Bedoelde u soms?
oppervoogden

11 resultaten

1564-07-01 |

G.A. Haarlem O.R.A. 76/24 fol 65
Haarlem Algemeen

de weesmeesters als oppervoochden, to.v. burgemeesters, van Adriaen Nannincsz Kints kinderen verkopen aan Jan Gerritsz van den Bosch een huis en erf opt Grote Heylighe Landt, aen d'een zide: Vrederick Henricsz, steenhouder, aen d'ander zide: Dirick die Wale, achter streckende an die voorn. Vrederick. Belast met 10 Brab. stoters onlosbare pacht. Onder tal van voorwaarden. Koopsom 200 Kar gld

1565-12-31 |

G.A. Haarlem O.R.A. 76/24 fol 139v
Haarlem Algemeen

Aelbert Gerritsz, schipper, als man en voogd van Aefge Pietersdochter en vervangende Jan Pietersz, zijn onmondige broeder, met weesmeesters als diens oppervoochden, verkoopt Gerrit Dircsz droochscheerder, een huis en erf in de Grote Houtstraat, aen d'een zide: Jan Bartholomeusz, aen d'ander zide: Anna Henricsdochter in t Vergulde Claverblad, achter streckende aen Vranck Vranckez. Met een uytgaende poirte daar besyden. Koopsom 750 Kar gld

1626-08-12

R.A.H. O.R.A. 1065 fol 207v
Transportregister Bloemendaal

voor schout en schepenen in Tetrode compareerde als oppervoochden, Jan Adriaensz, onse buyrman, weduwnaar van Grietgen Wernerts, bij welke hij geprocureert heeft Lysbeth Jansdochter, Werner Jansz, Adriaen Jansz en Marcus Jansz, zuster en broers, en bewijst hen voor hun moeders erve elk kind een som van 1£ 1sc, tesamen 6£, "sonder yets meer alsoo hij verclaerde dat hij boven al zijn schulden geen meerder middelen of goederen en heeft". Voor de betaling verbindt hij een huys en erve in de ban van Overveen, west: Adam Jansz, zuid: Gerrit Nannincksz, oost: die laen, west: die wech. Belast met een erfpacht van 2 gld per jaar, en mette de somme van 75£ capitael, toebehorende Jan Barentsz

1563-12-31 |

G.A. Haarlem O.R.A. 76/24 fol 41v
Haarlem Algemeen

Clementia Arijsdochter, weduwe Jan Cornelisz Naesmaeck, Engelsvaerder, met mr Cornelis van Alckemaede, pensionaris deser stede als voogd, voor ½, en Jacob Foppenz als voocht van Tryn, Aeff en Maritgen, Jan Cornelisz voorkinderen, mitsgaders Dirick Outgersz, scheepmaker, als voogd van Jannetge Jansdochter en Jan Jansz, nakinderen van dezelve Jan Cornelisz, t.o.v. weesmeesters als oppervoochden, voor de andere helft, verkopen aan Dirick Claesz, lyndraijer, een huis en erf op Bakenesse, buytenomme op t Spaerne, an d'een zijde: die stege, an d'ander zijde: Cornelis Jansz, van Amsterdam, achter streckende aan Pieter Jansz Kies. Belast met 5sc sjaars. Koopsom 550 Kar gld

1638-05-28

R.A.H. O.R.A. 2101 fol 222
Transportregister Egmond

baljuw en schout en schepenen van Egmond oorkonden dat Jan Reyersz van Egmont op Zee, voor zijn neef Jan Gerritsz Swart, van Egmont Binnen, die innocent en buyten zyn sinnen es, als voor enige jaren gesloten heeft geassisteerd met Jacob Cornelisz jegenwoordich burgemeester tot Egmond en Aelbert Aelbertsz Lacher, oud burgemeester tot Egmont, als oppervoochden van alsulke innocente personen, weduwen en weezen, ende Anna Gerritsdochter, vrouw van Jan Gerritsz Swart, innocent, en daarom geassisteerd met Jacob Cornelisz Walenburch, haar gecoren voogd in deze. Met octrooi van de Staten dd 1627-12-03, cederen zij aan mr Johan van Foreest, burgemeester van Hoorn, een stuck lants genaemt "de Calijck waeyt", leggende binnen onsen banne bij de Schilpvaert, groot 1½ morgen Hontsbosse maede, eertyts gecomen van Cornelis Jansz Huijsman, oost: het Maeldrift, west: Wingaerde, zuid: Johan van Foreest, noord: de gemeene wech. Koopsom 1660 gld tbv Jan Gerritsz huysvrou en kinderen

Cornelis van Brinchoff van Moeriaen, baljuw en schout, Cornelis Claesz Moij en Gerrit Aelbertsz, schepenen

1527-11-15 |

R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Sticht fol 4-6
Jaartallenindex

leenmannen van Holland oorkonden dat Pouwels Pietersz en Eeuwout Eelgisz ende [!] als voichden van svaders wegen van Gerrit Thoniszoons kinderen, ter ener zijde, Baernt Cornelisz en Egbert Baerntsz als voochden van smoeders wege van deselve kinderen, ter ander zijde. Ende wij Adriaen van Houff Baerntsz en Jan van Couwenhoven Willemsz, burgemeesteren der stede van Schoonhoven als oppervoochden derselver kinderen te kennen gegeven hebben hoe dat wijlen Gerrit Thonisz verlijdt is geweest een hofstad, berch en schuyre ende al dat binnen syn graften begrepen is, gelegen binnen den Gestichte van Utrecht, in den kerspel van Lopik, ende daertoe 7 morgen lands, daer t huijs voirs. op staet. Welcke hofstad mit allen hueren voirs. toebehoren bij wijlen Claesken, weduwe van Thonis Dircsz, des voors. Gerrits moeder, gecoft is geweest tbv Neelken Thonis Dirxdochter, nu getrouwt hebbende Pieter Aert Evertsz, van wiens goeden die voirs. Gherit Thonisz staende haer onbejaertheyt de handelinge en administratie gehad heeft tot haren hilicken dag toe, ende dewelke Gerrit Thonisz indien hij geleeft hadde, zyn suster Neelken Thonisdochter die voors. hofstad c.a. opgedragen zoude hebben voor den leenheer. Welke hofstede nu den 29e oktober l.l. versocht is geweest op de naam van Gerrit Thoniszoons oudste zoon ende rechteleenvolger genoemt Thonis Gerritsz. Voogden en oppervoogden verlangen echter dat dit leen gesteld wordt op Neelken Thonisdochter, zuster van wijlen Gerrit Thonisz, Pieter Aert Evertsz huisvrouw (vgl 1527-10-29 en 1527-11-20)

1567-09-23 |

G.A. Haarlem O.R.A. 76/24 fol 209v
Haarlem Algemeen

Jacob de Coninck, brouwer, Gerrit Velserman, en Cornelis van Zueren als ooms van de nagelaten weeskinderen van wijlen Henrick Jacobsz de Coninck, t.o.v. weesmeesters als oppervoochden, verkopen Pieter van Noorden een huis en erf en moulterij, gelegen over 't Spaarne, noord: de weduwe Cornelis Evertsz alias Groote Cruijs, die schuyre van Jacob Jansz, en t erve van de huysinge genaamd "de Vuijste", zuid: Allaert de Veer, streckende achterwaerts in de Dykstraat. Ende noch een schuyre mitten erve in de Dyckstraat, noord: Cornelis Aelbertsz, Hillegondt van de Grave en St Jacobsgasthuis, zuid: de weduwe Cornelis Evertsz alias Groote Cruijs, achterwaerts streckende aen Bartholomeus Gerritsz linnewever. Belast met 14 sc sjaars (op het huis en de moulterij). Koopsom 1250 Kar gld

1566-02-25 (1565) |

G.A. Haarlem O.R.A. 76/24 fol 91v
Haarlem Algemeen

Claes Maertsz, waert in de Roode Leeuw, verkoopt aan Jacob Joosten voor hem zelven en als voocht van zijn kinderen voor ½ , ende Jan Joostenz hopcoper tbv zijn kinderen, voor ½ , t.o.v. weesmeesters als oppervoochden een huis en erf in de Ghierstrate, genaemt "de Vergulde morgensterre", aen d'een side: Cornelis Gerritsz, metselaer, aen d'ander side: Reijer Gerritsz, achter streckende aen t erve van St Elisabethsgasthuis. Koopsom 483 Kar gld. Koopsom 600 Kar gld. [Beiden zijn doorgehaald]. Koopsom 517½ gld. Jacob Joostenz broeder en voocht van Jan Joostenz deser stede kint is. De akte was oorspronkelijk gedateerd op 1565-01-31 (1564), als verkoper trad hierin op mr Joost Jacobsz van Hoeyckgesloot, schout tot Hoorn, deze naam is doorgehaald en ook het volgende is geheel onleesbaar gemaakt

1566-04-01 |

G.A. Haarlem O.R.A. 76/24 fol 148
Haarlem Algemeen

mr Dirick Ramp als voogd van Claes en Elyzabeth, nagelaten kinderen van wijlen Claes Gerritsz Hals, t.o.v. weesmeesters deser stede als oppervoochden van deze kinderen, jhr Abraham van Almonde uyten name van zijn vrouw jvr Marie Huijgendochter, en Frans Claesz Hals voor hem zelven, vercopen Niclaes van der Laen, burgemeester deser stede, een huysinge metten erven, aen den anderen, op te oude Grafte bij de Cleyne Houtbrugge, aen d'een zide: die oude Graft, an d'ander zide: die Gortersstege, achterwaerts streckende met noch een huysken uytgaende op de oude gracht tot an Dirick Henricsz ende die cameren behorende aen de capelle in de Camp, zoals dit huis en erf door wijlen Gerrit Steffensz, oud burgemeester deser stede, metter dood ontruimd is, en bij de voorn. van der Laen jegenwoordich bewoond wordt. Koopsom 3412 Kar gld

1569-03-31 |

G.A. Haarlem Transportregister 76/25 fol 46
Haarlem Algemeen

Jacob de Coninck, Geryt Velserman en Cornelis van Suijeren als oomen en voochden ten profyte van de nagelaten weeskinderen van wijlen Henrick Jacobsz de Coninck hebben gecoft, t.o.v. weesmeesters deser stede als oppervoochden van deselve kinderen, bij executie van justitie, ten profyte van de crediteuren van Pieter van Noorden, fugityff, een huis en erf en moulterye, gelegen over t Spaerne, noord: de weduwe van Cornelis Evertsz alias Grote Cruijs, die schure van Jacob Jansz, en de huysinge genaemt "die Vuijste", zuid: Allaert de Veer, achterwaerts streckende tot in de Dyckstrate. Ende noch een schure met erve in de Dyckstrate, noord: Cornelis Aelbertsz, Hilgont van de Grave, St Jacobsgasthuys, zuid: de weduwe van Cornelis Evertsz alias Grote Cruijs, achterwaerts streckende aen Bartholomeus Gerytsz, linnewever. Belast met 14 sc sjaars. Koopsom 1671 Kar gld. Actum den 7e Maart. Gedateerd den lesten Maart 1569