15 resultaten
1560-07-20 |
Partic Leenkamer Asperen 2 fol 11
Jaartallenindex
leenmannen van de heerlijkheid Langerak. Ocker Aerntsz ½ van 4 morgen lants in Alde Alblas aan de zuidzijde van Alblas in de Hoefslach, an den westeren kant, mitter huising dairop, en oistwert Cornelis Adriaensz, ambochtshere van Alblas, westwert Ocker Jansz kinderen
1506-02-05 |
Bissch Oud Arch Haarlem/Cartul Klooster in den Hem Inv no 119 II fol 44v
Jaartallenindex
scepenen binnen Scoenhoven oorkonden dat Dirck Jansz overgaf Dirck Claesz die metselaer een vrien eygen van 28 stuvers sjaers op sijn huijs ende erve gelegen bij de Plaets oistwert van Jan Veen ende westwert van Hermen die smit Gosenz huijs ende erve. Losbaar den penning 14
Anthonis Matheusz, Ghysbert van Loon Lourijsz ende Huych Hughenz, schepenen
1506-07-06 | Heemskerk
Cartul St Jan Haarlem no 1090
Jaartallenindex
Andrijs Claisz, scout in den ambacht van Heemskerck, oorkondt dat Cornelys Jansz erkende verkocht te hebben aan mr Jan Willem, commandeur van St Jan te Haerlem, een stuk land in den voorn. ban, ende belend hebben zuid: die commandeur voorn, noord: Jan Dircksz, oost: Jan Dircksz voirs, streckende westwert an de Lutticke Zie
Geryt Garbrantsz en Gheryt Willem Borrijtsz, schepenen in Heemskerk
1484-01-20 |
G.A. Amsterdam Inv. B.W. no 554 regest 551/Arch St Lucienklooster Amsterdam/Cartul St Lucien fol 352
Jaartallenindex
schout en schepenen van Abcoude St Pieter oorkonden dat Herberen Melisz, Anthonis, Willemsz, Jan Melisz mit Aeff sine gerechte wive ende Jacob Jansz mit Hillegont sine gerechte wive, erkennen verkocht te hebben aan het St Lucienconvent binnen Amsterdam 2 morgen lands gelegen in den gerecht voorn. buten op tie broeczyde in Geryt Symonszoens bruijcweer plach te wesen ende nu ter tijt Jan Gebbenzoon op woent, daer boven oestwert naest gelegen is dat hofstedelant ende beneden westwert Govert Jansz
Willem Ot Jansz (zegel: een zwaan, naar rechts zwemmend, links boven een ster), Jacob Mertensz en Clement Tymansz, schepenen; voor hen zegelen: Claes Dirck Ruijsken (a) 3 strijdkolven ?, b) 3 spitsruiten), Vechter Stevensz (een wassenaer)
1494-07-15 |
G.A. Amsterdam Arch B.W. Amsterdam Inv no 554 regest 582/St Lucienklooster Amsterdam fol 360
Jaartallenindex
scout en schepenen van Abcoude St Pieter oorkonden dat "Jan Lourensz ende Evert Lourensz gebroders, die beijden tot haer mondigen jaren gecomen waren, mit Huge Jansz haren oudevader van haere vaders wegen" verkocht hebben aan het St Lucienconvent te Amsterdam, "een mergen lants gelegen in die sate lants die Govert Janszoens erfnamen leggende hebben in den gerechte voirs, daer haer cleijn huijsinge nu ter tijt op staet, daer boven oestwaert naest gelant is dit selve convent van Sinte Lucien voirs. mit Claes Gerijtzoens bruijcweer plach te wesen, ende beneden westwert Claes Aelbertsz mit sine medewerkers"
Willem Ot Jansz (zegel: een zwaan, links boven een ster), schout, Vechter Stevensz (een wassenaar, boven in het midden vergezeld van een ….), Ysbrand Bongersz (4 rozen of 4 zuilen in het midden vergezeld van een ster [?]), schepenen
1530-04-24 |
G.A. Amsterdam Inv Gasthuizen regest 1065/Cartul N. Nonnenconvent Amsterdam fol 33v
Jaartallenindex
schepenen in Weesperkerspel oorkonden dat Zwaen Heynric die Conincxs wedue met hairen broeder Claes Zwaninxz als ghecoren voecht, erkende jaerlix schuldgig te zijn aan het Nieuwe Nonnenconvent te Amsterdam, 7 Kar gld eeuwig durende, ter cause van zekere perceelen van lande die de voirs. Zwaen van den voirs. convente in den outeyghen pachte heeft etc. Deze rente verzekerd op 6 morgen lands gheleghen tot Utermeer in die Spijck binnendycxs an die Keverdijck, daer oestwaert naest gelant is Peter Jan Gerrytsz ende westwert Claes Elbertsz. In margine: 1587-04-11 is deze brief anfgelost met 90 gld current
Ysbrant Heynricksz en Claes Gerytsz, schepenen
1483-06-20 |
Cartul St Jan Haarlem no 1151, 1152 (dezelfde brief)
Jaartallenindex
Aernt van Dam, schout van Bergen in Kennemerlandt, oorkondt dat Aernt Pietersz geliede verkocht te hebben aan jvr Janne Jansdochter [weduwe van Jan Willem en moeder van de commandeur van St Jan mr Jan Willem; zij was dochter van Jan Reynersz] een huys mitten erve groot wesende drije hondert zaedt lants, ende nu ter tijt Aernt Pietersz bewoendt, ende lenden off zyn oost: Jan Jansz, westwert streckende an den Heerwech, noord: Willem Garbrantsz. Jvr Janne geeft hem dit land wederom in ewigen erfhuur, voor 3 R gld sjaars, te betalen te Haerlem in de St Janskerk
1464-05-19 (2) |
G.A. Amsterdam Inv B.W. 573a regest 486/Arch Carthuizers bij Amsterdam fol 52
Haarlem Algemeen
scepene in Hairlem oorkonden dat Zweder, Heynric, Claes, Geryt mit Zweders hant voirsz zijns broders ende voichts, ende Jacob, alle Boudyn Albouts kinderen wijens ziele God ghenadich sij, gezamenderhand verkocht hebben aan de Carthuizers bij Amsterdam een zate lants mitter huijsinge ende geboemten die dair nu ter tijt op ende in staen mit allen zinen toebehoren alzo groot ende alzo cleyne als Boudyn Albout voirs. dit int laetste van sinen lijve to behoren plach, gelegen in die prochie van Hairlem ende binnen den ban van Adikendamme, ende belent hebben zuid: mit eygen ende mit erve Jan Jordensz ende Mercelije Jordensdochter tezamen, noord: Wouter Gheijen erfnamen, streckende van der Spaerne westwert an die Vreedsloet. Op verzoek van genoemde broeders zegelt Dirc Jan, schout in den ban van Adikendam, voor hen (vgl 1413-10-22)
Allijn Claesz en Heynric van Hillegom, schepenen
1513-08-31 |
Reg Vicariën Reg St Jan bij Amsterdam fol 56/Regulieren Heylo
Jaartallenindex
schout en schepenen van Abcoude in der proestie der Heren van St Peter, oorkonden dat mr Dirck Willemsz met zijn gekoren voogd Gherijt Sweersz heeft opgedragen aan heer Tanck (?) procurator van de Regulieren bij Amsterdam, tbv St Jacobsoutaer tot Abcou, den eigendom van het huis en erf daar heer Claes Jacobsz nu in woont, daer boven oestwert naest gheleghen sijn die husinge ende erve daer die pastoor nu ter tijt in woent, welck Jacob Ysbrantsz ghecoft heeft, ende beneden westwert die husinge ende erve toebehoerende St Anthonisgilde. Behoudens dat de 1½ Beyerse gulden die daerop staen naar uitwijzen van het memorieboek, daarop zullen blijven staan (vgl 1506-04-20, 1502-04-11)
Claes Claesz, schout, Heynrick Jansz (voor hem zegelt Jan Egbertsz Coster) en Screvell Ghijsbertsz, schepenen
1531-05-19 | Heemstede
Arch Grote Gasthuis Haarlem Inv no 38/1 no 50, 51/St Elisabethsgasthuis Haarlem
Jaartallenindex
schout en schepenen in den gerechte van Heemstede oorkonden dat de gasthuismeesters van St Elisabethsgasthuis te Haerlem op 1531-05-11 "hebben gedongen myt dingplechtige worden dattet voors. gasthuys lant leggende after t swarte heck een notwech plach te hebben, welcken notwech hemluyden verbijstert is. Ende seyde afftervolgende zeeckere ghetuijgenisse die voors. gasthuismrs voor schout ende scepenen beleijt hadden opten 10e ende 11e dach in Meye int jaer voers. dat die notwech vant voers. lant plach te legghen westwaert van 't gasthuyslant tusschen t cappelrylant, dat mr Claes van Castrecom besijt aen die een zijde ende Gherrit van Berckenroetslant aen die ander zijde, welcke vonnisse die schout bestelde ende scepenen haer achtinge off namen ende sijn weer in recht ghecomen ende hebben voer recht gewesen achtervolgende zeeckere ghetuijchenisse voers. dattet voers. gasthuyslant hebbende een notwech over die groenelaen tusschen t cappelrijlant dat mr Claes van Castrecom besijt ende tusschen Gherrtit van Berckenroets lant westwert van t voors. gasthuyslant. Hubrecht van Ruyven, baljuw van Kennemerland consenteert hierin 1531-12-10
Dirick Jacopsz van Ylpendam, schout in Heemstede, Dirck Aellertsz, Jan Florisz, Claes Comansz, Jan Claezz en Jan Dircksz, bueren ende scepenen