14 resultaten

1540-12-23 |

Kroniek Hist Gen Utrecht jg 1851 p 143/Arch v.d. Boetzelaer
Jaartallenindex

authentiek afschrift van de huwelijksvoorwaarden van Hendrik van Raephorst en Clara van Renesse, waarbij de vader Aelbert van Raephorst aan Hendrik overdraagt zijn huis te Raephorst met de heerlijkheden, leenmannen, collatien van beneficien en alle andere goederen daarin behorende

1528-05-04 |

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Arkel, Putten, Strijen fol 16
Jaartallenindex

Karel beleent onse beminde neve Philips van Bourgoigne heer van Phalais en St Annaland, na dode van onse neve Philips van Cleve heere van Ravestam: 1) de ambachtsheerlijkheid, als visserij, maelrye, vogelrye, veeren, gifte van kercken, costeryen en beneficien en andere profijten der ambachtsheerlijkheid volgende en toebehoren van de uytgorsen ende aenwerpen [de rest ontbreekt !]

mr Jan van Duyvenvoorde, heer van Warmond, Joost Sasbout, Willem Pijn, onse Raet in Holland, Arent Sandelyn, griffier van onsen Rade, Vincent Dammas, auditeur v.d. rekenkamer, Barthoud van Assendelft, Jan de Jonge, Cornelis Barthout

Zoelen, van | 1412-12-12

S Muller: Regesten Bisschoppen van Utrecht II no 1886, dl I no 1461
Achternamenindex

de bisschop van Utrecht bekrachtigt de ruil van beneficien tussen Nicolaus overcamp, rector van het altaar van de H Maagd Maria in de kerk van Broeclede, en Florencius van Zoelen (vicaris van St Vincentius in de kerk te Amersfoort) rechtor van het altaar van St Bartholomeus apostel in de kerk van St Petrus te Utrecht

1568-06-23 |

R.A.H. Coll Aanw 139 Caput Zeeland fol 29v
Jaartallenindex

leenmannen van Holland oorkonden dat jhr Jeronimus van Rolle, baljuw van der stede van Vere, transporteert aan jhr Philibert van Serooskerke, rentmeeser generaal van Zeeland bewesterschelde, heere van Mourmont, al de rechten den comparant competerende in der heerlycheijt van Wester Souburch, mitsgaders int huijs, lant, collatien van officien en geestelijke beneficien, volgens het schriftelijk contract dd 14 juni j.l. (vgl 1580-06-25)

Gillis Pietersz Chijs, Jacques van der Goes ende Jacques Weijdrecht, leenmannen

Dalem, van | 1397-05-28

Arch Nassau Domeinraad regest 857
Achternamenindex

Arnoldus, kardinaal-priester van Sancta Susamnna, draagt Johannes, elect van Luik op naar aanleiding van een verzoek van Johannes, Florentius, Johannes en Rodolphus [vgl 1406-09-24], natuurlijke zoons van Willelmus van Dalem, om niettegenstaande hun geboorte tot de wijdingen toegelaten te worden en tot het verkrijgen van beneficien, een onderzoek in te stellen naar hun omstandigheden en levenswijze en bij gunstige uitkomst dispensatie te geven op voorwaarde dat wanneer zij een beneficie krijgen, zij zich zullen laten wijden en persoonlijk zullen resideren

1528-05-04 |

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Arkel, Putten, Strijen fol 17v
Jaartallenindex

Karel beleent onse lieve en getrouwe neve Raet en Camerling heer Carele van Bourgoinge, heer van Brigdamme, Loverghem, Somerghem, als hem aangekomen bij dode van onse neve heer Philips van Cleve, heer van Ravesteyn, met twee percelen van leen: 1) die ambachtsheerlijkheid, als visscherijen, maelrye, vogelrye, veeren, gifte van kerken, cloosters, beneficien ende alle andere profyten der ambachtsheerlijkheid, volgende ende toebehoren van de uytgorssen, aenwerpen, aenwassen, bedyct en onbedyct van den Galenthee, Oelkinsplate, Vloyhille ende den Bommel. Alle gelegen in onsen lande van Putten; 2) alle die coorentiende en smaltiende aldaar reeds gevallen en verschenen, en die noch verschijnen zullen, te houden als leen van Putten; 3) alle die coorenthiende en smalthienden [dubbel of ontbreekt hier een stuk ?]. Tot een onversterfelijk erfleen. Jan de Burchgrave, rentmeester van St Adulfsland doet hulde als gemachtigde van heer Carel

mr Jan van Duyvenvoorde, heer van Warmond, Joost Sasbout, Willem Pijn, onse Raet in Holland, Aernt Sandelyn, griffier van onsen Rade, Vincent Dammas, auditeur v.d. rekenkamer, Barthoud van Assendelft, Jan de Jonge, Cornelis Barthouts

1541-07-12 |

R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Putten, Arkel fol 141v
Jaartallenindex

jhr Philips van Bourgoingnen, heer van Phallaix, St Annelant, Oelkensplate etc. verklaart dat hij te anderen tijden heer Franchoise de Vaille, in zijn leven ridder en amptman van de stad Antwerpen, en zijn erven vercoft en gehypothequeerd heeft op te heerlijkheid en land genaamd St Annalant, in het graafschap van Zeeland, een losrente van 375 gouden Kar gld; om deze rente beter te zekeren heeft de heer van Fallaix deze rente verlyt Coenraidt de Vaille, wettige zone van de voorn. heer Francois de Vaille, op zijn heerlijkheden, lenen en landen die hij nu heeft of crygen mach, van de uitgorssen, aenwassen en anwerpen van den Galanthee, Oelkensplate, Vloijhil en den Bommel c.a. van datgene dat althans bedykt is, genoemt St Adolphslant of namaels bedyckt zal worden, met visserij, vogelrie, maelrie, veeren, giften van kerk, costerie, beneficien, coren- en smaltiende van het voors. ambacht, zoals hem aangekomen bij dode van de heer van Ravesteyn. Vervolgens wordt Coenraedt de Vaille met de genoemde rente beleend, als leen van Putten (vgl 1529-07-28)

leenmannen: Cornelis Barthouts Jansz, Willem v.d. Criep

1524-06-23 |

R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Zeeland fol 125
Jaartallenindex

Karel beleent Thielman Oom Servaesz na dode van zijn vader mr Servaes Adriaensz met: 1) ½ van de ambachtsheerlickheden met alle toebehoren en gevolgen, van Roxnisse, te weten: a) te setten schout, schepenen, dyckgrave, heemrade, b) de gifte van der kerken, costerie, beneficien en andere geestelijke provenen, c) visserij, vogelrij, veren, d) alle andere profyten in onsen voors. lande, bedykt ende onbedyckt in onsen lande van Voorne; 2) ½ van alle coren- en smaltienden in het voors. landekin van Rouxnisse. Leen van Voorne, onversterfelijk erfleen. Behoudens de heerlijkheid Voorne een erfpacht van 378£ van 40 gr per jaar eeuwigdurende, op geheel Rouxnisse ende den Ruygen hille daarin begrepen. Ende daertoe een erfpacht van 10 groten van elk gemet tienden van den voors. lande, dat althans bedykt is of hiernamaals zal worden. En dit alles naar inhoud van de eerste brieven daarmede t voors. landekin eert uytgegeven is uytten zoute int versche te bedyken tot een corenlande (gegeven te Brugge den 19e van Sporkele 1481). Daar Tielman Oem Servaesz uitlandich is, doet Joost Cornelisz van Cleyenburch als zijn voogd de eed

leenmannen: Floris van Assendelft, castellein v.d. Goude, mr Aelbert van Loo, onse Raad ordinaris, Cornelis Barthouts, Bamgart Saij

1543-12-15 |

R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Putten, Arkel fol 182-185
Jaartallenindex

Karel oorkondt dat mr Franchois Fruijtier als gemachtigde van onse neve jhr Johan van Lannoy, heere van Soutelande, verclaarde hoe dat na het overlijden van de heer van Ravesteyn, ambachtsheer van St Adolfslant, dieselve heere van Soutelande, van ons als heer van Putten, ontfangen en gereleveert heeft ⅓ deel van de ambachtsheerlijkheid als visserie, maelrie, vogelrien, veeren, giften van kerken, costerien en van beneficien, ende alle ander profyten van de uytgorsen, aenwassen en anwerpen van der Galanthee, Oelkensplate, Vloijhille en den Bommel c.a, van t gunt daervan althans bedyct heeft en genoemt is St Adolphslant, of namaels bedyct zal worden, met alle die coren- en smaltienden, daarof hij de possessie heeft. Van welk ⅓ deel wijlen Philips van Bourgongen kwestie gemoveert heeft voor het leenhof, hetwelk hem ook bij sententie toegewijst is, welke zaak echter nog ongedecideert in appel hangende is voor de Grote Raad. Inmiddels is de heer van Phallaix overleden, achterlatende de heer van Soutelande als zijn naaste leenvolger, die nu belening vraagt. Er is ook nog sprake van een arbitrale sententie die uitgesproken is tussen hem en de heer van Bregdamme. Karel beleent hem met deze lenen tot een onversterfelijk erfleen. Mr Franchois doet als gemachtigde de eed (vgl 1542-11-08)

leenmannen: mr Joost Sasbout, Raad in onser camere in den Haghe, Zegelyn van Alveringen heer tot Hofwegen, ridder, onse Raad en meester van onser rekening, Engel Dircsz, Cornelis Barchout, Willem v.d. Criep, Jacob van Boschuysen

1519-02-11 (1518) (4) |

R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Zeeland fol 12, 12v
Jaartallenindex

verder: alle ambocht, ambochtsgevolge, thienden ende uyterdycken ende ander goederen in Duvelant ende alle die scoonissen ende vervallen die binnen den lande en heerlijkheid van Duvelant buyten den dyck, opten dyck ende daerbinnen vallen en verschynen mogen (volgt een opsomming hiervan), zoals vrouwe Anna van Borsselen en haar voorsaten dat hielden, behoudens ons recht op 15000 Vranken van 32 gr Vls per stuk, als wijlen der vrouwe van Ravesteyn bij hertog Philips van Bourgondië, onser over oudevader, in dote en medegave gegeven is geweest, onder conditie dat indien zij kinderloos overleed, dezelve somme weer zou erven op de hertog etc. Tot een onversterfelijk erfleen. Item dat land dat genaemt is cleyn Dreyschor of heren Janslant, binnensdycx, met allen gerechten, gevolge etc, zoals zijn moeder de vrouwe van der Vere dat bezeten heeft, onversterfelijk erfleen. Item de ambochtsheerlijkehid van seeckere uytgorsen ende slycklanden genaamd "Roosenboom, Ruijtstoppelen, die Weelde, Graefnisse dat men noemt Beckinslant" liggende over de Zype, nevens den stroom van den keeten in Beoisterscheld in onsen lande van Zeelandt, als maelrie, vissery, vogelrie, jaerschot, veeren, giften van kercken, costerien, en ander beneficien en giften en voort alle andere rechten der ambochtsheerlijkheid volgen. Tot een onversterfelijk erfleen, volgens het octrooi gegeven 1486-08-24 in onser stede van Brugge (vgl 1519-02-06)

mr Thielman van Dulleckem, Crispijn Jansz van Boschuysen, ontfanger van de espargne, Jan van Barry, mr Cornelis Anthuenisz, onze secretarissen, Cornelis Barthouts, leenmannen