Gerytsz alias Claes Joosten, kistemaker, transporteert aan Wouter Jansz, vleyshouder, een huis en erf in de Schachelstraat, an d'een syde: Frans Fransz snyder, an d'ander syde: Jan Gerritsz Cramer, achter steckende aan de weduwe van Jan Fransz Laeckeman
1565-12-10 |
G.A. Haarlem O.R.A. 76/24 fol 125v
Haarlem Algemeen
Henrick van Wamelen verkoopt Jan Symonsz snijder een huis en erf opt Cleyne Heylige Lant, an d'een zyde: die erfgenamen van Pieter Florisz van Adrichem, aen d'ander zide: Jan Jorisz metselaer, achter steckende aen Jan Jorisz metselaer. Koopsom 100 Kar gld
1628-04-05 (2)
R.A.H. O.R.A. 1066 fol 23
Transportregister Bloemendaal
Aechte Cornelis, laatst weduwe van Jan IJsbrantsz, geassisteerd met haar zoon Cornelis Dircksz [Roo], backer, verkoopt aan Jan Willemsz Buijs, bleycker, wonende in de ban van Tetrode, die suyderhelft van het achterste stuck van "de Seven madt", groot 713 roeden, steckende van de andere erfgenamen van Cornelis Pietersz [Langeneel] tot aan de vaert. Met een notwech over de zuyderhelft van het voorste stuck. Koopsom 1400 gld
1622-12-20 (1)
R.A.H. O.R.A. 2100 fol 136, 136v (2x)
Transportregister Egmond
Jacob Symonsz, buerman tot Castricum, erkent schuldig te zijn aan Jacob van der Geest (notaris) als geordonneerde curator over de desolate boedel van wijlen Aris Jansz brouwer en wijlen zijn huisvrouw, 900 gld, ter cause ende over de beterschap van de coop van een wint papiermolen mette huysinge, steckende uijt den zuyden van de molen aff noort aen tot aen de Stoof toe, belend noord: verkoper en coper, oost: Pieter van Egmont van Meresteyn, west: de kinderen van Roelant van Harlaer
met de mercken van Cornelis Gerritsz en Gerrit Reyersz
Grieken, van | 1512-07-28
R.A.H. Coll Aanw 113 fol 132v, 138
Achternamenindex
Claes Jacobsz van Griecken wordt beleend met 8 morgen in het ambacht van Alphen aan de oostzijde van de Goude, belend aan zeezijde: Vrancke Noert en Heijn Noert, zo ver als Jan Maes huijs weer uitgaat, voort an Roever Hermansz, noord: steckende an Geryt Gyssensz werf, oost: Pieter die Roeper, zuid: de toeganck [coeganck ?], hem aangekomen na dode van zijn oom Jacob van Grieken; 1512-09-30: draagt hij dit leen over aan Aerndt van Grieken
present: Pieter Plumion, Jan de Houwer, Jan van Bueren
1483-01-10 (1482) |
Ms Op Straten v.d. Molen dl III fol 748
Haarlem Algemeen
schepenen in Haerlem oorkonden dat Pieter van Ruijven opdroeg ten vrijen eigen aan Gerrit van Berckenrode Gerritsz een huijs metten erve staende in de Batte Jorisstraet, aen die een syde: Crauwelssteghe, aen die ander syde: Gerrit van Berckenroede en Claes van Ruijven, steckende aen Jan Quidest, belast met 25 sch 6 penn en met 9 schell Holl sjaers
Aernt Hendricsz en Claes van Huessen (zegel: 3 spitsruiten, 2, 1, helmteken een vogel met uitgespreide vleugels), schepenen
1482-02-07 (1481) |
Arch Grote Gasthuis Haarlem no 68/61/St Elisabethsgasthuis
Haarlem Algemeen
schepenen in Haerlem oorkonden dat Brechte Symon Aelbrechtszoensdochter met haar gecoren voogd Huijge Dircsz om Gods wil geschonken heeft aan de Gasthuismeesters van St Elisabethsgasthuis 3 sc en 6 penn Holl sjaars pacht staende op Aechte Cuynerdijck [Cuymdijck ?] huis en erf gelegen in de Scutter Doelstraet, tusschen Aechte voirscr an de een zide, Jan van Foreest an die ander zijde, afterwaerts steckende an St Michielsstraet
Dirck Heinricsz (3 pijlen, geplaatst vergezeld rechts boven een wassenaar), Willem van Adrichem (zegel: een leeuw met een dwarsbalk er over heen), schepenen
1630-12-13 | Heiloo
O.R.A. no 73 fol 103
Jaartallenindex
de schout van Heyloo en de schepenen aldaar oorkonden dat Adam Dircxz Hinderduijn, landdrost van West Vriesland en het Noorderquartier, transporteert aan zijn zwager Geldolf Gerytsz van Harlar, casteleyn van den huyse tot Petten, een huijs ofte hofstede met omtrent 28 morgen lant, Alkmaer mate, daer eertijts een boomgaertgen, speelhuys ende voegelkoije op en in gestaan heeft, alle tsamen gelegen in de Zuiderpolder van het Groenwater, leggende achter de Nieupoort in de ban van Heyloo. Met een vrije eigen toegang tot hetzelve huys en landen over de molenwerff gelegen in de Noorderpolder van het voors. Groenwater, en steckende van de Heijlverdijk aff tot aen de scheijsloot tussen beyde polders gelegen, en waterlosinge van de hecken af tot aen de molen toe door t land van Gerrit Vechtersz etc. Belast met 7 gld per jaar tbv de stad Alkmaar (en een hoofdsom van 116 gld). Verder belast met een onlosbare rente van 3 gld per jaar ovor de ambachtsheer ter cause van swaendrift
Pieter Isbrantsz van de Velden, schout van Heyloo, en Pieter Aeryaensz Cooch en Jan Symonsz Paesschen, schepenen aldaar
1387-03-26 |
Cartul St Jan Haarlem no 759
Haarlem Algemeen
scepene in Haerlem oorkonden dat Pieter Scotter [Stoeter] gehuurd heeft in erfhuur van Jan van Aernem, commandeur van St Jan te Haerlem, een hofstede 1 ½ roede breet die gelegen is after der heren cloester voers. bij der stede mure, twisken Pieter Hilling an die oost zijde, west: Hughe van Zande, steckende voer vander stede strate afterwaerts an der heren coken van St Jans, om 26 sc Holl sjaers etc
Haghen Jacopsz en Dirc van Foreest, schepenen