18 resultaten
Buse | 1342-1343
Rek Rentmeester Kennemerland VII p 143
Achternamenindex
Gerrit Buse, jager, van sinen wedden en van 2 winden tezelfder tijd, 12sc; Gheraert Buse: van wedde 3 sc, 10 ellen, een voeder 4sc
jager | 1342-1343
Rek Houtvester dl VII p 143, 155
Achternamenindex
Didderic van Walichdorp, 9 dagen, 12d per dag, maakt 9 sc, Dirc Walichdorp, een voeder, 4 sc; 1343-1344: Dirc die jagher heeft 33 dagen met 20 honden en 6 winden, die wedden van die honden maken 5 £ 15sc 6d en Dirc die jagher van zijn wedde 33sc; Dirc die jagher met 2 honden en 6 winden, 2 dagen gelegen an den Houte, de honden 33sc
Brederode, van | 1342-1343
Rek Houtvester Noordholland dl VII p 140, 143
Achternamenindex
rekening van de houtvester van Holland, verhuur van hofsteden, in Hilleghem: - Matthijs Brederode 1 hofstede van 32 gaarden en een half 6 d; van hofsteden die verkocht zijn: - Mathys Brederode 1 hofstede 8 sc 6 d; - noch die jaghers an den Hout op St Thomasdoach, met 4 honden en 6 winden gelegen 3 dagen een hinde gevaen der vrouwen van Brederode bi myns heren graven behiet, die wedde van honden en winden maakt 4 sc 6 d
1564-01-12 (1563) |
R.A.H. Coll Aanw 135 Caput Kennemerland fol 36, oud 8v
Jaartallenindex
koning Philips beleent Phije Heyndricsdochter na dode van haar man Jorriaen van Hatten met 1 nobel sjaars, op te bueren op de molen van Spanbrouck ter cause van de winden aldaar. Te houden naar zulk recht als men de heerlijkheid van Spanbroek van de grafelijkheid in leen houdt. Haar man en voogd Reijnier Pauwelsz doet hulde voor haar
1568-01-02 (1567) |
R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Kennemerland fol 4/R.A.H. Coll Aanw 141 fol 118v/Reg Nassau fol 84
Jaartallenindex
koning Philips oorkondt dat Reynier Pauwelsz als man en voogd van Phijie [Fije] Heijnricsdochter, hem opdroeg tbv mr Augustyn van Teylingen, 1 nobel sjaars op de molen van Spanbrouck ter cause van de winden aldaer, en dat hij mr Augustyn hiermede vervolgens heeft beleend tot sulken regt ende leen als men de heerljikheid van Spanbroek van de grafelijkheid houdt (vgl 1578-05-09)
jhr Jacob van der Does, Raad in onsen leenhove, mr Cornelis Oem, Pieter Herweijer, Jan Beuckevort Jansz, leenmannen
1509-05-04 |
Kroniek Hist Gen jg 1846 p 288/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex
Jan van Egmond, stadhouder, en Raden van Holland, verzoeken den bisschop van Utrecht zijn gedeputeerden te zenden om met die van Amsterdam over de herstelling van de dijk van Ypensloot nabij de stad Muiden te overleggen, teneinde de vrees "dat nog meer inundatie gebueren sal, gelijck als geschiet is mitte Dordrechtsche wairde te handelen; over die lasten van den water die gescepen sijn destemeer te worden, overmits toeloop van den stroomen ende winden jaerlicx, bij der verhengenisse Goits, meerder ende starcker opcomen". Gedaen te s Hage
1559-09-28 | Tetrode
Ms Op Straten v.d. Molen dl III fol 1568
Jaartallenindex
op huyden compareerde voor mannen van leen der heerlicheyt Ysselsteyn mr Dirrick van Bekesteyn, licentiaet in de rechten, als gemachtigde van zijn vader Wouter van Bekesteyn ende verclaerde dat hij tot twee diversche reysen was geweest tot Yselsteyn om volgende die voirs. procuratie te versoecken metter lediger hand alsulcke 4 maden land in de ban van Tetrode in de heerlycheyt van Brederode, als zijn vader van de heerlyckheyt van Yselsteyn te leen houdende was, maer soo hij de stadhouder van de leenen noch niemant aldaer en vant die hem woude onder winden den comparant te expedieren, heeft geprotesteert ende protesteert mits desen van syne diligentie om bij wanversoeck niet te versuijmen, versoeckende daervan akte (vgl 1519-01-18, 1572-04-20)
presentibus: Gerrit Jansz Dalen, Jan van der Sevender, leenmannen, ondert. Jan van Berch, secr
1507-11-22 |
R.A.H. Coll Aanw 113 Caput N.H. fol 28v
Jaartallenindex
Karel beleent Cornelis Suijs als gesette voogd van prior en convent van OLVr clooster in Bethlem der orden van Cistarcien bij onsen dorpe van Wateringe, na dode van Willem van Naeltwyck als gesette voogd: 1) 10 morgen lands op t lent beoosten den boomgaert ter Wateringe ende een stuckscken lants met solvelden, tesamen groot 2½ morgen land, 2) dat molenweer met die drie weren, oostwaarts daeraen gelegen, 3) een camp lands geheten "de Duyfhuyscamp" groot 4 morgen uit 25 morgen, gelegen in den Poel ter Wateringen, oost: het clooster van der Lede, west: het susterhuys van St Aechte te Delft, noord: die kercke van Monster, zuid: die noortwech van t land. Tot een onversterfelijk erfleen. Heergewaden: een zeel winden of 40 schell daarvoor
present: Dirck van Boneem, Willem van Ruyven, clene Jan Bruyn
1503-03-29 (1502) |
R.A.H. Coll Aanw 111 Caput N.H. fol 136
Jaartallenindex
Philips beleent Jan van der Does Dircksz na dode van zijn oudoom heer Jan van Noortich, ridder, here van Noirtigerhout, met de ambachtsheerlijkheid van onsen dorpe van Noortich mit den winde ende die zuijtmolen aldaar, met den schoutambacht en ⅓ van alle boeten en breuken en onse baljuw berechten en bedadingen zal. Te houden tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een zeel winden, gelijk heer Jan van Noirtich, zijn oom [!], dat gehouden heeft. Daar Jan onmondig is, doet zijn vader Dirc van der Does de eed voor hem. In margine: op 1520-01-13 (1519) doet Jan van der Does zelf de eed in handen van Frederik van Renesse van Wulven heer tot Malle, Raad des conings van Spangnen, gesubstitueerd door de grave van Nassau als stadhouder Generaal
present: Floris van Wyngaarden, onse griffier, Dirck van Boneem, Heynrick Smout, cleene Jan Bruyn; 1520-01-13: mr Tielman van Dullecum, Raad en mr van de rek. v.d. coning van Spangnen, Jacob de Jonge, heer tot Baertwyk, auditeur derselver rekening, Cornelis Bartuits, Antheunis ..... ende .......
1503-05-04 |
R.A.H. Coll Aanw 111 Caput Z.H. fol 155
Jaartallenindex
Philips beleent Henrick van Bruheze Cornelisz na dode van zijn vader, als oudste zone en rechte leenvolger, met: 1) de hoge heerlijkheid en ambachtsheerlijkheid van sGravenmoer. Tot een onversterfelijk erfleen. Heergewade: een zeel winden; 2) dat ambacht van Groot-Waspik ende dat ambacht van 11½ hoeven moers, gelegen boven gerecht van Groote Waspyck, streckende oostwaarts an t gerechte van Cleyn Waspyck, en zuidwaart op aen Huygemans moer .. an Wendelnesse, westwaarts an t moer van Boudin van den Poele, mitten tienden die daer naemaels op verschijnen sullen, ende mit enen wege van 7 roeden breet, streckende van den gerecht van Cleyn Waspik neffens die moer voirs. toe op die Donga ende die elf hoeven ende een half moers voors streckende noortwaerts aen die nieuwe kar (! aar ?) die gaat boven der geburen lant van Groote Waspyck. Tot een onversterfelijk erfleen; 3) dat ambacht van Raemsdonck mitter moelen, visscherije, veren c.a. tot een recht leen
heer Philips v.d. Spaengen, ridder, Dirck van Boneem, Henrick Anthonisz Smout, cleene Jan Bruyn, leenmannen van Holland