11 resultaten
Holthe, van | 1275-08-15
Limburgse Oorkonden III no 2083, p 30
Achternamenindex
wijlen Lenalles van Holthe, zijn vrouw Lutgardis en hun zoon ridder Raso, stichten en begiftigen in de kerk van Kortessem een beneficie ter ere van de Verlosser en de Maagd, waarvan zij zich de begeving voorbehouden
Arkel, van | 1342-11-20
Arch Kapittel ten Dom Ch 3334, p 412 en 3385
Achternamenindex
de paus bericht aan de geestelijkheid van stad en diocese Utrecht dat hij zich de benoeming van een bisschop van Utrecht, na het bedanken van Nicolaus Capocca in handen van zijn voorganger, heeft voorbehouden en Johannes de Arkel, Elect, heeft benoemd, met dispensatie van het gebrek in zijn leeftijd
Amstel, van | 1280-05-06
v.d. Bergh II no 394, 399
Achternamenindex
Gudelendis abdis van Elten staat Nurdinclant aan graaf Floris V af, tegen een rente van 25 £ per jaar. Uitgesloten van deze overdracht zijn de goederen van de Canonici Altynensuum. Genoemd worden de rechten van Gyselbertus van Amestelle. In een akte van 1280-05-14 verklaart Godelendis nogmaals dat bij de overdracht van Nardingherlant aan graaf Floris, voorbehouden is het recht dat Gysbrecht van Amstel daarop kon doen gelden
1543-12-17 |
R.A.H. Coll Aanw 121 Caput Z.H. fol 308-310, 310-312
Jaartallenindex
leenmannen van Holland oorkonden dat Franchois van Wena opdroeg, ingevolge zijn procuratie gepasseerd voor de regering van Ysselsteyn dd 1543-12-01, tbv Hector van Hoxwier, alle alsulcke lyftocht, als hem competeert aen t huys van Ghysenburch mitter hofstede, cingelen, boomgaerden en heerlyckheyt van dien, mitten manschappen daertoe behorende ende daertoe die heerlyckheyt van der Nyeuwerkerk mitten baljuwschap derselver heerlykheid, mitten nacoop van den vercoften ende bestorven landen, mitten swaendrift van 16 paar oude zwanen en de visserij boven en beneden de brugge, een waterganck en twee gesworens die men hiet heemraden die een binnenslands, die ander op den hogen dyck, met een clerck die hij als heer van Nyeuwerkerck zal mogen setten en versetten. Ende noch die molen, corenthienden, smalthienden, jaerlyksen mercttol van beesten, exchys en het recht van der brugge, jaarschot, jaarlijkse thyns ende t pynterveer, zoals hij deze lijftocht bij de overdracht van deze goederen aan zijn zoon Jacob van Wena aan zich voorbehouden had, naar inhoud van het transport dd 1541-09-23. Eodem die confirmeert Karel etc mr Cornelis van Muyden, procureur postulant voor onsen Rade van Utrecht, als gemachtigde van Hector van Hoxwier, de overdracht van deze lijftocht
leenmannen: Cornelis Barthouts, Willem van der Criep Pietersz, Nicolaas Barthouts Cornelisz
Culemborg, van | 1500-02-22
Grote Raad Mechelen Geëxtendeerde Sententiën 1966 p 354
Achternamenindex
Jasper van Culemborch contra Vrederick van Egmond: eerste aanleg, eisers grootmoeder had goederen geschonken aan de zoon van de verweerder. Eiser, haar enige erfgenaam, weigerde verweerder in het bezit van de goederen te stellen; verweerder verkreeg de goederen met geweld, waarop de Grote Raad ze sequestreerde; eiser gehandhaafd in het bezit van de heerlijkheid Schoten; verweerder gehandhaafd in het bezit van de heerlijkheden en tienden van St Maartensdijk, Scherpenisse en van het huis Oostervant in den Hage; rechten ten petitoire voorbehouden
Herimannus | 1134-09-24<
v.d. Bergh I no 119/Oorkbk Utrecht no 352/Liber Catenatus van Oudmunster fol 60
Voornamenindex
Andreas, bisschop van Utrecht, schenkt aan het kapittel van St Salvator een prebende in dat kapittel, die tot zijn collatie stond en vroeger aan de deken van het kapittel verleend werd, waartegen het kapittel aan de bisschop afstaat de helft van de tienden van de kerk van Bodegraven, om daarmee de deken, die voortaan persoon van Bodegraven zal zijn, te belenen, met uitzondering van 8 hoeven "terminum earundem huovarum superiorem a fossa Wiburg incipens et sic descendens quoad immensura plena octo huovae finiant", die aan het kapittel voorbehouden worden
Herimannus, prepostius St Salvatoris, Lutbertus, decanus St Salvatoris
volgens Oppermann: verdacht
Boschuysen, van | 1488-02-01
Arch Kerken Leiden regesten 373, 374, 201, 260/Arch St Pieterskerk Inv 240 en 203 fol 66
Achternamenindex
vrouwe Aechte van Bosschuysen, vrouw van Cornelis van Dorpe, verklaart voor schepenen van Leiden dat zij zich bij huwelijksvoorwaarden de vrije beschikking heeft voorbehouden over 800 Philips schild van 28 Comans groot, en dienovereenkomstig aan haar broer Jacob van Bosschuysen, het recht in de doorstoken brief genoemd, gegeven heeft [d.d.14-03-1450 waarbij Pieter Claesz overdraagt aan Diert Dirxz een rente van 1£ comans verzekerd op zijn huis in Marendorp]. Nog een brief van de dezelfde inhoud als transfix bij regest 260: d.d. 06-06-1459 waarbij Jonge Dirck van Aemstelredam verkoopt aan heer Aem Jacop Hugenz priester 8 morgen land aan de Meerburgerwetering in Zoeterwoude. Beiden worden door Jacob van Boschuysen overgedragen op 14-07-1496
1555-1557 |
Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl VII dossier 671
Jaartallenindex
Adriaen Jansz Bruyn, inwoner van Maasland, contra Jan Vos Claesz, procureur bij het Hof van Holland. Jan Vos Claesz had van Robbrecht graaf v.d. Marck als heer van Naaldwyk 3 morgen land, genaamd "de Berckwerff", in leen. Op 1534-01-10 (1533) doet Joost Vos Gerritsz de eed voor Jan Vos, daar hij nog onmondig is. Op 1553-06-30 legt Jan Vos Claesz zelf de eed af. Vranck van der Houff Vriesenz had dit leen op 1533-07-16 verkocht aan Claes Aertsz, vader van Jan Vos Claesz, als leen van Naaldwijk. Thonis van Dam, de tweede echtgenoot van Lysbeth Jansdochter was toen pachter van het land. Op 1533-10-15 had Joost Gerritsz echter als voogd van de toen nog minderjarige Jan Vos Claesz, het land in erfpacht gegeven aan Thonis van Dam voorn. Pas op 1534-01-10 had Jan Vos Claesz de officiële leenakte verkregen. Adriaen Jansz Bruyn beweerde dat hij de rechtsopvolger was in de erfpacht van Thonis van Dam. Deze was namelijk gehuwd met Lysbeth Jansdochter; na haar overlijden zou het leen geerfd zijn [bedoeld is: de erfpacht] door Griete Pietersdochter, oudste dochter uit Lysbeth's huwelijk met Pieter Vranckesz, en gehuwd met Adriaen Jansz Bruyn. Adriaen beweerde later nog dat Lysbeth Jansdochter en haar man het land verkocht hadden aan de vader van Jan Vos Claesz en zich bij deze verkoop de erfpacht hadden voorbehouden. Op de stelling van verweerder dat de uitgifte in erfpacht ongeldig was, omdat hij toen nog minderjarig was, antwoordde Adriaen dat Claes Aertsz het land in erfpacht had gegeven, maar hierbij de naam van Jan Vos Claesz in de akte had laten opnemen. Jan Vos daagde Adriaen Bruijn voor het Hof en eiste ontruiming. Vonnis in nadeel van Adriaen, die toen in appel ging (vgl 1524-04-08, 1531-02-21, 1533-07-16, 1533-10-15, 1534-01-10, 1533-10-11, 1555-03-28)
1533-07-16: leenmannen voor Robbrecht graaf v.d. Marck, heer van Naaldwyk: Philips Nachtegael Philipsz, Willem van Rinevelt; 1553-06-30: Fop Willem Havicksz, stadhouder en man van leen, Jacob Joostenz Hoijnckesloet, Willem van Rinevelt, leenmannen
1478-11-09 |
G.A. Haarlem Inv 1674 Lade V Stedelijke Ambtenaren
Haarlem Algemeen
wij schout, Burgermeisteren, scepenen ende Raide der stede van Hairlem, doen condt allen luden dat wij bij consente, goetduncken ende gemeenen overeendragen van der Rijcdom ende Vroescip van derzelver stede, onthouden ende angenomen hebben, onthouden ende aennemen mit desen tegewoirdigen brieve mr Steffen Pietersz, lycentiaet in den Rechten, onsen medeporter, tot eenen pensionnaris ende dienre van der stede om van der voorn. stede wegen voir allen heeren ende rechteren ende tot allen steden ende plaetsen dair dat gebueren zal alsoewel buyten slants als binnenslants te vervolgen ende te sustineren al alsulke processen, gedingen ende saicken als diezelve stede nu ter tijt vuytstaende ende te doen heeft of noch hiernamaels hebben mach. Verder te proponeeren alle alsulke poincten ende saicken als die voorn. stede te doen zal mogen hebben. Hij zal geen brieven mogen uitschryven noch bezegelen maar dit blijft voorbehouden aan den drie gezworen clercken van der stede. Zij beloven hem te geven 100£ Holl sjaers van 30 groten, te betalen in 2 termijnen (Paschen en Lucasmarkt) en bij afwezigheid voor reiskosten 1£ Holl sdaags (van 30 gr Vls) boven wagenhuer en vracht en een knecht die hij vrij heeft. Tevens tabbaert en cleeding als een burgemeester. Hij is onafzetbaar behalve in geval van wangedrag. Bij verschil van meening 6 arbiters. Mr Steffen met Gerrit Luytgensz als voogd wijst hiertoe aan Wouter van Bekesteyn en Willem van Adrichem, burgemeesters, en Gerrit van Berckenrode, rentmeester van Kennemerland. De stad wijst aan: Jan van der Meer Geerytsz, Jan Pietersz Hals, burgemeesters in den gerechte en Jan van Foreest
bezegeld met het zegel van zaken en door Thomaes Thomaesz ende Dirck Potter, schepenen in Haerlem, en ondertekend door mr Steffen (ontbreekt)
Boekel/Bokel | 1276-09-05
Reg Rotterdam en Schieland no 81 p 24, no 80
Achternamenindex
Aleydis, vrouw van wijlen Johannis de Avennes, verklaart dat zij heeft opgedragen aan het gasthuis, door haar op de oever (te Schiedam) gesticht tot onderhoud der armen, de kerk en het patronaatrecht en het begiftigd heeft met 18 morgen land, gelegen in het ambacht van Mathenesse, voorts dat het gasthuis met haar toestemming aan proost en convent van Koningsveld afgestaan heeft de parochiekerk met het recht om de tienden te innen, die eenmaal toebehoord hebben aan Theodericus Bokel en alle verdere inkomsten, behalve die van het altaar in die kerk met de verplichting van de dienst aldaar te doen waarnemen en dat het zich heeft voorbehouden het patronaatrecht;(no 80): zij verklaart in haar kasteel aan de over [Riviere] geen kapel gesticht te hebben en 10£ per jaar voor het onderhoud ervan, te betalen uit haar landhuur van Soutenvene
zij bezegelt met haar zoon Floris de akte